Configuraties van Auto Guidance routes ............................. 16
Grenzen .................................................................................... 16
Een grens maken ................................................................. 16
Een route omzetten in een grens ......................................... 16
Een spoor omzetten in een grens ........................................ 16
Een grens bewerken ............................................................ 17
Een grensalarm instellen ..................................................... 17
Een grens verwijderen ......................................................... 17
Stuurautomaat .............................................................. 17
Het stuurautomaatscherm ........................................................ 17
De grootte van de koerswijzigingstappen aanpassen ......... 17
De spaarstand instellen ....................................................... 17
De stuurautomaat inschakelen ................................................. 17
Koerspatronen .......................................................................... 17
Het patroon 180 graden bocht volgen ................................. 17
Het cirkelpatroon instellen en volgen ................................... 18
Het zigzagpatroon instellen en volgen ................................. 18
Het Williamson turn-patroon volgen ..................................... 18
Echolood ....................................................................... 18
Echoloodweergaven ................................................................. 18
Traditioneel echoloodweergave ........................................... 18
Garmin ClearVü echoloodweergave .................................... 18
SideVü echoloodweergave .................................................. 18
Gesplitst zoomscherm voor echoloodweergave .................. 19
Gesplitst frequentiescherm voor echoloodweergave ........... 19
Panoptix echoloodweergaven .............................................. 19
De echoloodweergave veranderen ...................................... 20
Het transducertype selecteren .................................................. 20
Het kompas kalibreren ......................................................... 20
Een via-punt maken in het echoloodscherm ............................ 20
Afstanden meten op het echoloodscherm ................................ 20
De weergave van echoloodgegevens pauzeren ...................... 20
Echoloodgeschiedenis weergeven ........................................... 20
Het detailniveau aanpassen ..................................................... 21
De kleurintensiteit aanpassen .................................................. 21
Het bereik van de diepte- of breedteschaal aanpassen ........... 21
Het zoomniveau instellen op het echoloodscherm ................... 21
De schuifsnelheid instellen ....................................................... 21
Echoloodfrequenties ................................................................. 21
Frequenties selecteren ........................................................ 22
Een frequentievoorinstelling maken ..................................... 22
De Panoptix echoloodweergaven aanpassen .......................... 22
De presentatie van LiveVü echoloodweergaven
aanpassen ........................................................................... 22
De zendhoek van de LiveVü transducer instellen ................ 22
Kijkhoek en zoomniveau van RealVü aanpassen ................ 22
De presentatie van RealVü echoloodweergaven
aanpassen ........................................................................... 22
De RealVü zwaaisnelheid aanpassen ................................. 22
De a-scope inschakelen ........................................................... 22
Het transducertype selecteren .................................................. 23
Echoloodinstelling ..................................................................... 23
Echoloodinstellingen ............................................................ 23
RealVü echoloodinstellingen ............................................... 23
LiveVü echoloodinstellingen ................................................ 23
Instellingen voor echoloodweergave ................................... 23
Geavanceerde echoloodinstellingen .................................... 23
Instellingen voor installatie van transducer .......................... 24
Instellingen voor echoloodwaarschuwingen ........................ 24
Echoloodopnamen .................................................................... 24
De weergave van echoloodgegevens opnemen .................. 24
De echoloodopname stoppen .............................................. 24
Een echoloodopname verwijderen ...................................... 24
Echoloodopnamen afspelen ................................................ 24
Zeilfuncties ................................................................... 24
Het type boot instellen
.............................................................. 24
Zeilrace ..................................................................................... 24
Startlijnbegeleiding ............................................................... 25
De racetimer gebruiken ........................................................ 25
De afstand tussen de boeg en de GPS-antenne instellen ... 25
Leylijninstellingen ...................................................................... 25
De kielcorrectie instellen ........................................................... 25
Bediening van de stuurautomaat op een zeilboot .................... 26
Vaste windsturing ................................................................. 26
Overstag gaan en gijpen ...................................................... 26
Meters en grafieken ...................................................... 26
Het kompas weergeven ............................................................ 26
Tripmeters weergeven .............................................................. 26
De tripmeters opnieuw instellen ........................................... 26
Motor- en brandstofmeters weergeven ..................................... 26
Het aantal motoren selecteren dat door de meters wordt
weergegeven ....................................................................... 27
Instellen welke motoren in de meters worden
weergegeven ....................................................................... 27
Statusalarmen voor motormeters inschakelen .................... 27
Afzonderlijke statusalarmen voor motormeters
inschakelen .......................................................................... 27
Het brandstofalarm instellen ..................................................... 27
De brandstofcapaciteit van het vaartuig instellen ................ 27
De brandstofgegevens synchroniseren met de actuele
brandstofvoorraad ................................................................ 27
De windmeters weergeven ....................................................... 27
De windmeter voor zeilen configureren ............................... 27
De bron van de snelheid configureren ................................. 27
De bron van de koers voor de windmeter configureren ....... 27
De close hauled-windmeter aanpassen ............................... 27
Informatie over getijden, stromingen en zon en
maan .............................................................................. 28
Informatie van getijdenstation ................................................... 28
Informatie van stromingenstation ............................................. 28
Zon- en maanstanden .............................................................. 28
Gegevens van getijdenstation, stromingenstation of zon- en
maanstanden voor een andere datum weergeven
................... 28
Informatie van een ander getijden- of stromingenstation
weergeven ................................................................................ 28
Digital Selective Calling (DSC) .................................... 28
Kaartplotter en NMEA 0183 marifoonfunctionaliteit .................. 28
DSC inschakelen ...................................................................... 28
DSC-lijst .................................................................................... 28
De DSC-lijst weergeven ....................................................... 28
Een DSC-contactpersoon toevoegen .................................. 28
Inkomende noodoproepen ........................................................ 28
Naar een schip in nood navigeren ....................................... 28
Positie bijhouden ...................................................................... 28
Een positiemelding weergeven ............................................ 29
Naar een schip navigeren waarvan u de positie bijhoudt .... 29
Een waypoint maken op de positie van een schip waarvan u
de positie bijhoudt ................................................................ 29
Informatie in een positiemelding bewerken ......................... 29
Een oproep met een positiemelding verwijderen ................. 29
Sporen van schepen weergeven op de kaart ...................... 29
Persoonlijke standaardoproepen .............................................. 29
Een DSC-kanaal selecteren ................................................. 29
Een persoonlijke standaardoproep uitvoeren ...................... 29
Een individuele routineoproep voor een AIS-doel ............... 29
Mediaspeler ................................................................... 29
De mediaspeler openen ........................................................... 29
Pictogrammen ...................................................................... 29
De mediabron selecteren .......................................................... 30
Muziek afspelen ........................................................................ 30
ii Inhoudsopgave