7.1 Belangrijke aanwijzingen
Houdt u zich aan de veiligheidsvoorschriften en
de aanwijzingen uit hoofdstuk 1.
De installateur is verantwoordelijk voor het goed
functioneren van het apparaat op de plaats van
opstelling. Hij dient de gebruiker (aan de hand
van de gebruiksaanwijzing) de werkwijze van het
apparaat te verklaren. Voorts dient hij de gebruiker
te tonen, hoe - in geval van nood - het apparaat
spanningsvrij kan worden gemaakt en hoe de
gastoevoer kan worden afgesloten.
Let op!
Controleer voordat u het apparaat aansluit of de
specificaties van het aansluitpunt overeenkomen
met de specificaties van het apparaat voor wat
betreft gassoort, gasdruk en netspanning. De
gegevens van het apparaat staan op de sticker
bij het gasaansluitpunt dan wel het typeplaatje.
De gaskookplaat voldoet aan de eisen van de
categorieën die op het typeplaatje vermeld staan.
Het typeplaatje bevindt zich op het apparaat en
staat bovendien op het bijgevoegde losse blad.
Door de gasregelaars te vervangen, kan het
apparaat voor alle vermelde gassoorten worden
gebruikt. Mochten de gegevens niet overeen-
komen, dan moet het apparaat aan de des-
betreffende gassoort en gasdruk worden
aangepast. De gaskookplaat heeft geen eigen
afvoerkanaal voor verbrandingsgassen. De gelden-
de installatievoorschriften moeten dan ook zorg-
vuldig in acht worden genomen.
Ventilatieaanwijzing:
Voor een goede verbranding moet de ruimte waar
het apparaat staat opgesteld een inhoud hebben
van minimaal 20 m
3
, alsmede een buitendeur of een
raam dat geopend kan worden.
In Duitsland
dient het apparaat door een erkend
installateur te worden geplaatst, overeenkomstig
de daarvoor geldende voorschriften (zoals DVGW-
TRGI 86 en TRF 1988), de voorschriften van het
gasbedrijf, alsmede van de desbetreffende
instanties.
In Zwitserland
dient de montage te geschieden
overeenkomstig de desbetreffende richtlijnen
van de SVGW en de Vereinigung der Kantonalen
Feuerversicherungen, alsmede volgens de
installatievoorschriften van de fabrikant.
In Oostenrijk
dient de montage te geschieden
overeenkomstig ÖVGW-TR Gas (G1) en ÖVGW-TR
Flüssiggas (G2 - deel 1), alsmede volgens de
geldende plaatselijke bouwvoorschriften.
Deze kookplaat mag zonder speciale voorzorgs-
maatregelen in keukenmeubilair van hout of ander
brandbaar materiaal worden ingebouwd. De achter-
wand mag niet van brandbaar materiaal zijn.
Tussen het apparaat en temperatuurgevoelige
meubeldelen (bijvoorbeeld de zijwand van een
kast) dient een afstand te worden aangehouden
van minimaal 150 mm.
De kookplaat valt onder apparaatklasse 3 en moet
volgens de inbouwschets in het werkblad worden
ingebouwd.
Tussen werkblad en hangkast dient u een afstand
aan te houden van minimaal 600 mm. Bij plaatsing
onder een afzuigkap moet de door de fabrikant
aangegeven veiligheidsafstand worden aange-
houden.
Wandafdichtstrips moeten hittebestendig zijn.
Neem tussen kookplaat en wandafdichtstrip een
afstand in acht van minimaal 35 mm.
Controleer het apparaat na het uitpakken op even-
tuele transportschade en meld deze onmiddellijk
bij het expeditiebedrijf.
Technische wijzigingen voorbehouden!
12
7. Montagehandleiding
KG 260-... FDxxxx
AC 220-240V 50/60Hz Qn 9,4 kW
0,8 VA