140
Aanwijzingen bij bedrijfsgeluiden
Door zijn vele functies heeft het apparaat
elektromotoren, ventilatoren, compresĆ
soren, schakelaars en magneetventielen
die - afhankelijk van de functie - meer
of minder geluid maken.
Heel normale geluiden
q Het gebrom komt van de motoren
(bijv. compressoren, ventilatoren).
Het kan korte tijd iets luider worden
als bijv. de compressoren
inschakelen.
q Het geborrel, geklok of gebruis
komt door het koelmiddel dat door
deĂleidingen stroomt.
q Het geklik is alleen te horen als de
schakelaars en magneetventielen inĆ
of uitschakelen.
q Een zacht geruis wordt veroorzaakt
door de ventilatoren in het NoĆFrostĆ
systeem.
q In de ijsmaker is het vallen van de
ijsblokjes in de opvangschaal en
hetĂwerken van de motor van de
ijsautomaat tijdens het aanmaken
van de ijsblokjes te horen.
Maatregelen om geluiden
te vermijden
q Het apparaat staat niet waterpas
Het apparaat met behulp van een
waterpas stellen. (Zie het installatieĆ
voorschrift).
q Het apparaat staat tegen een
ander meubel of apparaat
(alleen van toepassing bij een
kastmodel)
Het apparaat van het meubel of
hetĂapparaat ernaast wegschuiven.
q Laden of legplateaus wiebelen
ofĂklemmen
Controleer de delen die eruit gehaald
kunnen worden en zet ze eventueel
opnieuw in het apparaat.
q Flessen of serviesgoed raken
elkaar
De flessen of het serviesgoed los
vanĂelkaar zetten.