4. Trek voorzichtig de hoek van de grille
en de bumper naar de voorzijde van
de wagen.
5. Trek voorzichtig de hoek van de
koplamp omhoog en druk deze zover
mogelijk naar de achterzijde van de
wagen.
6. Trek voorzichtig de koplamp achter
de grille en de bumper, naar het
midden van de wagen om hem los te
maken van het buitenste
bevestigingspunt aan de onderzijde.
7. Verwijder de koplamp.
LET OP
Zorg bij het aanbrengen van de
koplamp ervoor dat de
bevestigingspunten niet worden
beschadigd.
N.B.:
Zorg er bij het aanbrengen van de
koplamp voor dat deze volledig in het
onderste bevestigingspunt aan de
buitenzijde aangrijpt.
N.B.:
Zet bij het aanbrengen van de
koplamp eerst de schroef aan de
voorzijde vast en daarna de schroef aan
de achterzijde.
GLOEILAMPENVERVANGEN
WAARSCHUWINGEN
Schakel de verlichting uit en zet het
contact af.
Laat de gloeilamp afkoelen voordat
u deze verwijdert.
Laat Xenon gloeilampen door een
geschoolde monteur vervangen. Er
bestaat kans op een elektrische
schok.
LET OP
Raak het glas van de gloeilamp niet
aan.
Breng alleen gloeilampen met het
juiste vermogen aan. Zie
Gloeilampentabel (bladzijde 74).
N.B.:
De volgende instructies beschrijven
hoe de gloeilampen moeten worden
verwijderd. Breng de nieuwe gloeilampen
in omgekeerde volgorde van verwijderen
aan, tenzij anders is voorgeschreven.
67
Verlichting