8
QUICK START
BUITENVERLICHTING
Met de linkerhendel bedient u de
buitenverlichting. De buitenverlichting
werkt uitsluitend als de contactsleutel in
stand MAR staat. Als u de
buitenverlichting inschakelt, gaan ook de
verlichting van het instrumentenpaneel
en de bedieningsknoppen op het
dashboard branden.
VERLICHTING
UITGESCHAKELD
Draaiknop in stand O.
BUITENVERLICHTING
Draai de draaiknop in stand
6
.
DIMLICHT
Draai de draaiknop in stand
2
.
GROOTLICHT
Druk de hendel naar voren in de richting
van het dashboard (vergrendelde stand),
als de draaiknop reeds in stand
2
staat.
KA00109m
RUITEN REINIGEN
RUITENWISSERS/ -SPROEIERS
De hendel kan in vijf verschillende
standen worden gezet
(4 snelheidsniveaus):
A ruitenwissers uitgeschakeld.
B wissen met interval.
C langzaam continu wissen.
D snel continu wissen.
E tussenslag (onvergrendelde stand).
“Intelligente wis-/wasregeling”
Als u de hendel naar het stuur trekt
(onvergrendelde stand), schakelen de
ruitensproeiers in. De voorruitwisser
schakelt automatisch in en stopt
3 slagen nadat het commando is
gegeven, waarbij een extra slag
wordt geteld om de resterende
druppels te verwijderen.
ACHTERRUITWISSER/
-SPROEIER
Als u de draaiknop in stand
'
zet,
schakelt de achterruitwisser in.
Als u de hendel naar het dashboard
duwt (onvergrendelde stand), schakelt
de achterruitsproeier in.
De achterruitwisser schakelt automatisch
in en stopt 3 slagen nadat het commando
is gegeven, waarbij een extra slag wordt
geteld om de resterende druppels te
verwijderen. Als u bij ingeschakelde
ruitenwissers de achteruit inschakelt,
gaat automatisch ook de
achterruitwisser werken.
KA00111m
GROOTLICHTSIGNAAL
Het grootlichtsignaal kan worden
gegeven door de hendel naar het
stuurwiel te trekken (onvergrendelde
stand).
RICHTINGAANWIJZERS
Zet de hendel in de vergrendelde stand:
omhoog (stand a): inschakeling rechter
richtingaanwijzer;
omlaag (stand b): inschakeling linker
richtingaanwijzer.
603.95.163 PP KA NL 1ed trip 15-10-2010 15:12 Pagina 8