70
STARTEN EN
RIJDEN
WAARSCHUWI
NGSLAMPJES
EN MELDINGEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD EN
VERZORGING
TECHNISCHE
SPECIFICATIES
ALFABETISCHE
INHOUDSOPGAVE
UW AUTO
VEILIGHEID
Alle systemen moeten zijn voorzien van
de typegoedkeuring en van een goed
vastgehecht plaatje met het
controlemerkteken, dat absoluut niet
mag worden verwijderd.
Kinderen met een lengte van meer dan
1,50 m worden, met betrekking tot de
veiligheidssystemen, gelijkgesteld met
volwassenen en moeten dan ook
normaal de veiligheidsgordels dragen. In
het accessoire-assortiment van Ford zijn
kinderzitjes opgenomen voor elke
gewichtsgroep.
Deze zijn speciaal ontworpen en
ontwikkeld voor de Ford-modellen.
GROEP 0 en 0+
Kinderen tot 13 kg moeten in babyzitjes
worden vervoerd die achterstevoren
zijn geplaatst, waardoor het achterhoofd
wordt gesteund en bij plotseling
remmen de nek niet wordt belast.
Het babyzitje moet op zijn plaats
worden gehouden door de
veiligheidsgordel, zoals in afb. 5 is
aangegeven, en het kind moet op zijn
beurt worden beschermd door de
gordel van het zitje zelf.
afb. 5
KA00048m
GROEP 1
Kinderen met een gewicht tussen 9 en
18 kg moeten worden vervoerd in
kinderzitjes die naar voren zijn gekeerd.
Sommige typen kinderzitjes zijn
voorzien van een kussen aan de
voorzijde waarbij de veiligheidsgordel
van de auto zowel het kinderzitje als het
kind op zijn plaats moet houden afb. 6.
afb. 6
KA00049m
De afbeeldingen dienen alleen ter illustratie van de bevestiging.
Houd u voor de montage van het kinderzitje aan de instructies.
Sommige kinderzitjes die geschikt zijn voor de gewichtsgroepen 0 en 1 zijn
voorzien van een bevestiging aan de achterzijde en gordels om het kind te
beschermen. Vanwege het gewicht kan het gevaarlijk zijn als ze verkeerd
worden gemonteerd (bijvoorbeeld als een kussen tussen het kinderzitje en
de veiligheidsgordels van de auto wordt geplaatst). Houdt u voor de
montage strikt aan de bijgeleverde instructies.
WAARSCHUWING
BEVESTIGEN VAN EEN UNIVERSEEL KINDERZITJE
(MET DE VEILIGHEIDSGORDELS)