Telefoons die in het systeem zijn
opgeslagen zijn met behulp van de
telefoonlijst op de audiounit toegankelijk.
N.B.: Er kunnen maximaal zes apparaten
worden gekoppeld. Als er al zes Bluetooth
apparaten zijn gekoppeld, moet er één
worden ontkoppeld om een nieuw apparaat
te kunnen koppelen.
BEDIENINGSELEMENTEN
TELEFOON
Afstandsbediening
Voice, accept en reject toets
Voice toets1
Accept en reject toets2
Met de VOICE toets wordt de
spraakbesturing in- of uitgeschakeld.
Bij auto's met een toets voor
beantwoorden en weigeren (accept en
reject) kunnen telefoongesprekken worden
beantwoord of geweigerd door op de juiste
toets te drukken.
N.B.: Sommige audio-installaties hebben
de toets beantwoorden en weigeren op het
front. Deze werken op dezelfde wijze.
GEBRUIK MAKEN VAN DE
TELEFOON - AUTO'S ZONDER:
NAVIGATIESYSTEEM
In dit hoofdstuk worden de
telefoonfuncties van de audio-unit
beschreven.
N.B.: Raadpleeg de handleiding van de
audio-unit voor meer informatie over de
bedieningsorganen.
Er moet een actieve telefoon aanwezig zijn.
Zelfs wanneer uw telefoon op de
audio-unit is aangesloten, kan de telefoon
op de gebruikelijke wijze worden gebruikt.
N.B.: U kunt het telefoonmenu verlaten
door op de CD, AM/FM of AUX toets te
drukken.
Bellen
Een nummer kiezen m.b.v.
spraakbesturing
Telefoonnummers kunnen m.b.v.
spraakbesturing worden gekozen. Zie
Commando’s telefoon (bladzijde 329).
Een nummer kiezen m.b.v. het
adresboek
U kunt via Bluetooth toegang krijgen tot
uw adresboek. De namen en nummers
verschijnen op het display van het
apparaat.
1. Druk op de toets PHONE of de toets
'beantwoorden'.
2. Druk op de MENU toets.
3. Houd de MENU toets ingedrukt tot
PHONEBOOK verschijnt.
4. Druk op de zoektoetsen om het
gewenste telefoonnummer te
selecteren.
N.B.: Houd de zoektoets ingedrukt om naar
de volgende letter van het alfabet te gaan.
312
Telefoon