De frontairbags treden in werking bij
zware frontale aanrijdingen of bij
aanrijdingen binnen een hoek van
maximaal 30 graden van links of van
rechts. De airbags worden in enkele
milliseconden opgeblazen en
stromen weer leeg zodra zij in
contact komen met de lichamen van
de inzittenden, waardoor de
voorwaartse beweging wordt
opgevangen. Bij lichte aanrijdingen,
het over de kop slaan van de auto of
bij aanrijdingen van opzij of van
achteren worden de frontairbags niet
geactiveerd.
Knieairbag voor de bestuurder
LET OP
Probeer het paneel van de
knieairbag voor de bestuurder
niet te openen.
De knieairbag voor de bestuurder
treedt in werking bij zware frontale
aanrijdingen of bij aanrijdingen binnen
een hoek van maximaal 30 graden
van links of van rechts. De airbag
wordt in enkele milliseconden
opgeblazen en stroomt weer leeg
zodra hij in contact komt met het
lichaam van de inzittende, waardoor
hij een kussen vormt tussen de
knieën van de bestuurder en de
stuurkolom. Tijdens het over de kop
slaan van de auto, aanrijdingen van
achteren en opzij wordt de knieairbag
niet geactiveerd.
N.B.:
De knieairbag heeft een lagere
activeringsdrempel dan de
frontairbags. Tijdens een lichte
aanrijding is het mogelijk dat alleen
de knieairbag wordt geactiveerd.
27
Bescherming van inzittenden