TIPS VOOR RIJDEN MET ABS
Wanneer het ABS in werking is, pulseert het
rempedaal. Dit is normaal. Blijf het
rempedaal indrukken.
Het ABS voorkomt geen gevaren die
ontstaan wanneer:
• u te weinig afstand ten opzichte van
voor u rijdend verkeer houdt.
• de auto te maken krijgt met
aquaplaning.
• u bochten te snel neemt.
• het wegdek slecht is.
ACTIEVE PARKEERHULP
WAARSCHUWINGEN
Raadpleeg de Handleiding van uw
auto voor alle waarschuwingen en
opmerkingen.
De actieve parkeerhulp is niet bedoeld
om de bestuurder te ontheffen van
zijn plicht om tijdens het rijden
voorzichtig en oplettend te zijn.
De actieve parkeerhulp registreert een
geschikte parkeerplaats en stuurt de auto
op de plek. Het systeem regelt de besturing
terwijl de bestuurder het gaspedaal, de
transmissie en de remmen bedient.
ACTIEVE PARKEERHULP
GEBRUIKEN
De actieve parkeerhulp lijnt de auto niet
correct uit als:
• Een reserveband of een band die meer
is versleten dan de andere banden
wordt gebruikt;
• De in de fabriek aangebrachte banden
niet bij de auto zijn gebruikt;
• De banden doorslippen;
• U toelaat dat de auto rolt;
• De weersomstandigheden slecht zijn
(zware regenval, sneeuw, mist enz.).
Rijd naar voren met een maximale snelheid
van 30 km/u. Druk op de schakelaar voor
de actieve parkeerhulp. Gebruik de
richtingaanwijzerhendel om zoeken aan de
linker- of rechterzijde van de auto te
selecteren.