3. Vergrendel het stuurkolom.
AUTOMATISCH IN- EN
UITSCHAKELENDE
RUITENWISSERS
Maximale automatische
wisfunctie
A
AanB
Minimale automatische
wisfunctie
C
De ruitenwissers worden ingeschakeld
zodra water op de voorruit wordt ontdekt.
De regensensor meet voortdurend de
hoeveelheid water op de voorruit en stelt
de wissnelheid van de ruitenwissers
automatisch af.
Gebruik de draaiknop wanneer de
wissnelheid of het wisinterval te snel of te
langzaam is.
AUTOMATISCH IN- EN
UITSCHAKELENDE
VERLICHTING
De koplampen worden automatisch in- en
uitgeschakeld in situaties met weinig
daglicht of tijdens slechte
weersomstandigheden.
BUITENSPIEGELS
Elektrisch bedienbare
buitenspiegels
Spiegel aan linkerzijdeA
UitB
Spiegel aan rechterzijdeC
7