56 I Algemene gebruikershandleiding
26.7 Carbonwielen
Slijtage aan het oppervlak, veranderingen van het opper-
vlak, bijv. door hitte tijdens het remmen, slijpsel van de
remblokjes, wielnaaf of de zijkanten daarvan
Wanneer u een ets met carbonvelgen gebruikt, dient u er
rekening mee te houden dat dit materiaal een aanzienlijk
slechter remgedrag hee dan velgen van aluminium.
Houd er rekening mee dat alleen gekeurde remblokjes
mogen worden gebruikt.
26.8 Carbonvork
Vorkpoten op vorkkop, uitvaleinden en klembereik van
snelspanners, vorkkop onder de vorkconus, klembereik
van A-Head-stuurpen binnen en buiten
Wanneer u de stuurpositie hebt veranderd, dient u
erop te letten dat de stuurpen het carbondeel voor
een groot deel moet omsluiten.
26.9 Carbonzadelpen
Overgangsgebied zadelpen naar zitbuis, overgangsgebied
naar kop van zadelpen, contactdeel van alle schroeven
Wanneer ook andere onderdelen van uw ets uit carbon
bestaan, dient u deze regelmatig op scheuren, breuken of
oppervlakteveranderingen te controleren.
Het bijsnijden van de schroefdraden en de lagerscha-
len en het uitvijlen van de zitbuis is niet toegestaan.
In principe mogen op carbonames en carbononderdelen
geen aanvullende voorwerpen worden bevestigd als hier-
voor niet al een houder aanwezig is (bijv. bidonhouder op
de hiervoor bestemde schroefdraden). De montage van
bagagedragers, aanhangers of andere installaties is van-
wege een breukrisico niet toegestaan.
26.10 Splinters
Carbonvezels zijn zeer dun en hard. Hanteer kapotte
carbononderdelen daarom voorzichtig. Het kan gebeu-
ren dat afzonderlijke vezels loslaten en omhoog staan.
Wanneer deze in aanraking komen met uw huid, loopt
u het risico dat u door kleine splinters verwondingen
oploopt.
26.11 In de montagestandaard vastzetten
Wanneer u uw carboname in een montagestandaard wilt
bevestigen, mag u het alleen aan de zadelpen vastklem-
men, omdat het klemmechanisme anders een zichtbare of
onzichtbare beschadiging aan het ame kan veroorzaken.
Wanneer uw ets een carbonzadelpen hee, raden wij u
aan voorafgaand aan deze werkzaamheden een zadelpen
van aluminium of staal te monteren.
26.12 Met de auto transporteren
Zorg er bij het transport van de ets op de dak- of ach-
terdrager voor dat de bevestiging nooit op het ame
wordt aangebracht. Fixeer de ets altijd op de zadelpen,
nooit aan de onderbuis, bovenbuis, zitbuis, vorkbuizen,
vorkschacht, liggende achtervork, crankstellen of staande
achtervork.
Het klemmechanisme zou zichtbare of onzichtbare bescha-
digingen aan het ame kunnen veroorzaken die veilig-
heidsrelevant zijn. Wanneer uw ets een carbonzadelpen
hee, raden wij u aan voor het transport een zadelpen van
aluminium of staal te monteren.