RUITEN REINIGEN
De rechter hendel fig. 63 bedient de
ruitenwissers/-sproeier en de
achterruitwisser en -sproeier.
RUITENWISSERS/-SPROEIER
Werkt alleen met de contactsleutel
in de stand MAR.
De hendel kan in vijf verschillende
standen worden gezet
(4 snelheidsregelingen):
0 ruitenwissers uit.
1 wissen met interval.
2 langzaam continu wissen.
3 snel continu wissen.
4 tijdelijk snel wissen (instabiele
stand).
De tijdelijke snelle wisstand blijft
actief zolang de hendel handmatig in
die stand wordt gehouden.
Door de hendel los te laten, springt
deze onmiddellijk weer in de stand 0
en schakelen de ruitenwissers
automatisch uit.
Snelheidsverlaging
ruitenwissers op basis van
voertuigsnelheid
(voor bepaalde versies/markten)
Bij sommige versies, als er wordt
afgeremd tot het voertuig stilstaat,
wordt de snelheid van de
ruitenwissers automatisch een stand
verlaagd. De wisfrequentie wordt
automatisch hersteld zodra de
voertuigsnelheid boven 10 km/h
komt. Het is altijd mogelijk om de
snelheid van de ruitenwissers
handmatig te wijzigen.
fig. 63
F0X0038m
“Intelligente” wis-/wasfunctie
Trek de hendel naar het stuur
(onstabiele stand) om de
ruitensproeier in te schakelen.
Houd de hendel aangetrokken om
met één beweging de ruitenwissers/-
sproeiers in te schakelen; de
ruitenwissers worden automatisch
ingeschakeld als de hendel langer dan
een halve seconde naar het stuurwiel
wordt getrokken. Na het loslaten
van de hendel blijven de
ruitenwissers nog enkele wisslagen
werken; na enkele seconden volgt
nog een extra reinigingsslag.
72