GEBRUIK VAN DE
SPEEDGEAR AUTOMATISCHE VERSNELLINGSBAK
26
MOTOR STARTEN
De motor kan gestart worden bij een ingeschakelde versnelling en als de
versnellingsbak in de vrijstand (N) staat.
Als wordt gestart met een ingeschakelde versnelling die verschilt van de
vrijstand (N), moet het rempedaal worden ingetrapt om het starten
mogelijk te maken.
Na het starten schakelt de versnellingsbak automatisch de vrijstand (N)
in, blijft de versnellingspook (A) in de stand staan waarin hij stond voor
het starten, verschijnt op het instelbare multifunctionele display het
bericht (N), klinkt er een akoestisch signaal om aan te geven dat de
stand van de versnellingspook en de ingeschakelde versnelling niet over-
eenkomen, en selecteert het systeem de functie die was ingeschakeld
voor het uitzetten van de motor (semi-automatisch of automatisch
Normal/Eco).
Als de motor wordt gestart kunnen alleen de 1
e
versnelling, 2
e
versnel-
ling of de achteruit (R) worden ingeschakeld.
BELANGRIJK Als bij het starten de versnellingsbak in een andere stand
staat dan N (ongeacht de stand van de versnellingspook) en het rempe-
daal is niet ingetrapt, dan verschijnt op het instelbare multifunctionele
display het bericht “Rempedaal intrappen” (zie de paragraaf “Lampjes en
berichten”). In dit geval hoeft u voor het starten van de motor alleen de
handeling te herhalen waarbij het pedaal moet worden ingetrapt, of de
contactsleutel in stand AVV te draaien en het rempedaal in te trappen.
F0I0235m
GEBRUIK VAN DE
DUALOGIC VERSNELLINGSBAK
Als het niet lukt de motor te starten met een ingeschakelde versnelling, dan klinkt er een
akoestisch signaal om de bestuurder er op te attenderen dat er mogelijk een gevaarlijke
situatie ontstaat, omdat de versnellingsbak automatisch in de vrijstand wordt gezet.
ATTENTIE
