142
STARTEN
EN RIJDEN
LAMPJES
EN
BERICHTEN
NOOD-
GEVALLEN
ONDERHOUD
VAN DE AUTO
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
DASHBOARD
EN BEDIENINGS-
KNOPPEN
VEILIGHEID
TREKKRACHTBEGRENZERS
Om de veiligheid bij een ongeval te vergroten, zijn de oprolautomaten
van de gordels voor en achter (indien aanwezig) voorzien van
trekkrachtbegrenzers die tijdens een frontale aanrijding de piekbelasting
op de borst en schouders beperkt.
ALGEMENE OPMERKINGEN OVER HET GEBRUIK VAN
VEILIGHEIDSGORDELS EN KINDERZITJES
De bestuurder is verplicht zich te houden aan de wettelijke voorschriften
met betrekking tot het verplichte gebruik van de veiligheidsgordels (en de
inzittenden erop attent te maken).
Leg de veiligheidsgordel altijd om voordat u vertrekt.
Ook vrouwen die in verwachting zijn moeten een gordel dragen: ook
voor hen (zowel voor de aanstaande moeder als het kind) is de kans op
letsel bij een ernstig ongeval groter als ze geen gordel dragen. Uiteraard
moeten zwangere vrouwen het onderste deel van de gordel meer naar
beneden omleggen, zodat de gordel onder de buik langs loopt (zoals
aangegeven in de figuur).
BELANGRIJK De gordelband mag nooit gedraaid zijn. Het diagonale
gordelgedeelte moet via het midden van de schouder schuin over de
borst liggen. Het horizontale gordelgedeelte moet over het bekken (zoals
aangegeven in de figuur) en niet over de buik liggen. Gebruik geen
voorwerpen (wasknijpers, klemmen, enz.) die een goed aansluiten van de
gordel op het lichaam verhinderen.
F0I0019m
F0I0020m
ATTENTIE
Voor maximale veiligheid moet u de rugleuning rechtop zetten, tegen de leuning
aan gaan zitten en de gordel goed laten aansluiten op borst en bekken. Draag
altijd veiligheidsgordels zowel voor als achter in de auto. Rijden zonder
veiligheidsgordels vergroot het risico op ernstig letsel of een dodelijke afloop bij
een ongeval.