17
VEILIGHEID
STARTEN
EN RIJDEN
LAMPJES EN
BERICHTEN
NOOD-
GEVALLEN
ONDERHOUD
EN ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
DASHBOARD
EN BEDIENING
BRANDSTOFMETER fig. 15
De wijzer geeft de hoeveelheid brandstof
aan die in de tank aanwezig is.
E brandstoftank leeg.
F brandstoftank vol.
Het branden van het waarschuwingslampje
A geeft aan dat er nog ongeveer 7 liter
brandstof aanwezig is.
Rijd niet met een bijna lege brandstoftank:
door een onregelmatige brandstoftoevoer
kan de katalysator beschadigen.
BELANGRIJK Als de wijzernaald op de in-
dicatie E staat en het waarschuwings-
lampje A knippert, dan is er een storing in
het systeem. Wendt u in dit geval tot de
Fiat-dealer om het systeem te laten con-
troleren.
KOELVLOEISTOF-
TEMPERATUURMETER fig. 16
De wijzer geeft de temperatuur aan van
de motorkoelvloeistof, zodra de koel-
vloeistoftemperatuur hoger wordt dan on-
geveer 50°C.
Bij normaal gebruik van de auto kan de
wijzernaald op verschillende posities in het
bereik staan, afhankelijk van de gebruiks-
omstandigheden van de auto.
C Lage koelvloeistoftemperatuur.
H Hoge koelvloeistoftemperatuur.
Als het waarschuwingslampje B gaat bran-
den (op enkele uitvoeringen in combina-
tie met een bericht op het multifunctio-
nele display), dan is de koelvloeistoftem-
peratuur te hoog; zet in dat geval de
motor uit en wendt u tot de Fiat-dealer.
fig. 15
F0M0023m
fig. 16
F0M0024m
Als de wijzernaald in het rode
gebied komt, zet dan onmid-
dellijk de motor uit en wendt
u tot de Fiat-dealer.