REMVLOEISTOF fig. 10
Draai de dop A los en controleer of de
vloeistof in het reservoir op het hoogste
niveau staat.
Het niveau mag nooit het MAX-merkte-
ken overschrijden.
Voor het bijvullen mag uitsluitend rem-
vloeistof worden gebruikt die voldoet
aan de DOT 4-specificaties. Het verdient
aanbeveling TUTELA TOP 4 remvloei-
stof te gebruiken; dezelfde remvloeistof,
waarmee het remsysteem door de
fabriek is gevuld.
BELANGRIJK De remvloeistof is hygro-
scopisch (trekt water aan). Als de auto
overwegend wordt gebruikt in gebieden
met een hoge luchtvochtigheid, dan
moet de vloeistof vaker worden vervan-
gen dan in het “Onderhoudsschema”
staat aangegeven.
Controleer visueel het niveau van de
vloeistof in het reservoir.
fig. 10
F0G0109m
163
LAMPJES EN
BERICHTEN
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
DASHBOARD
EN BEDIENING
VEILIGHEID
STARTEN
EN RIJDEN
NOOD-
GEVALLEN
ONDERHOUD
EN ZORG
Rijd niet met een leeg rui-
tensproeierreservoir: de rui-
tensproeiers zijn van fundamenteel
belang voor een optimaal zicht.
ATTENTIE
Enkele in de handel verkrijg-
bare ruitensproeiervloeistof-
fen zijn licht ontvlambaar. In de
motorruimte bevinden zich warme
onderdelen die bij contact de vloeistof
kunnen doen ontbranden.
ATTENTIE
Voorkom, als u de dop los-
draait, contact tussen de zeer
corrosieve vloeistof en de lak.
Als remvloeistof wordt ge-
morst, moet de lak onmiddellijk met
water worden afgespoeld.