ACCU VERVANGEN
Als de accu vervangen wordt, moet een
originele accu met dezelfde specificaties
worden geïnstalleerd.
Als de accu vervangen wordt door een ac-
cu met andere specificaties, vervallen de
onderhoudsintervallen die in het “Onder-
houdsschema” staan aangegeven.
Voor het onderhoud van de nieuwe accu
dient u zich strikt te houden aan de aan-
wijzingen van de fabrikant van de accu.
208
LAMPJES EN
BERICHTEN
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
DASHBOARD
EN BEDIENING
VEILIGHEID
STARTEN
EN RIJDEN
NOOD-
GEVALLEN
ONDERHOUD
EN ZORG
fig. 16
F0L0191m
ACCU
De accu van de auto is “onderhoudsarm”:
onder normale omstandigheden hoeft het
elektrolyt niet bijgevuld te worden met ge-
destilleerd water.
ACCULADING CONTROLEREN
fig. 16
De acculading kan gecontroleerd worden
door de kleur van de optische meter A
(indien aanwezig), die zichtbaar is via de
inspectieopening, te controleren.
Als de accu niet voorzien is van een con-
trole-instrument voor de acculading en
het elektrolytniveau (optische hydrome-
ter), mogen de controlewerkzaamheden
uitsluitend door deskundig personeel wor-
den uitgevoerd.
Zie de volgende tabel of de sticker B op
de accu.
De vloeistof in de accu is gif-
tig en corrosief. Voorkom
contact met de huid en de ogen.
Houd open vuur en vonkvormende
apparaten verwijderd van de accu:
brand- en ontploffingsgevaar.
ATTENTIE
Als de accu werkt met een
zeer laag vloeistofniveau,
ontstaat onherstelbare schade aan de
accu en kan de accu openbarsten.
ATTENTIE
Heldere witte Elektrolyt bijvullen Wendt u tot de
kleur Fiat-dealer
Donkere kleur zonder Accu niet voldoende Accu opladen(het is raad-
groen middenstuk opgeladen zaam dit door de Fiat-
dealer te laten uitvoeren)
Donkere kleur met Niveau elektrolyt en Geen enkele handeling
groen middenstuk acculading voldoende
BELANGRIJK Wij raden u aan de ac-
culading ieder jaar, bij voorkeur voor het
begin van de winter, te controleren om de
mogelijkheid van bevriezing van het elek-
trolyt te voorkomen. Voer deze contro-
le vaker uit als de auto overwegend voor
korte trajecten wordt gebruikt, of als ac-
cessoires zijn gemonteerd die permanent,
ook bij uitgeschakeld contact, stroom ver-
bruiken. Dit geldt in het bijzonder voor
achteraf aangebrachte accessoires.