20
VEILIGHEID
STARTEN EN
RIJDEN
LAMPJES EN
BERICHTEN
NOOD-
GEVALLEN
ONDERHOUD
EN ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
DASHBOARD
EN BEDIENING
INSTRUMENTEN
De achtergrondkleur en de vormgeving
van de instrumenten kunnen per uitvoe-
ring verschillen.
TOERENTELLER fig. 18
De toerenteller geeft het toerental per
minuut van de motor aan.
Bij dieseluitvoeringen heeft de toerentel-
ler een schaal tot 6000 toeren/min.
BELANGRIJK De regeleenheid van de
elektronische inspuiting blokkeert tijde-
lijk de toevoer van brandstof als de
motor met te hoge toerentallen draait,
waardoor het motorvermogen zal afne-
men.
Bij stationair draaiende motor kan de
toerenteller onder bepaalde omstandig-
heden een geleidelijke of herhaalde toe-
rentalstijging aangeven. Dit is een nor-
maal verschijnsel en kan optreden als bij-
voorbeeld de airconditioning of de elek-
troventilateur wordt ingeschakeld. In
deze gevallen dient een geringe toeren-
talstijging voor het behoud van de lading
van de accu.
fig. 18
F0Q0607m
fig. 17
F0Q0606m
SNELHEIDSMETER fig. 17
Geeft de snelheid van de auto aan.