• Controleer voordat u gaat rijden of de stoel goed is vergrendeld.
• Zorg ervoor dat de banden op de juiste spanning zijn (spanning staat vermeld op zijkant band).
• Zorg ervoor dat de accu’s voldoende opgeladen zijn. De wijzer van de accu-indicatie staat in het
groene gebied.
• Mocht de bedieningshendel niet in de neutrale stand staan bij het inschakelen van het
besturingssysteem, dan zal de Entice niet rijden. Pas nadat de bedieningshendel in de neutrale
stand is geplaatst, is de Entice rijklaar. De neutrale stand is de positie van de bedieningshendel
wanneer deze niet wordt bediend (wanneer deze dus wordt losgelaten).
• Neem nooit scherpe bochten terwijl u op volle snelheid rijdt. Het is raadzaam om snelheid te
verminderen voordat u een scherpe bocht ingaat. Wij raden sterk aan uiterste voorzichtigheid te
betrachten in bochten.
• Denk aan uw eigen veiligheid als u met de Entice van de verharde weg afgaat. Pas uw snelheid
aan. Rij niet door te diepe kuilen, plassen etc.
• De ideale stabiliteit en gewichtsverdeling bij het rijden van de scooter bereikt u als u de volgende
punten in acht neemt: zit altijd recht op de stoel en plaats uw voeten zo ver mogelijk naar voren op
het voetenplateau. Leun niet naar links of naar rechts tijdens het rijden.
Hellingrijden
Een veilige controle bij het op en afrijden van hellingen is het volgende: als de Entice de helling op kan rijden kan
de helling ook met gereduceerde snelheid worden afgereden. Rijdt daarom altijd een steile helling eerst op.
Figuur 33
Bij het helling oprijden: leun een beetje naar voren en rij zo constant mogelijk en in een rechte lijn naar boven
(figuur 33). Stoppen en weer starten kost extra energie.
Bij het helling afrijden: leun naar achteren en rij voorzichtig met langzame snelheid vooruit de helling af.
Bij een helling waar de Entice met zeer veel moeite opkomt dient u een andere weg te zoeken. Het beklimmen
van zeer steile hellingen (boven 10°) is gevaarlijk. Bij plotseling remmen bestaat dan de kans op voorover of
achterover vallen.
Obstakels en drempels
Het rijden over obstakels moet zeer voorzichtig gedaan worden. Bij het rijden over een te hoog obstakel is het
mogelijk dat de Entice vast komt te zitten. Zie voor de maximale bodemvrijheid van de Entice het hoofdstuk
‘Technische gegevens’.
Let op bij het oprijden of afrijden van drempels of obstakels dat de anti-tipper niet blijft hangen op de stoep!
Figuur 34