20
Het verwarmingspaneel dient bij voorkeur op een elektrisch aansluitpunt te worden
geplaatst en vast te worden aangesloten. Deze aansluiting mag uitsluitend door een
erkend elektricien worden uitgevoerd en wordt hier derhalve verder niet beschreven.
In deze gebruiksaanwijzing wordt om veiligheidsredenen uitgegaan van gebruik met
stekker; passages over de stekker zijn, bij vaste aansluiting, niet van toepassing. De
elektrische aansluiting moeten altijd geaard en bevestigd met een 30 mA
aardlekschakelaar zijn.
Montage aan het plafond
Het verwarmingspaneel dient minimaal 20 cm. van alle voorwerpen, muren, enz.
verwijderd te zijn. De minimale afstand tot het plafond is 4 cm, hierdoor ontstaat er
luchtstroom die oververhitting van het verwarmingspaneel tegengaat. Minimale hoogte
vanaf onderkant verwarmingspaneel tot de vloer dient minimaal 185 cm. te zijn. Kies een
stevig, effen plafond van hittebestendig materiaal om het verwarmingspaneel aan op te
hangen.
Stap 1: Gebruik de ‘H’-vorm ophangbeugel om de gaten te markeren in het
plafond
Positioneer de H’-vorm ophangbeugel zodanig dat bij het plaatsen van het
verwarmingspaneel in het ophangbeugel de bovenstaande minimale afstanden
gegarandeerd zijn. Let op dat het ophangframe met de correcte zijde naar
boven is geplaats. (zie tekening)
Controleer en wees er van overtuigd dat op de gemarkeerde plaatsen voor de
boorgaten geen leidingen in het plafond aanwezig zijn.
Stap 2: Boor gaten met een 7 mm boor
Stap 3: Steek de pluggen in de gaten
Stap 4: Schroef de schroeven met de O-ringen in de pluggen door de gaten in de
‘H’-vorm beugel
Stap 5: Monteer het paneel op de beugel, zorg ervoor dat het paneel is geborgd zoals
getoond in afbeelding 5.
