9 MONTAGE
8
INSTALLATIE
Montage ceramische kookplaat
Plaats een kookplaat liever niet direct boven
een onderbouw-koelkast of onderbouw
vrieskast. Indien de kookplaat toch boven een
koel- of vrieskast wordt geplaatst, zorg dan
voor een goede isolatie van de kookplaat.
Vermijd direct contact met de onderkant van
de kookplaat.
Plaats op 25 mm van de onderkant van de
kookplaat een houten plaat van minimaal
5 mm dikte om verkleuring/vervorming van
onderliggende panelen/voorwerpen te
voorkomen.
Let op:
Plaats een kookplaat niet naast een hoge kast
of wand van brandbaar materiaal. (Indien niet
anders mogelijk, houdt dan een minimale
afstand van 40 mm tussen buitenkant
kookplaat en deze wand. Houd ook een
afstand van minimaal 65 cm aan tussen de
kookplaat en een eventueel te plaatsen
afzuigkap.)
■ Teken de uitzaagmaat (560 x 490 mm) af op
het aanrechtblad (zie fig. 5).
■ Plak het meegeleverde afdichtband (A)
onder de rand van de kookplaat (zie fig. 6).
■ Plaats de kookplaat in de uitsparing en zet
de bevestigingsbeugels vast (zie fig. 7).
■ Controleer na plaatsing van de kookplaat of
het toestel goed werkt.
Installatie
Algemeen
Wanneer het toestel niet is voorzien van een
aansluitsnoer met stekker, dan dient het
alleen door een erkend installateur te worden
aangesloten. Stekker en stopcontact moeten
na installatie van het toestel goed bereikbaar
blijven.
Let op:
Op het gegevensplaatje staan de
aansluitwaarde en de vereiste netspanning
aangegeven. Het aansluiten moet gebeuren in
overeenstemming met de nationale en lokale
voorschriften.
Bij een gespecificeerd vermogen groter dan
3 kW gebruikt u een contactdoos geschikt
voor een stroomsterkte van meer dan 13 A.
Elektrische aansluiting
Het toestel moet altijd geaard zijn. Gebruik
voor het aansluiten een kabel van goede
kwaliteit, bijv. H05RRF, 1,5 of 2,5 mm
2
, met 3 of
5 aders, afhankelijk van de voorschriften.
Wilt u een vaste aansluiting maken, zorg er
dan voor dat er een omnipolaire schakelaar
met een contactafstand van minimaal 3 mm in
de toevoerleiding wordt aangebracht.
Aansluitschema’s
Aan de onderzijde van het toestel bevindt zich
een etiket met daarop de aansluitschema’s.
Aansluitklemmen
Met de op het aansluitblok aanwezige
bruggen kunt u de vereiste doorverbinding
maken. Vergeet niet de kabel vast te zetten
met de trekontlasting.
fig. 7
fig. 5
min. 5