BEDIENING
7
6
BEDIENING
Turbo functie
Met de turbo functie kunt u de kookzone
linksvoor gedurende maximaal tien minuten op
een extra hoge stand (3000 W) inschakelen.
Druk op de aan/uit toets (A).
In de displays boven de toetsen verschijnt
0.
Druk op de turbo toets (G).
Het lampje boven de toets licht op. In het
display van de kookzone linksvoor
verschijnt
9. Na tien minuten schakelt de
kookzone automatisch terug naar stand 9. Het
turbo lampje dooft.
Wanneer u binnen tien minuten nogmaals de
turbo toets bedient schakelt de kookzone
direct terug naar stand 9.
Let op! Bij ingeschakelde turbo functie kunt u
de kookzone linksachter op maximaal 600 W
gebruiken. Als deze zone op een hogere stand
is ingesteld verschijnt deze stand knipperend
in het display. Na uitschakelen van de turbo
functie knippert deze stand niet meer en
wordt het ingestelde vermogen weer
afgegeven.
Bediening
Figuur 4: Bedieningstoetsen
De eerste keer inschakelen /
inschakelen na stroomuitval
Druk op de aan/uit toets (A).
Het lampje boven de slottoets (F) licht op.
Houd de slottoets (F) ingedrukt totdat het
lampje boven de toets dooft.
Het toestel kan nu bediend worden.
Inschakelen
Druk op de aan/uit toets (A).
In de displays boven de toetsen (C)
verschijnt
0
.
Als u de kookplaat niet binnen 10 seconden
bedient, schakelt de plaat zichzelf weer uit.
Wanneer u een kookzone inschakelt zonder
dat er een pan op geplaatst is verschijnt het
"pan ontbreekt" symbool ( ) in het
desbetreffende display.
Vermogen instellen
Kies een stand door op de toetsen of te
drukken.
toets (D) geeft een lagere stand (bij
bediening van deze toets vanuit stand '0'
schakelt de zone in op stand 9).
toets (E) geeft een hogere stand. Na enige
tijd schakelt de ventilator in.
Het display (C) geeft de gekozen stand weer.
Welke standen u moet kiezen kunt u zien in de
tabellen op pagina 9 en 10.
Uitschakelen
Door op de aan/uit toets (A) te drukken
schakelt u het toestel weer uit.
De displays boven de toetsen doven.
Restwarmte-indicatie
De indicatie geeft aan dat de kookzone nog
warm is en dooft zodra de glasplaat een
veilige temperatuur bereikt heeft.
Restwarmte wordt met weergegeven in
het display van de betreffende kookzone.
C
A
D E F
B
G