675415
3
Zoom out
Zoom in
Previous page
1/146
Next page
Gebruikershandleiding
NPD5907-00 NL
Copyright
Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand of
openbaar worden gemaakt, in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch, door fotokopieën,
opnamen of op enige andere manier, zonder voorafgaande
schrielijke
toestemming van Seiko Epson
Corporation. Er wordt geen patentaansprakelijkheid aanvaard met betrekking tot het gebruik van de informatie in
deze handleiding. Evenmin wordt aansprakelijkheid aanvaard voor schade die voortvloeit uit het gebruik van de
informatie in deze publicatie. De informatie in dit document is uitsluitend bestemd voor gebruik met dit Epson-
product. Epson is niet verantwoordelijk voor gebruik van deze informatie in combinatie met andere producten.
Seiko Epson Corporation noch haar lialen kunnen verantwoordelijk worden gesteld door de koper van dit
product of derden voor schade, verlies, kosten of uitgaven die de koper of derden oplopen ten gevolge van al dan
niet foutief gebruik of misbruik van dit product of onbevoegde wijzigingen en herstellingen of (met uitzondering
van de V.S.) het zich niet strikt houden aan de gebruiks- en onderhoudsvoorschrien van Seiko Epson
Corporation.
Seiko Epson Corporation en haar dochterondernemingen kunnen niet verantwoordelijk worden gehouden voor
schade of problemen voortvloeiend uit het gebruik van andere dan originele onderdelen of verbruiksgoederen
kenbaar als Original Epson Products of Epson Approved Products by Seiko Epson.
Seiko Epson Corporation kan niet verantwoordelijk worden gesteld voor schade voortvloeiend uit
elektromagnetische interferentie als gevolg van het gebruik van andere interfacekabels die door Seiko Epson
Corporation worden aangeduid als Epson Approved Products.
© 2017 Seiko Epson Corporation
De inhoud van deze handleiding en de specicaties van dit product kunnen zonder aankondiging worden
gewijzigd.
Gebruikershandleiding
Copyright
2
Handelsmerken
EPSON
®
is een gedeponeerd handelsmerk en EPSON EXCEED YOUR VISION of EXCEED YOUR VISION is
een handelsmerk van Seiko Epson Corporation.
PRINT Image Matching™ en het PRINT Image Matching-logo zijn handelsmerken van Seiko Epson
Corporation.Copyright © 2001 Seiko Epson Corporation. All rights reserved.
Epson Scan 2 soware is based in part on the work of the Independent JPEG Group.
libti
Copyright © 1988-1997 Sam
Leer
Copyright © 1991-1997 Silicon Graphics, Inc.
Permission to use, copy, modify, distribute, and sell this soware and its documentation for any purpose is
hereby granted without fee, provided that (i) the above copyright notices and this permission notice appear in
all copies of the soware and related documentation, and (ii) the names of Sam Leer and Silicon Graphics
may not be used in any advertising or publicity relating to the soware without the specic, prior written
permission of Sam Leer and Silicon Graphics.
THE SOFTWARE IS PROVIDED "AS-IS" AND WITHOUT WARRANTY OF ANY KIND, EXPRESS,
IMPLIED OR OTHERWISE, INCLUDING WITHOUT LIMITATION, ANY WARRANTY OF
MERCHANTABILITY OR FITNESS FOR A PARTICULAR PURPOSE.
IN NO EVENT SHALL SAM LEFFLER OR SILICON GRAPHICS BE LIABLE FOR ANY SPECIAL,
INCIDENTAL, INDIRECT OR CONSEQUENTIAL DAMAGES OF ANY KIND, OR ANY DAMAGES
WHATSOEVER RESULTING FROM LOSS OF USE, DATA OR PROFITS, WHETHER OR NOT ADVISED
OF THE POSSIBILITY OF DAMAGE, AND ON ANY THEORY OF LIABILITY, ARISING OUT OF OR IN
CONNECTION WITH THE USE OR PERFORMANCE OF THIS SOFTWARE.
Microso
®
, Windows
®
, and Windows Vista
®
are registered trademarks of Microso Corporation.
Apple, Macintosh, Mac OS, OS X, Bonjour, Safari, iPad, iPhone, iPod touch, and iTunes are trademarks of Apple
Inc., registered in the U.S. and other countries.
Google Cloud Print, Chrome, Chrome OS, and Android are trademarks of Google Inc.
QR Code is a registered trademark of DENSO WAVE INCORPORATED in Japan and other countries.
Adobe and Adobe Reader are either registered trademarks or trademarks of Adobe Systems Incorporated in the
United States and/or other countries.
Intel
®
is a registered trademark of Intel Corporation.
Algemene opmerking: andere productnamen vermeld in deze uitgave, dienen uitsluitend als identicatie en
kunnen handelsmerken zijn van hun respectievelijke eigenaars.Epson maakt geen enkele aanspraak op enige
rechten op deze handelsmerken.
Gebruikershandleiding
Handelsmerken
3
Inhoudsopgave
Copyright
Handelsmerken
Over deze handleiding
Introductie tot de handleidingen................7
Informatie zoeken in de handleiding.............7
Markeringen en symbolen....................9
Beschrijvingen gebruikt in deze handleiding.......9
Referenties voor besturingssystemen.............9
Belangrijke instructies
Veiligheidsinstructies.......................10
Printeradviezen en waarschuwingen. . . . . . . . . . . . 11
Adviezen en waarschuwingen voor het
instellen/gebruik van de printer............. 11
Adviezen en waarschuwingen voor gebruik
van de printer met een draadloze verbinding. . . . 12
Uw persoonlijke gegevens beschermen..........12
Basisprincipes van printer
Namen en functies van onderdelen.............13
Bedieningspaneel..........................15
Netwerkinstellingen
Typen netwerkverbindingen..................17
Wi-Fi-verbinding........................17
Wi-Fi Direct-verbinding (eenvoudig
toegangspunt)..........................17
Een computer verbinden.................... 18
Een smart device verbinden..................19
Wi-Fi-instellingen congureren op de printer. . . . . 19
Wi-Fi-instellingen congureren via de
drukknopinstelling.......................20
Wi-Fi-instellingen congureren via de
pincode-instelling (WPS)..................21
Instellingen voor Wi-Fi Direct-verbinding
(eenvoudig toegangspunt) congureren....... 22
De status van de netwerkverbinding controleren. . . 23
De netwerkstatus controleren met het
netwerklampje..........................23
Een netwerkverbindingsrapport afdrukken. . . . . 24
Een netwerkstatusvel afdrukken.............30
Toegangspunten vervangen of toevoegen.........30
De verbindingsmethode met een computer
wijzigen.................................30
De netwerkinstellingen herstellen op het
bedieningspaneel..........................31
Papier laden
Voorzorgsmaatregelen voor papierverwerking. . . . . 32
Beschikbaar papier en capaciteit...............33
Lijst met papiertypes.....................34
Papier laden in de Papiertoevoer achter..........34
Originelen op de Scannerglasplaat
plaatsen
Meerdere foto's plaatsen om tegelijkertijd te
scannen.................................39
Afdrukken
Afdrukken vanaf een computer................40
Basisprincipes van printer — Windows. . . . . . . . 40
Basisprincipes Mac OS..................41
Dubbelzijdig afdrukken (alleen voor Windows). . 44
Meerdere pagina's op één vel afdrukken. . . . . . . 45
Afdruk aanpassen aan papierformaat. . . . . . . . . 46
Meerdere bestanden samen afdrukken (alleen
voor Windows)......................... 48
Eén aeelding afdrukken op meerdere vellen
om een poster te maken (alleen voor Windows). . 49
Geavanceerde functies gebruiken voor
afdrukken.............................55
Foto's afdrukken met Epson Easy Photo Print. . . 57
Afdrukken met Smart Devices................58
Epson iPrint gebruiken....................58
Afdrukken annuleren.......................59
Afdrukken annuleren Printertoets......... 60
Afdrukken annuleren - Windows............ 60
Afdrukken annuleren Mac OS............60
Kopiëren
Normaal kopiëren.........................61
Meerdere kopieën maken....................61
Scannen
Scannen via het bedieningspaneel..............62
Gebruikershandleiding
Inhoudsopgave
4
Scannen vanaf een computer................. 62
Scannen met Epson Scan 2.................62
Scannen met smart-apparaten................ 69
Epson iPrint installeren...................69
Scannen met Epson iPrint................. 69
Inktpatronen vervangen
Het inktpeil controleren.....................71
Het inktpeil controleren - Windows...........71
Het inktniveau controleren Mac OS........71
Codes van de cartridges.....................71
Voorzorgsmaatregelen voor inktpatronen........72
Inktcartridges vervangen (wanneer het
inktlampje brandt of knippert)................75
Inktcartridges vervangen (wanneer het
inktlampje uit is)..........................79
Tijdelijk met zwarte inkt afdrukken.............82
Tijdelijk met zwarte inkt afdrukken - Windows. . 83
Tijdelijk met zwarte inkt afdrukken — Mac OS. . 84
Zwarte inkt besparen als de zwarte inkt bijna op
is (uitsluitend voor Windows).................85
De printer onderhouden
De printkop controleren en reinigen............86
De printkop controleren en schoonmaken
knoppen op printer......................86
De printkop controleren en schoonmaken -
Windows..............................87
De printkop controleren en reinigen — Mac OS. .87
De printkop uitlijnen.......................88
De printkop uitlijnen Windows............88
De printkop uitlijnen Mac OS.............88
Het papiertraject reinigen....................89
De Scannerglasplaat reinigen.................89
Het doorschijnende folie reinigen..............90
Stroom besparen..........................92
Stroom besparen - Windows................92
Stroom besparen Mac OS................92
Netwerkservice en
softwareinformatie
De service van Epson Connect................94
Web Cong..............................94
Web Cong uitvoeren op een browser.........95
Web Cong uitvoeren op Windows...........95
Web Cong uitvoeren op Mac OS............96
Windows-printerdriver......................96
Uitleg bij de printerdriver voor Windows.......97
Bedieningsinstellingen voor Windows-
printerdriver congureren.................99
Mac OS-printerstuurprogramma.............. 99
Uitleg bij het printerstuurprogramma voor
Mac OS..............................100
Bedieningsinstellingen voor Mac OS-
printerdriver congureren................ 102
Epson Scan 2 (scannerstuurprogramma)........102
Epson Event Manager......................103
Epson Easy Photo Print.................... 103
E-Web Print (alleen voor Windows)........... 104
Easy Photo Scan..........................104
EPSON Soware Updater. . . . . . . . . . . . . . . . . . . 105
Toepassingen verwijderen...................105
Toepassingen verwijderen - Windows. . . . . . . . 105
Toepassingen verwijderen — Mac OS. . . . . . . . 106
Toepassingen installeren....................107
Toepassingen enrmware bijwerken...........107
Problemen oplossen
De printerstatus controleren.................109
De foutindicatoren op de printer controleren. . . 109
De printerstatus controleren - Windows. . . . . . .111
De printerstatus controleren — Mac OS. . . . . . 111
Vastgelopen papier verwijderen...............111
Vastgelopen papier verwijderen uit de
Papiertoevoer achter.....................112
Vastgelopen papier uit de uitvoerlade
verwijderen...........................112
Vastgelopen papier binnen in de printer
verwijderen...........................112
Papier wordt niet goed ingevoerd.............114
Papier loopt vast........................114
Papier wordt schuin ingevoerd.............115
Er worden meerdere vellen papier tegelijk
uitgevoerd............................115
Problemen met stroomtoevoer en
bedieningspaneel.........................115
De stroom wordt niet ingeschakeld..........115
De stroom wordt niet uitgeschakeld......... 115
Kan niet afdrukken vanaf een computer. . . . . . . . 115
De verbinding controleren (USB)...........115
De verbinding controleren (netwerk).........116
De soware en gegevens controleren.........117
De printerstatus controleren vanaf de
computer (Windows)....................119
Gebruikershandleiding
Inhoudsopgave
5
De printerstatus controleren vanaf de
computer (Mac OS).....................120
Wanneer u de netwerkinstellingen niet kunt
congureren............................ 120
Kan geen verbinding maken vanaf apparaten
terwijl de netwerkinstellingen correct zijn. . . . . 120
U kunt geen verbinding maken via Wi-Fi
Direct (eenvoudig toegangspunt)........... 122
De SSID controleren waarmee de printer is
verbonden............................123
De SSID voor de computer controleren.......124
Afdrukproblemen........................ 125
De afdruk is gekrast of er ontbreken kleuren. . . 125
Er verschijnen strepen of onverwachte kleuren. .125
Gekleurde streepvorming zichtbaar met een
tussenafstand van ongeveer 2.5 cm..........125
Onscherpe afdrukken, verticale strepen of
verkeerde uitlijning..................... 126
Afdrukkwaliteit is slecht..................126
Papier vertoont vlekken of is bekrast.........127
Afgedrukte foto's zijn plakkerig.............128
Aeeldingen of foto's worden afgedrukt met
de verkeerde kleuren.................... 128
De kleuren verschillen van wat u op het
scherm ziet........................... 128
Kan niet afdrukken zonder marges..........129
Randen van de aeelding vallen weg bij het
randloos afdrukken.....................129
Positie, formaat of marges van de afdruk zijn
niet juist............................. 129
Afgedrukte tekens zijn niet juist of onleesbaar. . 129
De afgedrukte aeelding is omgekeerd. . . . . . . 130
Mozaïekachtige patronen op de afdrukken. . . . .130
Op de gekopieerde afdruk verschijnen
ongelijke kleuren, vegen, vlekken of rechte
lijnen................................130
Er verschijnt een webachtig patroon (ook wel
"moiré" genoemd) op de gekopieerde
aeelding
............................130
De achterkant van het origineel is te zien op
de gekopieerde aeelding.................130
Het probleem kon niet worden opgelost. . . . . . .131
Overige afdrukproblemen...................131
Afdrukken verloopt te traag...............131
Afdrukken vertraagt aanzienlijk tijdens het
continu afdrukken......................131
Kan niet beginnen met scannen.............. 132
Kan scannen niet starten via bedieningspaneel. .132
Problemen met gescande aeeldingen......... 133
Ongelijke kleuren, vuil, vlekken, enzovoort
worden weergegeven bij scannen vanaf de
glasplaat van de scanner..................133
De aeeldingskwaliteit is ruw..............133
De oset schijnt door in de achtergrond van
aeeldingen.......................... 133
De tekst is onscherp.....................134
Moiré-patronen (webachtige schaduwen)
verschijnen........................... 134
Kan het juiste gebied niet scannen op de
glasplaat............................. 134
Kan geen voorbeeld weergeven in umbnail. . 135
Tekst wordt niet correct herkend wanneer ik
opsla als een Searchable PDF...............135
Problemen in gescande aeelding kunnen
niet worden opgelost.................... 135
Andere scanproblemen.....................136
Scannen verloopt te traag.................136
Scannen stopt bij het scannen naar een PDF/
Multi-TIFF........................... 136
Overige problemen........................137
Lichte elektrische schok wanneer u de printer
aanraakt............................. 137
Printer maakt veel lawaai tijdens werking. . . . . 137
Soware
wordt geblokkeerd door een
rewall
(alleen Windows).......................137
Bijlage
Technische specicaties.................... 138
Printer specicaties..................... 138
Scannerspecicaties.....................139
Interface-specicaties....................139
Lijst met netwerkfuncties.................140
Wi-Fi-specicaties......................140
Beveiligingsprotocol.....................141
Ondersteunde services van derden.......... 141
Dimensies............................141
Elektrische specicaties.................. 141
Omgevingsspecicaties...................142
Systeemvereisten....................... 142
Regelgevingsinformatie.................... 142
Normen en goedkeuringen voor Europees
model...............................142
Beperkingen op het kopiëren.............. 143
De printer vervoeren...................... 143
Hulp vragen.............................146
Technische ondersteuning (website).........146
Contact opnemen met de klantenservice van
Epson...............................146
Gebruikershandleiding
Inhoudsopgave
6
Over deze handleiding
Introductie tot de handleidingen
De volgende handleidingen worden meegeleverd met uw Epson-printer. Raadpleeg naast de handleidingen, ook de
Help in de verschillende Epson-sowaretoepassingen.
Hier beginnen (gedrukte handleiding)
Bevat informatie over het instellen van de printer, het installeren van de soware, het gebruik van de printer, het
oplossen van problemen enzovoort.
Gebruikershandleiding (digitale handleiding)
Deze handleiding. Biedt algehele informatie en instructies voor het gebruik van de printer, voor
netwerkinstellingen wanneer de printer in een netwerk wordt gebruikt en voor het oplossen van problemen.
U kunt de meest recente versie van de bovenstaande handleidingen in uw bezit krijgen op de volgende manieren.
Gedrukte handleiding
Ga naar de ondersteuningssite van Epson Europe (http://www.epson.eu/Support) of de wereldwijde
ondersteuningssite van Epson (http://support.epson.net/).
Digitale handleiding
Start EPSON Soware Updater op uw computer. EPSON Soware Updater controleert of er updates
beschikbaar zijn voor Epson-toepassingen of digitale handleidingen en laat u vervolgens de meest recente versie
downloaden.
Gerelateerde informatie
& “EPSON Soware Updater” op pagina 105
Informatie zoeken in de handleiding
In de PDF-handleiding kunt u naar informatie zoeken via een zoekwoord, of direct naar een bepaald gedeelte gaan
met behulp van de bladwijzers.U kunt ook alleen de pagina's afdrukken die u nodig hebt.Dit gedeelte bevat uitleg
over het gebruik van een PDF-handleiding die in Adobe Reader X is geopend op de computer.
Gebruikershandleiding
Over deze handleiding
7
Zoeken met een zoekwoord
Klik op Bewerken > Geavanceerd zoeken.Voer in het zoekvenster het zoekwoord (tekst) in voor de informatie die
u zoekt en klik vervolgens op Zoeken.Zoekresultaten worden weergegeven in een lijst.Klik op een van de
weergegeven zoekresultaten om naar de
betreende
pagina te gaan.
Direct naar informatie gaan via bladwijzers
Klik op een titel om naar de betreende pagina te gaan.Klik op + of > en bekijk de onderliggende titels in dat
gedeelte.Voer de volgende bewerking uit op het toetsenbord als u wilt terugkeren naar de vorige pagina.
Wi n d ows: houd de Alt-toets ingedrukt en druk op .
Mac OS: houd de command-toets ingedrukt en druk op .
Alleen pagina's afdrukken die u nodig hebt
U kunt alleen de pagina's die u nodig hebt extraheren en afdrukken.Klik op Afdrukken in het menu Bestand en
geef in Pagina's bij Pagina's die moeten worden afgedrukt de pagina's op die u wilt afdrukken.
Als u een paginareeks wilt opgeven, voert u tussen de begin- eindpagina een areekstreepje in.
Voorbeeld: 20 -25
Als u niet-opeenvolgende pagina's wilt opgeven, scheidt u de pagina's met komma's.
Voorbeeld: 5, 10, 15
Gebruikershandleiding
Over deze handleiding
8
Markeringen en symbolen
!
Let op:
Instructies die zorgvuldig moeten worden gevolgd om lichamelijk letsel te voorkomen.
c
Belangrijk:
Instructies die moeten worden gevolgd om schade aan het apparaat te voorkomen.
Opmerking:
Biedt aanvullende informatie en referentiegegevens.
&
Gerelateerde informatie
Koppelingen naar de verwante paragrafen.
Beschrijvingen gebruikt in deze handleiding
Screenshots van de schermen van de printerdriver en Epson Scan 2 (scannerdriver) zijn van Windows 10 of
macOS High Sierra. De inhoud die op de schermen wordt weergegeven, is aankelijk van het model en de
situatie.
Aeeldingen
van de printer gebruikt in deze handleiding dienen uitsluitend als voorbeeld. Er zijn kleine
verschillen tussen elk model, maar de gebruiksmethode
blij
hetzelfde.
Referenties voor besturingssystemen
Windows
In deze handleiding verwijzen termen zoals "Windows 10", "Windows 8.1", "Windows 8", "Windows 7", "Windows
Vista", en "Windows XP" naar de volgende besturingssystemen. Bovendien wordt "Windows" gebruikt om alle
versies ervan aan te duiden.
Microso
®
Wi n d ows
®
10 besturingssysteem
Microso
®
Wi n d ows
®
8.1 besturingssysteem
Microso
®
Wi n d ows
®
8 besturingssysteem
Microso
®
Wi n d ows
®
7 besturingssysteem
Microso
®
Wi n d ows Vista
®
besturingssysteem
Microso
®
Wi n d ows
®
XP besturingssysteem
Microso
®
Wi n d ows
®
XP Professional x64 Edition besturingssysteem
Mac OS
In deze handleiding wordt "Mac OS" gebruikt om te verwijzen naar macOS High Sierra, macOS Sierra, OS X El
Capitan, OS X Yosemite, OS X Mavericks, OS X Mountain Lion, Mac OS X v10.7.x en Mac OS X v10.6.8.
Gebruikershandleiding
Over deze handleiding
9
Belangrijke instructies
Veiligheidsinstructies
Lees en volg deze instructies om deze printer veilig te gebruiken. Bewaar deze handleiding voor latere
raadplegingen. Let ook op alle waarschuwingen en instructies die op de printer staan.
Sommige van de symbolen die worden gebruikt op de printer zijn bedoeld om de veiligheid en het juiste
gebruik van de printer te garanderen. Ga naar de volgende website voor de betekenis van de symbolen.
http://support.epson.net/symbols
Gebruik alleen het netsnoer dat met de printer is meegeleverd en gebruik het snoer niet voor andere apparatuur.
Gebruik van andere snoeren met deze printer of gebruik van het meegeleverde netsnoer met andere apparatuur
kan leiden tot brand of elektrische schokken.
Zorg ervoor dat het netsnoer voldoet aan de relevante plaatselijke veiligheidsnormen.
Haal het netsnoer, de stekker, de printer, de scanner of de accessoires nooit uit elkaar en probeer deze
onderdelen nooit zelf te wijzigen of te repareren, tenzij zoals uitdrukkelijk staat beschreven in de handleidingen
van het apparaat.
Trek in de volgende gevallen de stekker uit het stopcontact en laat het onderhoud aan een onderhoudstechnicus
over:
Als het netsnoer of de stekker beschadigd is, als er vloeistof in de printer is gekomen, als de printer is gevallen of
als de behuizing beschadigd is, als de printer niet normaal werkt of als er een duidelijke wijziging in de
prestaties optreedt. Wijzig geen instellingen als hiervoor in de gebruiksaanwijzing geen instructies worden
gegeven.
Zet het apparaat in de buurt van een stopcontact waar u de stekker gemakkelijk uit het stopcontact kunt halen.
Plaats of bewaar de printer niet buiten en zorg ervoor dat de printer niet wordt blootgesteld aan vuil, stof, water
of hittebronnen. Vermijd plaatsen die onderhevig zijn aan schokken, trillingen, hoge temperaturen of
luchtvochtigheid.
Zorg ervoor dat u geen vloeistoen op de printer morst en pak de printer niet met natte handen vast.
Houd de printer ten minste 22 cm verwijderd van pacemakers. De radiogolven die door deze printer worden
uitgezonden, kunnen een negatieve invloed hebben op de werking van pacemakers.
Wees voorzichtig met gebruikte cartridges. Er kan inkt rond de inkttoevoer kleven.
Als u inkt op uw huid krijgt, wast u de plek grondig met water en zeep.
Als u inkt in uw ogen krijgt, moet u uw ogen onmiddellijk uitspoelen met water. Raadpleeg onmiddellijk een
arts als u ondanks grondig spoelen problemen krijgt met uw ogen of nog steeds ongemak ondervindt.
Als er inkt in uw mond terechtkomt, raadpleegt u direct een arts.
Haal de cartridge niet uit elkaar, omdat u inkt in uw ogen of op uw huid kunt krijgen.
Schud de cartridges niet te hard en laat ze niet vallen. Wees ook voorzichtig dat u ze niet ineendrukt of hun
etiket scheurt. Omdat hierdoor inkt kan lekken.
Houd cartridges buiten het bereik van kinderen.
Gebruikershandleiding
Belangrijke instructies
10
Printeradviezen en waarschuwingen
Lees en volg deze instructies om schade aan de printer of uw eigendommen te voorkomen. Bewaar deze
handleiding voor toekomstig gebruik.
Adviezen en waarschuwingen voor het instellen/gebruik van de
printer
Blokkeer de openingen in de behuizing van de printer niet en dek deze niet af.
Gebruik uitsluitend het type voedingsbron dat is vermeld op het etiket van de printer.
Gebruik geen stopcontacten in dezelfde groep als kopieerapparaten, airconditioners of andere apparaten die
regelmatig worden in- en uitgeschakeld.
Gebruik geen stopcontacten die met een wandschakelaar of een automatische timer kunnen worden in- en
uitgeschakeld.
Plaats het hele computersysteem uit de buurt van apparaten die elektromagnetische storing kunnen
veroorzaken, zoals luidsprekers of basisstations van draadloze telefoons.
Plaats het netsnoer zodanig dat geen slijtage, inkepingen, rafels, plooien en knikken kunnen optreden. Plaats
geen voorwerpen op het netsnoer en plaats het netsnoer zodanig dat niemand erop kan stappen. Let er vooral
op dat snoeren mooi recht blijven aan de uiteinden en de punten waar deze de transformator in- en uitgaan.
Als u een verlengsnoer gebruikt voor de printer, mag de totale stroombelasting in ampère van alle aangesloten
apparaten niet hoger zijn dan de maximale belasting voor het verlengsnoer. Zorg er bovendien voor dat het
totaal van de ampèrewaarden van alle apparaten die zijn aangesloten op het stopcontact, niet hoger is dan de
maximumwaarde die is toegestaan voor het stopcontact.
Als u de printer in Duitsland gebruikt, moet u rekening houden met het volgende: de installatie van het gebouw
moet beschikken over een stroomonderbreker van 10 of 16 A om de printer te beschermen tegen kortsluiting en
stroompieken.
Let bij het aansluiten van de printer op een computer of ander apparaat op de juiste richting van de stekkers van
de kabel. Elke stekker kan maar op een manier op het apparaat worden aangesloten. Wanneer u een stekker op
een verkeerde manier in het apparaat steekt, kunnen beide apparaten die via de kabel met elkaar zijn verbonden
beschadigd raken.
Plaats de printer op een vlakke, stabiele ondergrond die groter is dan de printer zelf. De printer werkt niet goed
als deze scheef staat.
Zorg er bij opslag of transport van de printer voor dat deze niet gekanteld, verticaal of ondersteboven wordt
gehouden, anders kan er inkt lekken.
Laat boven de printer voldoende ruimte vrij om het deksel volledig te kunnen openen.
Zorg ervoor dat aan de voorkant van de printer voldoende ruimte is voor het papier dat uit de printer komt.
Vermijd plaatsen met grote schommelingen in temperatuur en luchtvochtigheid. Houd de printer ook uit de
buurt van direct zonlicht, fel licht of warmtebronnen.
Steek geen voorwerpen door de openingen in de printer.
Steek uw hand niet in de printer tijdens het afdrukken.
Raak de witte, platte kabel binnen in de printer niet aan.
Gebruik geen spuitbussen met ontvlambare stoen in of in de buurt van de printer. Dit kan brand veroorzaken.
Verplaats de printkop niet handmatig; anders kunt u de printer beschadigen.
Gebruikershandleiding
Belangrijke instructies
11
Pas bij het sluiten van de scannereenheid op dat uw vingers niet klem komen te zitten.
Let erop dat u nooit te hard op de scannerglasplaat drukt wanneer u er een origineel op legt.
Zet de printer altijd uit met de knop
P
. Trek de stekker niet uit het stopcontact en sluit de stroom naar het
stopcontact niet af zolang het lampje
P
nog knippert.
Controleer voordat u de printer vervoert of de printkop zich in de uitgangspositie bevindt (uiterst rechts) en of
de cartridges aanwezig zijn.
Als u de printer gedurende langere tijd niet gebruikt, neem dan de stekker uit het stopcontact.
Adviezen en waarschuwingen voor gebruik van de printer met een
draadloze verbinding
Radiogolven van deze printer kunnen nadelige gevolgen hebben voor de werking van medische elektronische
apparatuur, waardoor deze apparatuur defect kan raken.Wanneer u deze printer gebruikt in een medische
instelling of in de buurt van medische apparatuur, volg dan de aanwijzingen van het bevoegd personeel van de
medische instelling en volg alle waarschuwingen en aanwijzingen die op de medische apparatuur zelf staan.
Radiogolven uit deze printer kunnen de werking van automatisch gestuurde apparaten, zoals automatische
deuren of een brandalarm, storen en kunnen tot ongevallen leiden als gevolg van storing.Volg alle
waarschuwingen en aanwijzingen die op deze apparatuur zijn aangeduid wanneer u deze printer gebruikt in de
buurt van automatisch aangestuurde apparaten.
Uw persoonlijke gegevens beschermen
Als u de printer aan iemand anders gee of wilt weggooien, kunt u de netwerkinstellingen die in het
printergeheugen zijn opgeslagen wissen door de printer aan te zetten met de knop
terwijl u de knop op het
bedieningspaneel ingedrukt houdt.
Gebruikershandleiding
Belangrijke instructies
12
Basisprincipes van printer
Namen en functies van onderdelen
A
Zijgeleider Zorgen ervoor dat het papier recht in de printer wordt
ingevoerd. Schuif ze naar de randen van het papier.
B
Papiertoevoer achter Laadt papier.
C
Papiersteun Ondersteuning voor geladen papier.
D
Invoerbescherming Voorkomt dat ongewenste zaken in de printer
terechtkomen. Laat deze bescherming over het
algemeen dicht.
E
Uitvoerlade Opvanglade voor het papier dat uit de printer komt.
F
Bedieningspaneel Voor bediening van de printer.
Gebruikershandleiding
Basisprincipes van printer
13
A
Steun van scannereenheid Ondersteuning voor de scannereenheid.
B
Cartridgehouder Installeer de cartridges. Aan de onderkant komt inkt uit
de spuitkanaaltjes van de printkop.
A
B
C
A
Documentdeksel Houdt het licht van buitenaf tegen tijdens het scannen.
B
Scannerglasplaat Plaats de originelen.
C
Scannereenheid Scant de originelen die u hebt geplaatst. Open dit om
cartridges te vervangen of papier dat in de printer is
vastgelopen, te verwijderen.
A
B
A
Netaansluiting Voor aansluiting van het netsnoer.
B
USB-poort Voor aansluiting van een USB-kabel als verbinding met
een computer.
Gebruikershandleiding
Basisprincipes van printer
14
Bedieningspaneel
AB G
H
I
EF
C
D
A
Het linker- en rechterlampje geven de netwerkstatus aan.
(Groen lampje — links): gaat branden wanneer de printer is verbonden met een
draadloos netwerk (Wi-Fi) of knippert wanneer er communicatie plaatsvindt.
(Oranje lampje — rechts): gaat branden wanneer de printer is verbonden met een
draadloos netwerk (Wi-Fi) in de modus Wi-Fi Direct (eenvoudig toegangspunt), of knippert
wanneer er communicatie plaatsvindt.
De lampjes knipperen afwisselend of tegelijk tijdens het initialiseren of opgeven van
netwerkinstellingen.
B
Hiermee schakelt u de printer in of uit.
Niet uitschakelen zolang het aan/uit-lampje knippert (wanneer de printer bezig is of gegevens
verwerkt).
Haal het netsnoer uit het stopcontact als het aan/uit-lampje uit staat.
C
Wanneer er een netwerkfout optreedt, drukt u op deze knop om de fout te annuleren. Houd
deze knop langer dan drie seconden ingedrukt om Wi-Fi automatisch in te stellen met de WPS-
drukknop.
D
Drukt een netwerkverbindingsrapport af waarin u de oorzaak kunt achterhalen van problemen
die u mogelijk ervaart tijdens het gebruik van de printer in een netwerk. Als u gedetailleerdere
netwerkinstellingen en verbindingsstatus nodig hebt, houdt u deze knop gedurende ten
minste 10 seconden ingedrukt om een netwerkstatusrapport af te drukken.
E
Hiermee start u het kopiëren in zwart-wit op gewoon A4-papier. Druk met tussenpozen van 1
seconde op deze knop om het aantal exemplaren te verhogen (tot 20 exemplaren).
F
Hiermee start u het kopiëren in kleur op gewoon A4-papier. Druk met tussenpozen van 1
seconde op deze knop om het aantal exemplaren te verhogen (tot 20 exemplaren).
G
Hiermee stopt u de actieve bewerking.
Houd deze knop drie seconden ingedrukt tot de knop
P
knippert om een printkopreiniging
uit te voeren.
Wanneer het lampje
B
begint te branden, drukt u op deze knop om de cartridges te vervangen.
Wanneer het lampje
B
knippert of dooft, houdt u deze knop zes seconden ingedrukt totdat de
inktcartridgehouder begint te bewegen om de cartridge te vervangen.
H
Gaat branden of knipperen wanneer het papier op is of een papierstoring optreedt.
I
Gaat branden wanneer een cartridgefout optreedt (bijvoorbeeld omdat de cartridge moet
worden vervangen). Knippert wanneer de inkt bijna op is.
Gebruikershandleiding
Basisprincipes van printer
15
Er zijn meer functies beschikbaar met andere combinaties van knoppen.
+ Druk de knop en tegelijk in om software te starten op een computer die via USB
is aangesloten en iets te scannen als PDF-bestand.
+
Houd de knop ingedrukt en druk op de knop tot de lampjes en afwisselend
knipperen om het instellen via pincode (WPS) te starten.
+ Houd de knop ingedrukt en druk op de knop tot de lampjes en afwisselend
knipperen om het instellen via Wi-Fi Direct (eenvoudig toegangspunt) te starten.
+ Zet de printer aan met de knop ingedrukt om de standaardinstellingen voor het netwerk
te herstellen. Wanneer de netwerkinstellingen zijn hersteld, wordt de printer ingeschakeld en
knipperen de netwerkstatuslampjes oranje en groen.
+
Zet de printer aan met de knop
y
ingedrukt om het testpatroon af te drukken.
Gerelateerde informatie
& “De foutindicatoren op de printer controleren” op pagina 109
& Wi-Fi-instellingen congureren via de pincode-instelling (WPS)” op pagina 21
& “De netwerkinstellingen herstellen op het bedieningspaneel” op pagina 31
Gebruikershandleiding
Basisprincipes van printer
16
Netwerkinstellingen
Typen netwerkverbindingen
U kunt de volgende verbindingsmethoden gebruiken.
Wi-Fi-verbinding
Sluit de printer en de computer of het smart device aan op het toegangspunt. Dit is de meest gebruikelijke manier
van verbinden voor netwerken thuis en op kantoor waar de Wi-Fi-verbindingen worden verzorgd door een
toegangspunt.
Gerelateerde informatie
& “Een computer verbinden” op pagina 18
& “Een smart device verbinden” op pagina 19
& Wi-Fi-instellingen congureren op de printer” op pagina 19
Wi-Fi Direct-verbinding (eenvoudig toegangspunt)
Gebruik deze verbindingsmethode wanneer u thuis of op kantoor geen Wi-Fi hebt of wanneer u de printer en het
smart device rechtstreeks met elkaar wilt verbinden. In deze modus fungeert de printer als toegangspunt en kunt u
maximaal vier apparaten met de printer verbinden zonder dat u een apart toegangspunt nodig hebt. Smart devices
die rechtstreeks met de printer zijn verbonden kunnen echter niet met elkaar communiceren via de printer.
Gebruikershandleiding
Netwerkinstellingen
17
Opmerking:
Wi-Fi Direct-verbinding (eenvoudig toegangspunt) is een verbindingsmodus die is ontwikkeld als vervanging voor de ad-
hocmodus.
De printer kan tegelijk verbinding hebben via Wi-Fi en Wi-Fi Direct (eenvoudig toegangspunt). Als u echter een
netwerkverbinding start in Wi-Fi Direct (eenvoudig toegangspunt) wanneer de printer verbinding hee via Wi-Fi,
wordt de Wi-Fi-verbinding tijdelijk verbroken.
Gerelateerde informatie
& “Instellingen voor Wi-Fi Direct-verbinding (eenvoudig toegangspunt) congureren” op pagina 22
Een computer verbinden
Het wordt aanbevolen het installatieprogramma te gebruiken om de printer te verbinden met een computer.U kunt
het installatieprogramma op een van de volgende manieren uitvoeren.
Instellen vanaf de website
Open de volgende website en voer de productnaam in.Ga naar Instellen en congureer de instellingen.
http://epson.sn
Instellen met de soware-cd (alleen voor modellen die worden geleverd met een soware-cd en gebruikers die
beschikken over een computer met een schijfstation.)
Plaats de soware-cd in de computer en volg de instructies op het scherm.
De verbindingsmethoden selecteren
Volg de instructies op het scherm totdat het volgende scherm wordt weergegeven en selecteer vervolgens de
gewenste methode om de printer met de computer te verbinden.
Gebruikershandleiding
Netwerkinstellingen
18
Selecteer het verbindingstype en klik vervolgens op Vol ge nd e.
Volg de instructies op het scherm.
Een smart device verbinden
U kunt de printer gebruiken vanaf een smart device wanneer u de printer verbindt met hetzelfde Wi-Fi-netwerk
(SSID) als het smart device. Als u de printer wilt gebruiken vanaf een smart device, stelt u dit in vanaf de volgende
website. Open de website vanaf een smart device waarmee u verbinding wilt maken met de printer.
http://epson.sn > Instellen
Opmerking:
Als u tegelijkertijd een computer en een smart device met de printer wilt verbinden, wordt aangeraden als eerste de
computer te verbinden.
Wi-Fi-instellingen congureren op de printer
Op het bedieningspaneel van de printer kunt u op verschillende manieren de netwerkinstellingen
congureren.Kies de verbindingsmethode die overeenkomt met uw omgeving en de voorwaarden die u gebruikt.
Als het toegangspunt WPS ondersteunt, kunt u de instellingen congureren met drukknopinstellingen.
Nadat de printer verbinding
hee
gemaakt met het netwerk, maakt u verbinding tussen de printer en het apparaat
dat u wilt gebruiken (computer, smart device, tablet, enz.)
Congureer geavanceerde netwerkinstellingen om een statisch IP-adres te gebruiken.
Gerelateerde informatie
& Wi-Fi-instellingen congureren via de drukknopinstelling” op pagina 20
& “Wi-Fi-instellingen
congureren
via de pincode-instelling (WPS)” op pagina 21
Gebruikershandleiding
Netwerkinstellingen
19
& “Instellingen voor Wi-Fi Direct-verbinding (eenvoudig toegangspunt) congureren” op pagina 22
Wi-Fi-instellingen
congureren
via de drukknopinstelling
U kunt automatisch een Wi-Fi-netwerk instellen door op een knop op het toegangspunt te drukken.Als aan de
volgende voorwaarden is voldaan, kunt u deze manier van instellen gebruiken.
Het toegangspunt is compatibel met WPS (Wi-Fi Protected Setup).
De huidige Wi-Fi-verbinding is tot stand gebracht door op een knop op het toegangspunt te drukken.
Opmerking:
Als u de knop niet kunt vinden of als u instelt met behulp van de soware, raadpleeg dan de documentatie van het
toegangspunt.
1.
Houd de knop [WPS] op het toegangspunt ingedrukt tot het beveiligingslampje knippert.
Als u niet weet waar de [WPS]-knop zit, of als het toegangspunt geen knoppen
hee,
raadpleeg dan de
documentatie van het toegangspunt voor meer informatie.
2. Druk op de knop
op de printer tot de lampjes en afwisselend branden (circa 3 seconden).
Het instellen van de verbinding begint.Het lampje
wordt groen als er een verbinding tot stand is gebracht.
Opmerking:
De printer is in een verbindingsfoutstatus wanneer het lampje
uit is en het lampje tegelijkertijd
knippert.Nadat u de printerfout hebt opgelost door te drukken op de knop
op de printer, start u het toegangspunt
opnieuw, waarna u het toegangspunt dichter bij de printer zet en het nog een keer probeert.Als het nog steeds niet werkt,
druk dan een netwerkverbindingsrapport af en controleer de oplossing.
Gebruikershandleiding
Netwerkinstellingen
20
Gerelateerde informatie
& De status van de netwerkverbinding controleren” op pagina 23
& Wanneer u de netwerkinstellingen niet kunt congureren” op pagina 120
Wi-Fi-instellingen
congureren
via de pincode-instelling (WPS)
U kunt verbinding maken met een toegangspunt door gebruik te maken van een pincode die staat afgedrukt op het
netwerkstatusvel.U kunt deze methode gebruiken als uw toegangspunt WPS (Wi-Fi Protected Setup)
ondersteunt.Gebruik een computer om een pincode in te voeren in het toegangspunt.
1.
Papier laden.
2. Houd de knop
op de printer gedurende ten minste 10 seconden ingedrukt.
Het netwerkstatusvel wordt afgedrukt.
Opmerking:
Wanneer u de knop
binnen 10 seconden loslaat, wordt er een netwerkverbindingsrapport afgedrukt.Let op: de
pincode wordt niet in dit rapport afgedrukt.
3. Houd de knop ingedrukt en druk op de knop tot de lampjes en afwisselend knipperen.
4. Gebruik uw computer om de pincode (acht cijfers) die in de kolom [WPS-PIN Code] van het netwerkstatusvel
wordt weergegeven in te voeren in het toegangspunt. U hebt hier twee minuten de tijd voor.
Het lampje
wordt groen als er een verbinding tot stand is gebracht.
Opmerking:
Raadpleeg de documentatie van het toegangspunt voor meer informatie over het invoeren van een pincode.
De printer is in een verbindingsfoutstatus wanneer het lampje
uit is en het lampje tegelijkertijd
knippert.Nadat u de printerfout hebt opgelost door te drukken op de knop
op de printer, start u het
toegangspunt opnieuw, waarna u het toegangspunt dichter bij de printer zet en het nog een keer probeert.Als het nog
steeds niet werkt, druk dan een netwerkverbindingsrapport af en controleer de oplossing.
Gerelateerde informatie
& “Een netwerkstatusvel afdrukken” op pagina 30
& De status van de netwerkverbinding controleren” op pagina 23
& Wanneer u de netwerkinstellingen niet kunt congureren” op pagina 120
Gebruikershandleiding
Netwerkinstellingen
21
Instellingen voor Wi-Fi Direct-verbinding (eenvoudig
toegangspunt)
congureren
Deze methode maakt het mogelijk om de printer rechtstreeks, dus zonder toegangspunt, te verbinden met andere
apparaten.De printer fungeert zelf als toegangspunt.
c
Belangrijk:
Wanneer u een computer of smart device verbindt met de printer met de Wi-Fi Direct-verbinding (Eenvoudig AP),
is de printer verbonden met hetzelfde Wi-Fi-netwerk (SSID) als de computer of het smart device en vindt
communicatie tussen de beide apparaten plaats.Omdat de computer of het smart device automatisch wordt
verbonden met het andere verbindbare Wi-Fi-netwerk als de printer wordt uitgeschakeld, wordt niet opnieuw
verbinding gemaakt met het vorige Wi-Fi-netwerk als de printer wordt ingeschakeld.Maak vanuit de computer of
het smart device opnieuw verbinding met de SSID van de printer voor Wi-Fi Direct-verbinding (eenvoudig
toegangspunt).Als u niet steeds opnieuw verbinding wilt maken wanneer u de printer in- of uitschakelt, wordt
aangeraden een Wi-Fi-netwerk te gebruiken door de printer te verbinden met een toegangspunt.
1. Houd de knop ingedrukt en druk op de knop tot de lampjes en afwisselend knipperen.
Wacht totdat het proces is voltooid.
Het lampje
wordt groen als er een verbinding tot stand is gebracht.
2. Papier laden.
3. Houd de knop
op de printer gedurende ten minste 10 seconden ingedrukt.
Het netwerkstatusvel wordt afgedrukt.U kunt de SSID en het Wachtwoord voor Wi-Fi Direct (eenvoudig
toegangspunt) op dit vel controleren.
Opmerking:
Wanneer u de knop
binnen 10 seconden loslaat, wordt er een netwerkverbindingsrapport afgedrukt.Houd er
rekening mee dat de SSID en het Wachtwoord voor Wi-Fi Direct (eenvoudig toegangspunt) niet in dit rapport worden
afgedrukt.
Gebruikershandleiding
Netwerkinstellingen
22
4. Selecteer op het netwerkverbindingsscherm van de computer of het Wi-Fi-scherm van het smart device
dezelfde SSID die op het netwerkstatusvel wordt weergegeven om verbinding te maken.
5. Voer op de computer of het smart device het wachtwoord in dat wordt weergegeven op het netwerkstatusvel.
U kunt de status van Wi-Fi Direct controleren op het netwerkstatusvel.
Opmerking:
Als u verbinding maakt vanaf een smart device met Wi-Fi Direct-verbinding (voor Android)
Als u verbinding maakt met behulp van een Android-apparaat en verbinding maakt met de printer via Wi-Fi Direct,
knipperen de lampjes
en op de printer tegelijkertijd.
Druk op de knop
om het verbindingsverzoek goed te keuren.
Druk op de knop
om het verbindingsverzoek te weigeren.
Zie voor meer informatie Tips op de volgende website.
http://epson.sn > Ondersteuning
Gerelateerde informatie
&
“Een netwerkstatusvel afdrukken” op pagina 30
&
“De netwerkstatus controleren met het netwerklampje” op pagina 23
&
“U kunt geen verbinding maken via Wi-Fi Direct (eenvoudig toegangspunt)” op pagina 122
De status van de netwerkverbinding controleren
De netwerkstatus controleren met het netwerklampje
U kunt de netwerkverbindingsstatus controleren met het netwerklampje op het bedieningspaneel van de printer.
Gerelateerde informatie
& “Bedieningspaneel” op pagina 15
Gebruikershandleiding
Netwerkinstellingen
23
Een netwerkverbindingsrapport afdrukken
U kunt een netwerkverbindingsrapport afdrukken om de status tussen de printer en het toegangspunt te
controleren.
1. Papier laden.
2. Druk op de knop
.
Het netwerkverbindingsrapport wordt afgedrukt.
Gerelateerde informatie
& “Berichten en oplossingen op het netwerkverbindingsrapport” op pagina 24
Berichten en oplossingen op het netwerkverbindingsrapport
Controleer de berichten en foutcodes op het netwerkverbindingsrapport en volg dan de oplossingen.
a. Foutcode
b. Berichten over de netwerkomgeving
Gerelateerde informatie
& “E-1” op pagina 25
Gebruikershandleiding
Netwerkinstellingen
24
& “E-2, E-3, E-7” op pagina 25
& “E-5” op pagina 26
& “E-6” op pagina 26
& “E-8” op pagina 27
& “E-9” op pagina 27
& “E-10” op pagina 28
& “E-11” op pagina 28
& “E-12” op pagina 28
& “E-13” op pagina 29
& “Bericht over de netwerkomgeving” op pagina 29
E-1
Bericht:
Controleer of de netwerkkabel is aangesloten en of uw netwerkapparaten (een hub, router of toegangspunt
bijvoorbeeld) aanstaan.
Oplossingen:
Controleer of de ethernetkabel op de printer en op een hub of een ander netwerkapparaat is aangesloten.
Controleer of de hub of het andere netwerkapparaat is ingeschakeld.
Als u de printer via Wi-Fi wilt aansluiten,
congureert
u de Wi-Fi-instellingen voor de printer opnieuw,
aangezien deze zijn uitgeschakeld.
E-2, E-3, E-7
Bericht:
Geen namen van draadloze netwerken (SSID) gevonden. Controleer of de router of het toegangspunt aan- staat en
of het draadloze netwerk (SSID) goed is ingesteld. Informeer voor hulp bij uw netwerkbeheerder.
Geen namen van draadloze netwerken (SSID) gevonden. Controleer of de naam van het draadloze netwerk (SSID)
goed is ingesteld op de computer die u wilt gebruiken. Informeer voor hulp bij uw netwerkbeheerder.
De ingevoerde beveiligingssleutel of het wachtwoord stemt niet overeen met de sleutel of het wachtwoord van de
router of het toegangspunt. Controleer sleutel of wachtwoord. Informeer voor hulp bij uw netwerkbeheerder.
Oplossingen:
Controleer of het toegangspunt is ingeschakeld.
Controleer of de computer of het apparaat correct is verbonden met het toegangspunt.
Schakel het toegangspunt uit. Wacht circa 10 seconden en schakel het toegangspunt weer in.
Plaats de printer dichter bij het toegangspunt en verwijder eventuele obstakels ertussen.
Als u de SSID handmatig hebt ingevoerd, moet u controleren of deze correct is. Controleer het SSID-adres in
het gedeelte Netwerkstatus van het netwerkverbindingsrapport.
Als een toegangspunt meerdere SSIDs hee, selecteert u de SSID die wordt weergegeven. Wanneer de SSID een
niet-ondersteunde frequentie gebruikt, wordt deze door de printer niet weergegeven.
Gebruikershandleiding
Netwerkinstellingen
25
Als u drukknopinstellingen gebruikt om een netwerkverbinding in te stellen, controleert u of het toegangspunt
WPS ondersteunt. U kunt drukknopinstelling niet gebruiken als uw toegangspunt WPS niet ondersteunt.
Controleer of de SSID alleen bestaat uit ASCII-tekens (alfanumerieke tekens en symbolen). De printer kan geen
SSID weergeven die niet-ASCII-tekens bevat.
Zorg ervoor dat u de SSID en het wachtwoord weet voordat u verbinding maakt met het toegangspunt. Als u
een toegangspunt met de standaardinstellingen gebruikt, gebruikt u de SSID en het wachtwoord die op het label
van het toegangspunt vermeld staan. Als u de SSID en het wachtwoord niet weet, neemt u contact op met
degene die het toegangspunt hee ingesteld of raadpleegt u de documentatie die bij het toegangspunt is
geleverd.
Als u verbinding maakt met een SSID die is gegenereerd via tethering op een smart device, controleert u de
SSID en het wachtwoord in de documentatie die is meegeleverd met het smart device.
Als de Wi-Fi-verbinding plotseling wordt verbroken, controleert u de onderstaande omstandigheden. Als een
van deze omstandigheden van toepassing is, herstelt u de netwerkinstellingen door de soware van de volgende
website te downloaden en uit te voeren.
http://epson.sn > Instellen
Er is een ander smart device aan het netwerk toegevoegd met de drukknopinstallatie.
Het wi-netwerk is ingesteld met een andere methode dan drukknopinstallatie.
E-5
Bericht:
De beveiligingsmodus (bijvoorbeeld WEP of WPA) stemt niet overeen met de huidige instelling van de printer.
Controleer de beveiligingsmodus. Informeer voor hulp bij uw netwerkbeheerder.
Oplossingen:
Zorg dat het beveiligingstype van het toegangspunt is ingesteld op een van de volgende opties.Als dat niet het geval
is, wijzigt u het beveiligingstype op het toegangspunt en stelt u de netwerkinstellingen van de printer opnieuw in.
WEP 64-bits (40-bits)
WEP 128-bits (104-bits)
WPA PSK (TKIP/AES)
*
WPA2 PSK (TKIP/AES)
*
WPA (TKIP/AES)
WPA2 (TKIP/AES)
* WPA PSK is ook bekend als WPA Personal.WPA2 PSK is ook bekend als WPA2 Personal.
E-6
Bericht:
Mogelijk wordt
gelterd
op het MAC-adres van de printer. Controleer of er beperkingen gelden voor uw router of
toegangspunt, zoals een
MAC-adreslter.
Zie de documentatie van de router of het toegangspunt of informeer
voor hulp bij uw netwerkbeheerder.
Gebruikershandleiding
Netwerkinstellingen
26
Oplossingen:
Controleer of MAC
-adresltering
is uitgeschakeld.Als dit is ingeschakeld, registreert u het MAC-adres van de
printer zodat het niet wordt gelterd.Raadpleeg de documentatie van het toegangspunt voor details.U kunt het
MAC-adres van de printer controleren in het gedeelte Netwerkstatus van het netwerkverbindingsrapport.
Als het toegangspunt gedeelde
vericatie
gebruikt met WEP-beveiliging, moet u ervoor zorgen dat de
vericatiesleutel en index correct zijn.
Als het aantal apparaten dat u op het toegangspunt kunt aansluiten lager is dan het aantal netwerkapparaten dat
u wilt verbinden, congureert u instellingen op het toegangspunt om het aantal aansluitbare apparaten te
vergroten.Raadpleeg de documentatie van het toegangspunt om de instellingen te congureren.
E-8
Bericht:
Er is een onjuist IP-adres toegewezen aan de printer. Controleer de instellingen voor het IP-adres van het
netwerkapparaat (hub, router of toegangspunt). Informeer voor hulp bij uw netwerkbeheerder.
Oplossingen:
Schakel DHCP in op het toegangspunt als IP-adres verkrijgen van de printer is ingesteld op Automatisch.
Als de instelling IP-adres verkrijgen van de printer is ingesteld op handmatig, is het IP-adres dat u handmatig
instelt ongeldig omdat het buiten bereik is (bijvoorbeeld: 0.0.0.0).Stel een geldig IP-adres in op het
bedieningspaneel van de printer of via Web
Cong
.
E-9
Bericht:
Controleer de verbinding en netwerkinstellingen van de computer of andere apparatuur. Verbinding maken met
EpsonNet Setup is beschikbaar. Informeer voor hulp bij uw netwerkbeheerder.
Oplossingen:
Controleer het volgende.
Apparaten worden ingeschakeld.
U kunt toegang krijgen tot internet en andere computer of netwerkapparaten op hetzelfde netwerk van de
apparaten die u met de printer wilt verbinden.
Als u na het controleren van bovenstaande nog steeds geen verbinding krijgt tussen de printer en de
netwerkapparaten, schakelt u het toegangspunt uit.Wacht circa 10 seconden en schakel het toegangspunt weer
in.Herstel vervolgens de netwerkinstellingen door het installatieprogramma van de volgende website te
downloaden en uit te voeren.
http://epson.sn > Instellen
Gebruikershandleiding
Netwerkinstellingen
27
E-10
Bericht:
Controleer IP-adres, subnetmasker en standaardgateway-instelling. Verbinding maken met EpsonNet Setup is
beschikbaar. Informeer voor hulp bij uw netwerkbeheerder.
Oplossingen:
Controleer het volgende.
Andere apparaten op het netwerk worden ingeschakeld.
Netwerkadressen (IP-adres, subnetmasker en standaard gateway) zijn correct als u IP-adres verkrijgen van de
printer hebt ingesteld op Handmatig.
Stel het netwerkadres opnieuw in als dit onjuist is.U kunt het IP-adres, het subnetmasker en de standaardgateway
controleren in het gedeelte Netwerkstatus van het netwerkverbindingsrapport.
Als DHCP is ingeschakeld, wijzigt u de instelling IP-adres verkrijgen van de printer in Automatisch.Als u het IP-
adres handmatig wilt instellen, controleert u het IP-adres van de printer in het gedeelte Netwerkstatus van het
netwerkverbindingsrapport en selecteert u vervolgens Handmatig in het scherm Netwerkinstellingen.Stel het
subnetmasker in op [255.255.255.0].
Als u hiermee nog steeds geen verbinding krijgt tussen de printer en de netwerkapparaten, schakelt u het
toegangspunt uit.Wacht circa 10 seconden en schakel het toegangspunt weer in.
E-11
Bericht:
Instellen niet voltooid. Controleer de standaardgateway-instelling. Verbinding maken met EpsonNet Setup is
beschikbaar. Informeer voor hulp bij uw netwerkbeheerder.
Oplossingen:
Controleer het volgende.
Het standaard gateway-adres is correct wanneer u de TCP/IP-instelling van de printer instelt op Handmatig.
Het apparaat dat is ingesteld als de standaard gateway, wordt ingeschakeld.
Stel het juiste standaard gateway-adres in.U kunt het standaard gatewayadres van de printer controleren in het
gedeelte Netwerkstatus van het netwerkverbindingsrapport.
E-12
Bericht:
Controleer het volgende -De beveiligingssleutel/het wachtwoord dat u invoert moet kloppen. -Index van
beveiligingssleutel/wachtwoord wordt ingesteld op eerste getal. -Het IP-adres, het subnetmasker en de
standaardgateway-instelling moeten goed zijn ingesteld. Informeer voor hulp bij uw netwerkbeheerder.
Oplossingen:
Controleer het volgende.
Andere apparaten op het netwerk worden ingeschakeld.
Gebruikershandleiding
Netwerkinstellingen
28
De netwerkadressen (IP-adres, subnetmasker en standaard gateway) zijn correct als u ze handmatig invoert.
De netwerkadressen voor andere apparaten (subnetmasker en standaard gateway) zijn dezelfde.
Het IP-adres komt niet in conict met andere apparaten.
Als u na het controleren van bovenstaande nog steeds geen verbinding krijgt tussen de printer en de
netwerkapparaten, probeert u het volgende.
Schakel het toegangspunt uit.Wacht circa 10 seconden en schakel het toegangspunt weer in.
Congureer de netwerkinstellingen opnieuw met behulp van het installatieprogramma.U kunt dit uitvoeren
vanaf de volgende website.
http://epson.sn > Instellen
U kunt meerdere wachtwoorden registreren op een toegangspunt dat het WEP-beveiligingstype gebruikt.Als er
meerdere wachtwoorden zijn geregistreerd, moet u controleren of het eerste geregistreerde wachtwoord op de
printer is ingesteld.
E-13
Bericht:
Controleer het volgende -De beveiligingssleutel/het wachtwoord dat u invoert moet kloppen. -Index van
beveiligingssleutel/wachtwoord wordt ingesteld op eerste getal. -De verbinding en de netwerkinstellingen van de
computer of andere apparatuur moeten goed zijn. Informeer voor hulp bij uw netwerkbeheerder.
Oplossingen:
Controleer het volgende.
Netwerkapparaten zoals een toegangspunt, hub en router, zijn ingeschakeld.
De TCP/IP-instelling voor netwerkapparaten is niet handmatig opgegeven.(Als de TCP/IP-instelling van de
printer automatisch is ingesteld terwijl de TCP/IP-instelling voor andere netwerkapparaten handmatig wordt
uitgevoerd, kan het netwerk van de printer verschillen van het netwerk voor andere apparaten.)
Als dit nog steeds niet werkt nadat u het bovenstaande hebt gecontroleerd, probeert u het volgende.
Schakel het toegangspunt uit.Wacht circa 10 seconden en schakel het toegangspunt weer in.
Congureer met behulp van het installatieprogramma netwerkinstellingen op de computer die met hetzelfde
netwerk is verbonden als de printer.U kunt dit uitvoeren vanaf de volgende website.
http://epson.sn > Instellen
U kunt meerdere wachtwoorden registreren op een toegangspunt dat het WEP-beveiligingstype gebruikt.Als er
meerdere wachtwoorden zijn geregistreerd, moet u controleren of het eerste geregistreerde wachtwoord op de
printer is ingesteld.
Bericht over de netwerkomgeving
Bericht Oplossing
*Er zijn meerdere netwerknamen (SSID)
gedetecteerd die overeenstemmen met de
ingevoerde netwerknaam (SSID).
Controleer de netwerknaam (SSID).
Dezelfde SSID kan worden ingesteld op meerdere toegangspunten.
Controleer de instellingen van de toegangspunten en wijzig de SSID.
Gebruikershandleiding
Netwerkinstellingen
29
Bericht Oplossing
De Wi-Fi-omgeving moet worden
verbeterd. Schakel de draadloze router uit
en vervolgens weer in. Als de verbinding
niet verbetert, raadpleegt u de
documentatie voor de draadloze router.
Nadat u de printer dichter bij het toegangspunt hebt geplaatst en eventuele
obstakels hebt verwijderd, schakelt u het toegangspunt uit. Wacht circa 10
seconden en schakel het toegangspunt weer in. Als de printer nog steeds
geen verbinding maakt, raadpleegt u de documentatie die bij het
toegangspunt is meegeleverd.
*Er kunnen niet meer apparaten
aangesloten worden. Verwijder een van de
apparaten als u een ander wilt toevoegen.
Computers en smart devices die tegelijkertijd kunnen worden verbonden,
worden in de Wi-Fi Direct-verbinding (eenvoudig toegangspunt) volledig
verbonden. Om nog een computer of een ander smart device toe te voegen,
moet u eerst de verbinding van een van de verbonden apparaten verbreken.
U kunt het aantal draadloos verbonden apparaten dat tegelijkertijd kan
worden verbonden en het aantal daadwerkelijk verbonden apparaten
controleren op het netwerkstatusblad of het bedieningspaneel van de printer.
Een netwerkstatusvel afdrukken
U kunt de gedetailleerde netwerkinformatie afdrukken om deze te controleren.
1. Papier laden.
2. Houd de knop
op het bedieningspaneel van de printer gedurende ten minste 10 seconden ingedrukt.
Het netwerkstatusvel wordt afgedrukt.
Opmerking:
Wanneer u de knop
binnen 10 seconden loslaat, wordt er een netwerkverbindingsrapport afgedrukt.
Toegangspunten vervangen of toevoegen
Als de SSID verandert doordat een toegangspunt wordt vervangen, of als een toegangspunt wordt toegevoegd en
een nieuwe netwerkomgeving wordt ingesteld, stelt u de Wi-Fi-instellingen opnieuw in.
Gerelateerde informatie
& “De verbindingsmethode met een computer wijzigen” op pagina 30
De verbindingsmethode met een computer wijzigen
Gebruik het installatieprogramma en stel de installatie in met een andere verbindingsmethode.
Instellen vanaf de website
Open de volgende website en voer de productnaam in.Ga naar Instellen en congureer de instellingen.
http://epson.sn
Instellen met de
soware-cd
(alleen voor modellen die worden geleverd met een
soware-cd
en gebruikers die
beschikken over een computer met een schijfstation.)
Plaats de soware-cd in de computer en volg de instructies op het scherm.
Gebruikershandleiding
Netwerkinstellingen
30
De verbindingsmethode wijzigen selecteren
Volg de instructies op het scherm totdat het volgende scherm wordt weergegeven.
Selecteer De verbindingsmethode wijzigen of resetten in het scherm Soware-installatie selecteren en klik
vervolgens op Vol gen de.
De netwerkinstellingen herstellen op het
bedieningspaneel
U kunt alle netwerkinstellingen terugzetten op de standaardinstellingen.
1. Zet de printer uit.
2.
Houd de knop
ingedrukt en druk op de knop tot de lampjes en afwisselend knipperen.
Herstel is voltooid wanneer de lampjes
en uit zijn.
Gebruikershandleiding
Netwerkinstellingen
31
Papier laden
Voorzorgsmaatregelen voor papierverwerking
Lees de instructiebladen die bij het papier worden geleverd.
Waaier papier en leg de stapel recht voor het laden. Fotopapier niet waaieren of buigen. Dit kan de afdrukzijde
beschadigen.
Als het papier omgekruld is, maakt u het plat of buigt u het vóór het laden lichtjes de andere kant op. Afdrukken
op omgekruld papier kan papierstoringen of vlekken op de afdruk veroorzaken.
Gebruik geen papier dat golvend, gescheurd, gesneden, gevouwen, vochtig, te dik of te dun is of papier met
stickers op. Het gebruik van deze papiersoorten kan papierstoringen of vlekken op de afdruk veroorzaken.
Waaier enveloppen en leg ze recht op elkaar voor het laden. Als de gestapelde enveloppen lucht bevatten, maakt
u ze plat om de lucht eruit te krijgen voordat ze worden geladen.
Gebruik geen omgekrulde of gevouwen enveloppen. Het gebruik van dergelijke enveloppen kan papierstoringen
of vlekken op de afdruk veroorzaken.
Gebruik geen enveloppen met zellevende oppervlakken of vensters.
Vermijd het gebruik van enveloppen die te dun zijn aangezien die kunnen omkrullen tijdens het afdrukken.
Gerelateerde informatie
& “Printer specicaties” op pagina 138
Gebruikershandleiding
Papier laden
32
Beschikbaar papier en capaciteit
Voor hoogwaardige afdrukken raadt Epson het gebruik van origineel Epson-papier aan. Voor het afdrukken vanaf
het bedieningspaneel kunnen alleen A4 en gewoon papier worden geselecteerd als papierformaat en papiertype.
Origineel Epson-papier
Medianaam Formaat Laadcapaciteit
(vel)
Handmatig
dubbelzijdig
afdrukken
Randloos
afdrukken
Epson Bright White Ink Jet
Paper
A4
40
*
Epson Ultra Glossy Photo
Paper
A4, 13×18 cm (5×7 inch),
10×15 cm (4×6 inch)
10
Epson Premium Glossy
Photo Paper
A4, 13×18 cm (5×7 inch),
16:9 breed (102 x 181 mm),
10×15 cm (4×6 inch)
10
Epson Premium Semigloss
Photo Paper
A4, 10×15 cm (4×6 inch) 10
Epson Photo Paper Glossy A4, 13×18 cm (5×7 inch),
10×15 cm (4×6 inch)
10
Epson Matte Paper-
Heavyweight
A4 20
Epson Photo Quality Ink Jet
Paper
A4 40
* Wanneer u handmatig dubbelzijdig wilt afdrukken, kunt u tot 15 pagina's laden waarvan één zijde al is bedrukt.
Opmerking:
De beschikbaarheid van papier kan van land tot land verschillen. Raadpleeg de klantenservice van Epson voor informatie
over de papiersoorten die in uw regio verkrijgbaar zijn.
Commercieel beschikbaar papier
Medianaam Formaat Laadcapaciteit
(vel)
Handmatig
dubbelzijdig
afdrukken
Randloos
afdrukken
Gewoon papier
*1
Letter, A4, B5, A5, A6 Tot aan de lijn
aangegeven met
het driehoekje
op de
zijgeleider.
*2
Legal 1
Gebruikergedenieerd
Envelop Envelop nr. 10, Envelop DL,
Envelop C6
5––
Gebruikershandleiding
Papier laden
33
*1 De laadcapaciteit voor vooraf geperforeerd papier is één vel.
*2 Wanneer u handmatig dubbelzijdig wilt afdrukken, kunt u tot 15 pagina's laden waarvan één zijde al is bedrukt.
Gerelateerde informatie
& “Technische ondersteuning (website)” op pagina 146
Lijst met papiertypes
Selecteer het papiertype dat bij het papier past voor optimale afdrukresultaten.
Medianaam
Afdrukmateriaal
*2
Epson Bright White Ink Jet Paper
*1
Gewoon papier
Epson Ultra Glossy Photo Paper
*1
Epson Ultra Glossy
Epson Premium Glossy Photo Paper
*1
Epson Premium Glossy
Epson Premium Semigloss Photo Paper
*1
Epson Premium Semigloss
Epson Photo Paper Glossy
*1
Photo Paper Glossy
Epson Matte Paper-Heavyweight
*1
Epson Matte
Epson Photo Quality Ink Jet Paper
*1
Epson Matte
Gewoon papier
*1
Gewoon papier
Enveloppe Enveloppe
*1 Dit afdrukmateriaal is compatibel met Exif Print en PRINT Image Matching wanneer wordt afgedrukt met de printerdriver.
Raadpleeg voor meer informatie de documentatie van een met Exif Print of PRINT Image Matching compatibele digitale
camera.
*2 Voor smart devices kan dit afdrukmateriaal worden geselecteerd wanneer wordt afgedrukt met Epson iPrint.
Papier laden in de Papiertoevoer achter
1. Open de invoerbescherming, trek de papiersteun uit en klap deze naar achteren.
Gebruikershandleiding
Papier laden
34
2. Schuif de zijgeleider naar links.
3.
Laad papier verticaal langs de rechterzijde van de papiertoevoer achter met de afdrukzijde naar boven.
c
Belangrijk:
Laad niet meer dan het maximale aantal pagina's voor de specieke papiersoort. Let er bij gewoon papier op
dat het niet boven de streep met het driehoekje op de zijgeleider komt.
Enveloppen
Gebruikershandleiding
Papier laden
35
Vooraf geperforeerd papier
Opmerking:
Laad één vel papier zonder perforatorgaten bovenaan of onderaan.
Pas de afdrukpositie van uw bestand aan zodat u niet over de perforatorgaten heen afdrukt.
4. Schuif de zijgeleider tegen de rand van het papier en sluit vervolgens de invoerbescherming.
5. Schuif de uitvoerlade uit.
Opmerking:
Doe het resterende papier terug in de verpakking. Als u het papier in de printer laat zitten, kan het gaan krullen of kan
de afdrukkwaliteit minder worden.
Gerelateerde informatie
&
“Voorzorgsmaatregelen voor papierverwerking” op pagina 32
Gebruikershandleiding
Papier laden
36
& “Beschikbaar papier en capaciteit” op pagina 33
Gebruikershandleiding
Papier laden
37
Originelen op de Scannerglasplaat
plaatsen
c
Belangrijk:
Plaatst u omvangrijke originelen zoals boeken, zorg er dan voor dat er geen extern licht op de scannerglasplaat
schijnt.
1. Open het documentdeksel.
2.
Verwijder stof en vlekken van de scannerglasplaat.
3. Plaats het origineel met de bedrukte zijde omlaag en duw het tegen de hoekmarkering.
Opmerking:
De eerste 1,5 mm vanaf de bovenrand en rechterrand van de scannerglasplaat wordt niet gescand.
4. Sluit het deksel voorzichtig.
c
Belangrijk:
Oefen niet te veel kracht uit op de scannerglasplaat of de documentkap.Deze kunnen anders beschadigd raken.
5. Verwijder de originelen na het scannen.
Opmerking:
Als u de originelen langdurig op de scannerglasplaat laat liggen, kunnen ze aan het oppervlak van het glas kleven.
Gebruikershandleiding
Originelen op de Scannerglasplaat plaatsen
38
Meerdere foto's plaatsen om tegelijkertijd te scannen
U kunt meerdere foto's tegelijkertijd scannen en elke aeelding opslaan met Fotomodus in Epson Scan 2. Plaats
de foto's 4,5 mm van de horizontale en verticale rand van de scannerglasplaat en plaats de foto's ten minste 20 mm
uit elkaar. De foto's moeten groter zijn dan 15×15 mm.
Opmerking:
Schakel het selectievakje
umbnail
bovenin het voorbeeldscherm in.
Gebruikershandleiding
Originelen op de Scannerglasplaat plaatsen
39
Afdrukken
Afdrukken vanaf een computer
Basisprincipes van printer — Windows
Opmerking:
Zie de online-Help voor een uitleg van de items voor instellingen. Rechtsklik op een item en klik dan op Help.
De werking varieert naargelang de toepassing. Zie de Help van de toepassing voor meer informatie.
1. Laad papier in de printer.
2. Open het bestand dat u wilt afdrukken.
3. Selecteer Afdrukken of Afdrukinstelling in het menu Bestand.
4.
Selecteer uw printer.
5. Selecteer Vo or ke ur en of Eigenschappen om het venster van de printerdriver te openen.
6. Geef de volgende instellingen op.
documentformaat: selecteer het papierformaat dat u in de printer hebt geplaatst.
Gebruikershandleiding
Afdrukken
40
Randloos: selecteer deze optie om af te drukken zonder marges rond de aeelding.
Bij het randloos afdrukken worden de afdrukgegevens enigszins vergroot ten opzichte van het
papierformaat. Dit zorgt ervoor dat u geen witruimte krijgt rondom. Klik op Instellingen om de mate van
vergroting te selecteren.
Afdrukstand: selecteer de afdrukstand die u in de toepassing hebt ingesteld.
Papiertype: selecteer het type papier dat u hebt geladen.
Kwaliteit: selecteer de afdrukkwaliteit.
Wanneer u Hoog selecteert, krijgt u afdrukken van betere kwaliteit, maar het afdrukken duurt mogelijk
langer.
Kleur: selecteer Grijswaarden wanneer u wilt afdrukken in zwart-wit of grijswaarden.
Opmerking:
Selecteer de instelling Liggend als Afdrukstand voor het afdrukken op enveloppen.
7.
Klik op OK om het venster van de printerdriver te sluiten.
8. Klik op Druk af.
Gerelateerde informatie
& “Beschikbaar papier en capaciteit” op pagina 33
& “Papier laden in de Papiertoevoer achter” op pagina 34
& Uitleg bij de printerdriver voor Windows” op pagina 97
& “Lijst met papiertypes” op pagina 34
Basisprincipes — Mac OS
Opmerking:
In de uitleg in dit gedeelte wordt TextEdit gebruikt als voorbeeld.De precieze werking en schermen hangen af van de
toepassing.Zie de Help van de toepassing voor meer informatie.
1. Laad papier in de printer.
2. Open het bestand dat u wilt afdrukken.
Gebruikershandleiding
Afdrukken
41
3. Selecteer Afdrukken in het menu Bestand of een andere opdracht om het afdrukdialoogvenster te openen.
Klik indien nodig op Toon de tails of
d
om het afdrukvenster te vergroten.
4. Geef de volgende instellingen op.
Printer: selecteer uw printer.
Voorinstellingen: gebruik deze optie wanneer u de opgeslagen instellingen wilt gebruiken.
Papierformaat: selecteer het papierformaat dat u in de printer hebt geplaatst.
Selecteer een "randloos" papierformaat voor het afdrukken zonder marges.
Afdrukstand: selecteer de afdrukstand die u in de toepassing hebt ingesteld.
Opmerking:
Als de bovenstaande menu's niet worden weergegeven, sluit dan het afdrukvenster, selecteer Pagina-instelling in het
menu Bestand en geef vervolgens instellingen op.
Selecteer de liggende afdrukstand voor het afdrukken op enveloppen.
Gebruikershandleiding
Afdrukken
42
5. Selecteer Printerinstellingen in het snelmenu.
Opmerking:
Als in OS X Mountain Lion of later het menu Printerinstellingen niet wordt weergegeven, is het Epson-
printerprogramma fout geïnstalleerd.
Selecteer Systeemvoorkeuren in het menu
> Printers en scanners (of Afdrukken en scannen, Afdrukken en
faxen), verwijder de printer en voeg de printer opnieuw toe.Zie het volgende om een printer toe te voegen.
http://epson.sn
6. Geef de volgende instellingen op.
Afdrukmateriaal: selecteer het type papier dat u hebt geladen.
Afdrukkwaliteit: selecteer de afdrukkwaliteit.
Wanneer u Fijn selecteert, krijgt u afdrukken van betere kwaliteit, maar het afdrukken duurt mogelijk
langer.
Uitbreiding: beschikbaar wanneer het randloos papierformaat is geselecteerd.
Bij het randloos afdrukken worden de afdrukgegevens enigszins vergroot ten opzichte van het
papierformaat. Dit zorgt ervoor dat u geen witruimte krijgt rondom.Selecteer de mate van vergroting.
Grijswaarden: selecteer om af te drukken in zwart-wit of grijswaarden.
7. Klik op Druk af.
Gerelateerde informatie
& “Beschikbaar papier en capaciteit” op pagina 33
& “Papier laden in de Papiertoevoer achter” op pagina 34
Gebruikershandleiding
Afdrukken
43
& “Uitleg bij het printerstuurprogramma voor Mac OS” op pagina 100
& “Lijst met papiertypes” op pagina 34
Dubbelzijdig afdrukken (alleen voor Windows)
De printerdriver scheidt even en oneven pagina's automatisch tijdens het afdrukken. Wanneer de printer alle
oneven pagina's hee afgedrukt, draait u het papier om volgens de instructies om de even pagina's af te drukken. U
kunt ook een brochure afdrukken.
Opmerking:
Deze functie is niet beschikbaar voor randloos afdrukken.
Als u geen papier gebruikt dat geschikt is voor dubbelzijdig afdrukken, kan de afdrukkwaliteit achteruitgaan en kan het
papier vastlopen.
Aankelijk van het papier en de gegevens, kan inkt doorlekken naar de andere zijde van het papier.
Als EPSON Status Monitor 3 is uitgeschakeld, opent u de printerdriver, klikt u op Extra instellingen op het tabblad
Hulpprogramma's en selecteert u EPSON Status Monitor 3 inschakelen.
Dubbelzijdig afdrukken is mogelijk niet beschikbaar wanneer de printer wordt gebruikt via een netwerk of als een
gedeelde printer.
1. Laad papier in de printer.
2. Open het bestand dat u wilt afdrukken.
3. Open het venster van de printerdriver.
4. Selecteer Handmatig (binden langs lange zijde) of Handmatig (binden langs korte zijde) bij Dubbelzijdig
afdrukken op het tabblad Hoofdgroep.
5. Klik op Instellingen, congureer de instellingen en klik op OK.
Opmerking:
Selecteer Boekje om een brochure af te drukken.
6.
Stel de andere items in op de tabbladen Hoofdgroep en Meer opties, indien nodig, en klik dan op OK.
Gebruikershandleiding
Afdrukken
44
7. Klik op Afdrukken.
Wanneer de eerste zijde klaar is, verschijnt er een pop-upvenster op de computer. Volg de instructies op het
scherm.
Gerelateerde informatie
& “Beschikbaar papier en capaciteit” op pagina 33
& “Papier laden in de Papiertoevoer achter” op pagina 34
& “Basisprincipes van printer — Windows” op pagina 40
Meerdere pagina's op één vel afdrukken
U kunt twee of vier pagina's met gegevens op één vel papier afdrukken.
Meerdere pagina's op één vel afdrukken - Windows
Opmerking:
Deze functie is niet beschikbaar voor randloos afdrukken.
1. Laad papier in de printer.
2. Open het bestand dat u wilt afdrukken.
3. Open het venster van de printerdriver.
4.
Selecteer 2 per vel of 4 per vel als de instelling voor Meerdere pagina's op het tabblad Hoofdgroep.
5. Klik op Pag.volgorde,
congeer
de toepasselijke instellingen en klik vervolgens op OK om het venster te
sluiten.
6. Stel de andere items in op de tabbladen Hoofdgroep en Meer opties, indien nodig, en klik dan op OK.
7. Klik op Afdrukken.
Gebruikershandleiding
Afdrukken
45
Gerelateerde informatie
& “Papier laden in de Papiertoevoer achter” op pagina 34
& “Basisprincipes van printer — Windows” op pagina 40
Meerdere pagina's op één vel afdrukken — Mac OS
1. Laad papier in de printer.
2. Open het bestand dat u wilt afdrukken.
3. Open het afdrukdialoogvenster.
4.
Selecteer Lay-out in het snelmenu.
5. Stel het aantal pagina's in Pagina's per vel, de Richting van indeling (paginavolgorde) en Randen.
6. Geef naar wens nog meer instellingen op.
7. Klik op Druk af.
Gerelateerde informatie
& “Papier laden in de Papiertoevoer achter” op pagina 34
& “Basisprincipes — Mac OS” op pagina 41
Afdruk aanpassen aan papierformaat
U kunt de afdruk aanpassen aan het papierformaat dat u in de printer hebt geladen.
Afdruk aanpassen aan papierformaat - Windows
Opmerking:
Deze functie is niet beschikbaar voor randloos afdrukken.
1. Laad papier in de printer.
2. Open het bestand dat u wilt afdrukken.
Gebruikershandleiding
Afdrukken
46
3. Open het venster van de printerdriver.
4. Congureer de volgende instellingen op het tabblad Meer opties.
documentformaat: Selecteer het papierformaat dat u in de toepassing hebt ingesteld.
Uitvoerpapier: Selecteer het papierformaat dat u in de printer hebt geplaatst.
Volledige pagina wordt automatisch geselecteerd.
Opmerking:
Als u een verkleinde
aeelding
wenst af te drukken in het midden van de pagina, selecteer dan Centreren.
5. Stel de andere items in op de tabbladen Hoofdgroep en Meer opties, indien nodig, en klik dan op OK.
6. Klik op Afdrukken.
Gerelateerde informatie
& “Papier laden in de Papiertoevoer achter” op pagina 34
& “Basisprincipes van printer — Windows” op pagina 40
Afdruk aanpassen aan papierformaat — Mac OS
1. Laad papier in de printer.
2. Open het bestand dat u wilt afdrukken.
3.
Open het afdrukdialoogvenster.
4. Selecteer het papierformaat van het papier dat u in de toepassing als Papierformaat hebt ingesteld.
5. Selecteer Papierverwerking in het snelmenu.
6. Selecteer Aanpassen aan papierformaat.
7. Selecteer het papierformaat dat u in de printer hebt geplaatst als de instelling voor Doelpapierformaat.
8. Geef naar wens nog meer instellingen op.
9. Klik op Druk af.
Gerelateerde informatie
& “Papier laden in de Papiertoevoer achter” op pagina 34
& “Basisprincipes — Mac OS” op pagina 41
Gebruikershandleiding
Afdrukken
47
Meerdere bestanden samen afdrukken (alleen voor Windows)
Met Taken indelen Lite kunt u meerdere bestanden die door verschillende toepassingen zijn gemaakt combineren
en als één afdruktaak afdrukken. U kunt de afdrukinstellingen, zoals lay-out, afdrukvolgorde en oriëntatie, voor
gecombineerde bestanden congureren.
1. Laad papier in de printer.
2.
Open het bestand dat u wilt afdrukken.
3. Open het venster van de printerdriver.
4. Selecteer Taken indelen Lite op het tabblad Hoofdgroep.
5. Klik op OK om het venster van de printerdriver te sluiten.
6. Klik op Druk af.
Het venster Taken indelen Lite wordt weergegeven en de afdruktaak wordt aan het Afdrukproject
toegevoegd.
7. Open het bestand dat u met het huidige bestand wilt combineren terwijl het venster Taken indelen Lite
openstaat. Herhaal vervolgens stap 3 t/m 6.
Opmerking:
Als u het venster Taken ind elen Lite sluit, wordt het niet opgeslagen Afdrukproject verwijderd. Selecteer Opslaan
in het menu Bestand om op een later tijdstip af te drukken.
Als u een Afdrukproject dat is opgeslagen in Take n indele n Lite wilt openen, klikt u op Taken indel en Lite op het
tabblad Hulpprogramma's van de printerdriver. Selecteer vervolgens Openen in het menu Bestand om het bestand
te selecteren. De bestandsextensie van de opgeslagen bestand is "ecl".
8. Selecteer de menu's Lay-out en Bewerken in Taken indelen Lite om de Afdrukproject indien nodig aan te
passen. Raadpleeg de Help-functie van de Taken indelen Lite voor details.
9. Selecteer Afdrukken in het menu Bestand.
Gerelateerde informatie
& “Papier laden in de Papiertoevoer achter” op pagina 34
& “Basisprincipes van printer — Windows” op pagina 40
Gebruikershandleiding
Afdrukken
48
Eén afbeelding afdrukken op meerdere vellen om een poster te
maken (alleen voor Windows)
Met deze functie kunt u één aeelding afdrukken op meerdere vellen papier.U kunt een grotere poster maken
door ze samen te plakken.
Opmerking:
Deze functie is niet beschikbaar voor randloos afdrukken.
1.
Laad papier in de printer.
2. Open het bestand dat u wilt afdrukken.
3. Open het venster van het printerstuurprogramma.
4. Selecteer 2x1 Poster, 2x2 Poster, 3x3 Poster of 4x4 Poster bij Meerdere pagina's in het tabblad Hoofdgroep.
5. Klik op Instellingen,
congureer
de instellingen en klik op OK.
Opmerking:
Snijlijnen afdrukken met deze optie kunt u een snijlijn afdrukken.
6. Stel de andere items in op de tabbladen Hoofdgroep en Meer opties, indien nodig, en klik dan op OK.
7.
Klik op Druk af.
Gerelateerde informatie
& “Papier laden in de Papiertoevoer achter” op pagina 34
& “Basisprincipes van printer — Windows” op pagina 40
Gebruikershandleiding
Afdrukken
49
Posters maken met behulp van Overlappende uitlijningstekens
In dit voorbeeld ziet u hoe u een poster maakt wanneer 2x2 Poster geselecteerd is en Overlappende
uitlijningstekens geselecteerd is bij Snijlijnen afdrukken.
1. Prepareer Sheet 1 en Sheet 2. Knip de marges van Sheet 1 langs de verticale blauwe lijn door het midden van
de kruisjes boven en onder.
Gebruikershandleiding
Afdrukken
50
2. Plaats de rand van Sheet 1 op Sheet 2 en lijn de kruisjes uit. Plak de twee vellen aan de achterkant voorlopig
aan elkaar vast.
3.
Knip de vastgeplakte vellen in twee langs de verticale rode lijn door de uitlijningstekens (ditmaal door de lijn
links van de kruisjes).
Gebruikershandleiding
Afdrukken
51
4. Plak de vellen aan de achterkant aan elkaar.
5. Herhaal stap 1 t/m 4 om Sheet 3 en Sheet 4 aan elkaar te plakken.
6. Knip de marges van Sheet 1 en Sheet 2 angs de horizontale blauwe lijn door het midden van de kruisjes aan de
linker- en rechterkant.
Gebruikershandleiding
Afdrukken
52
7. Plaats de rand van Sheet 1 en Sheet 2 op Sheet 3 en Sheet 4 en lijn de kruisjes uit. Plak de vellen dan voorlopig
aan de achterkant aan elkaar.
Gebruikershandleiding
Afdrukken
53
8. Knip de vastgeplakte vellen in twee langs de horizontale rode lijn door de uitlijningstekens (ditmaal door de
lijn boven de kruisjes).
9. Plak de vellen aan de achterkant aan elkaar.
Gebruikershandleiding
Afdrukken
54
10. Knip de resterende marges af langs de buitenste lijn.
Geavanceerde functies gebruiken voor afdrukken
In deze sectie worden verschillende aanvullende afdruk- en lay-outfuncties beschreven die in de printerdriver
beschikbaar zijn.
Gerelateerde informatie
& “Windows-printerdriver” op pagina 96
& “Mac OS-printerstuurprogramma” op pagina 99
Eenvoudig afdrukken met voorkeursinstellingen
Als u uw eigen preset maakt van vaak gebruikte instellingen, kunt u snel afdrukken door deze preset in de lijst te
selecteren.
Gebruikershandleiding
Afdrukken
55
Windows
Stel items in zoals documentformaat en Papiertype op het tabblad Hoofdgroep of Meer opties, en klik dan op
Voorinstellingen toevoegen/verwijderen in Voorkeursinstellingen.
Opmerking:
Als u een toegevoegde voorinstelling wilt verwijderen, klikt u op Voorinstellingen toevoegen/verwijderen, waarna u de
naam selecteert van de desbetreende voorinstelling en deze verwijdert.
Mac OS
Open het afdrukdialoogvenster.Om uw eigen preset toe te voegen, stel Papierformaat en Afdrukmateriaal in en
sla dan de actuele instellingen op als preset in de Voorinstellingen instelling.
Opmerking:
Als u een toegevoegde voorinstelling wilt verwijderen, klikt u op Voorinstellingen > Voorinstellingen weergeven, selecteert
u de naam van de voorinstelling die u wilt verwijderen en verwijdert u deze.
Een verkleind of vergroot document afdrukken
U kunt het formaat van een document met een speciek percentage verkleinen of vergroten.
Windows
Opmerking:
Deze functie is niet beschikbaar voor randloos afdrukken.
Stel documentformaat in op het tabblad Meer opties.Selecteer Verk lein/verg root d ocument, Zoomen naar en
voer vervolgens een percentage in.
Mac OS
Opmerking:
De werking varieert naargelang de toepassing.Zie de Help van de toepassing voor meer informatie.
Selecteer Pagina-instelling (of Afdrukken) vanaf het menu Bestand.Selecteer de printer in Opmaak voor, stel het
papierformaat in en voer dan een percentage in bij Schaal.Sluit het venster en druk de volgende
basisafdrukinstructies af.
De afdrukkleur aanpassen
U kunt de kleuren aanpassen die voor een afdruktaak worden gebruikt.
PhotoEnhance gee scherpere afdrukken en levendigere kleuren door aanpassing van het contrast, de verzadiging
en de helderheid van de oorspronkelijke aeeldingsgegevens.
Opmerking:
Deze aanpassingen worden niet doorgevoerd in de oorspronkelijke gegevens.
PhotoEnhance past de kleur aan door de locatie van het onderwerp te analyseren.Als u de locatie van het onderwerp
hebt gewijzigd door verkleinen, vergroten, bijsnijden of roteren, kan de kleur onverwacht veranderen.Wanneer u de
instelling voor randloos selecteert, wordt de locatie van het onderwerp ook gewijzigd, wat in kleurwijzigingen
resulteert.Als de aeelding niet scherpgesteld is, is de kleurtoon mogelijk onnatuurlijk.Als de kleur is gewijzigd of
onnatuurlijk is geworden, druk dan niet in PhotoEnhance maar in een andere modus af.
Gebruikershandleiding
Afdrukken
56
Windows
Selecteer de methode voor kleurcorrectie bij Kleurcorrectie op het tabblad Meer opties.
Als u Automatisch selecteert, worden de kleuren automatisch aangepast aan de instellingen voor het papiertype en
de afdrukkwaliteit.Als u Aangepast selecteert en op Geavanceerd klikt, kunt u uw eigen instellingen
congureren.
Mac OS
Open het afdrukdialoogvenster.Selecteer Kleuren aanpassen in het snelmenu en selecteer vervolgens EPSON
Kleurencontrole.Selecteer Kleurenopties in het snelmenu en selecteer dan één van de beschikbare opties.Klik op
de pijl naast Extra instellingen en kies de juiste instellingen.
Een watermerk afdrukken (uitsluitend voor Windows)
U kunt een watermerk, zoals bijvoorbeeld "Vertrouwelijk", op uw documenten afdrukken.U kunt ook uw eigen
watermerk toevoegen.
Opmerking:
Deze functie is niet beschikbaar voor randloos afdrukken.
Klik op Water mer kfu nc ti es in het tabblad Meer opties en selecteer daar een watermerk.Klik op Instellingen om
details te wijzigen zoals de dichtheid en positie van het watermerk.
Een kop- en voettekst afdrukken (uitsluitend voor Windows)
U kunt in een kop- of voettekst de gebruikersnaam en afdrukdatum afdrukken.
Klik op Water mer kfu nc ti es in het tabblad Meer opties en selecteer daar Koptekst/voettekst. Klik op Instellingen
en selecteer de gewenste items in de vervolgkeuzelijst.
Foto's afdrukken met Epson Easy Photo Print
Epson Easy Photo Print maakt het mogelijk om heel eenvoudig een lay-out te maken voor het afdrukken van uw
foto's op verschillende soorten papier. Zie de Help van de toepassing voor meer informatie.
Opmerking:
Wanneer u afdrukt op origineel Epson-fotopapier, wordt de inktkwaliteit gemaximaliseerd en krijgt u levendige en
scherpe afdrukken.
Als u randloos wilt afdrukken met een in de handel verkrijgbaar sowarepakket, congureert u de volgende instellingen.
Laat uw gegevens het papierformaat volledig vullen. Als u in de toepassing die u gebruikt een marge kunt
instellen, stel de marge dan in op 0 mm.
Schakel in de printerdriver de instelling voor randloos afdrukken in.
Gebruikershandleiding
Afdrukken
57
Gerelateerde informatie
& Epson Easy Photo Print” op pagina 103
& “Toepassingen installeren” op pagina 107
Afdrukken met Smart Devices
Epson iPrint gebruiken
Epson iPrint is een toepassing waarmee u foto's, documenten en webpagina's kunt afdrukken vanaf uw smart-
apparaten, zoals smartphones of tablets. U kunt lokaal afdrukken (afdrukken vanaf een smart-apparaat dat
verbinding
hee
met hetzelfde draadloze netwerk als uw printer) of afdrukken op afstand (via internet afdrukken
vanaf een externe locatie). Registreer uw printer bij de service Epson Connect om op afstand af te drukken.
Gerelateerde informatie
&
“De service van Epson Connect” op pagina 94
Epson iPrint installeren
U kunt Epson iPrint op uw smart-apparaat installeren door op de volgende link te klikken of de QR-code te
scannen.
http://ipr.to/a
Afdrukken met Epson iPrint
Voer Epson iPrint uit vanaf uw smart-apparaat en selecteer op het startscherm het item dat u wilt gebruiken.
Gebruikershandleiding
Afdrukken
58
De volgende aeeldingen zijn aan veranderingen onderhevig zonder voorafgaande kennisgeving.De inhoud kan
variëren
aankelijk
van het product.
A
Het startscherm wordt weergegeven wanneer de toepassing start.
B
Biedt informatie over het instellen van de printer en een lijst met veelgestelde vragen.
C
Geeft het scherm weer waar u de printer selecteert en de printerinstellingen congureert.Wanneer u de
printer heeft geselecteerd, hoeft u deze de volgende keer niet meer opnieuw te selecteren.
D
Selecteer wat u wilt afdrukken zoals foto's en documenten.
E
Geeft het scherm weer om printerinstellingen te congureren zoals het papierformaat en -type.
F
Geeft de geselecteerde foto's en documenten weer.
G
Start het afdrukken.
Opmerking:
Als u vanuit het documentmenu wilt afdrukken met iPhone, iPad, en iPod touch op iOS, start u Epson iPrint na het
overbrengen van het document dat u wilt afdrukken wanneer u wilt afdrukken met de functie voor het delen van bestanden
in iTunes.
Afdrukken annuleren
Opmerking:
In Windows kunt u een afdruktaak niet via de computer annuleren als deze volledig naar de printer verzonden is.In dit
geval moet u de afdruktaak via het bedieningspaneel op de printer zelf annuleren.
Wanneer u verschillende pagina's afdrukt via Mac OS, kunt u niet alle taken annuleren via het bedieningspaneel.In dit
geval moet u de afdruktaak op de computer zelf annuleren.
Als u een afdruktaak vanuit Mac OS X v10.6.8 via het netwerk hebt verzonden, kunt u het afdrukken mogelijk niet via
de computer annuleren.In dit geval moet u de afdruktaak via het bedieningspaneel op de printer zelf annuleren.
Gebruikershandleiding
Afdrukken
59
Afdrukken annuleren — Printertoets
Druk op
y
om de actieve afdruktaak te annuleren.
Afdrukken annuleren - Windows
1. Open het venster van de printerdriver.
2. Selecteer de tab Hulpprogramma's.
3. Klik op Wach tr ij .
4. Klik met de rechtermuisknop op de taak die u wilt annuleren en selecteer Annuleren.
Gerelateerde informatie
& “Windows-printerdriver” op pagina 96
Afdrukken annuleren — Mac OS
1.
Klik op het printerpictogram in het Dock.
2. Selecteer de taak die u wilt annuleren.
3. Annuleer de taak.
OS X Mountain Lion of hoger
Klik op
naast de voortgangsbalk.
Mac OS X v10.6.8 t/m v10.7.x
Klik op Ver w ij de re n.
Gebruikershandleiding
Afdrukken
60
Kopiëren
Normaal kopiëren
U kunt met dezelfde vergroting kopiëren op A4-papier. Rondom krijgt u een marge van 3 mm breed, ongeacht het
feit of het origineel marges hee. Wanneer u originelen kopieert die kleiner zijn dan A4, krijgt u marges die breder
zijn dan 3 mm. Dit hangt af van de plaats waar u het origineel legt.
1. Laad A4-papier in de printer.
2. Plaats de originelen.
3. Druk op de knop
of .
Opmerking:
De kleur, het formaat en de rand van de gekopieerde aeelding zijn niet exact hetzelfde als van het origineel.
Gerelateerde informatie
&
“Papier laden in de Papiertoevoer achter” op pagina 34
&
“Originelen op de Scannerglasplaat plaatsen” op pagina 38
Meerdere kopieën maken
U kunt meerdere kopin tegelijk maken. U kunt maximaal 20 kopieën opgeven. Rondom het papier krijgt u een
marge van 3 mm breed.
1.
Laad net zoveel vellen A4-papier als u kopieën wilt maken.
2. Plaats de originelen.
3. Druk net zo vaak op de knop
of als het aantal kopieën dat u wilt maken. Als u bijvoorbeeld tien
kopieën wilt maken in kleur, drukt u tien keer op de knop .
Opmerking:
Druk binnen één seconde op de knop om het aantal kopieën te wijzigen. Als u na één seconde op de knop drukt, wordt
het aantal kopieën ingesteld en wordt met kopiëren begonnen.
Gerelateerde informatie
& “Papier laden in de Papiertoevoer achter” op pagina 34
& “Originelen op de Scannerglasplaat plaatsen” op pagina 38
Gebruikershandleiding
Kopiëren
61
Scannen
Scannen via het bedieningspaneel
U kunt een gescande aeelding als PDF-bestand opslaan op een computer die met een USB-kabel is aangesloten
op de printer.
c
Belangrijk:
Voordat u deze functie gebruikt, moet u ervoor zorgen dat Epson Scan 2 en Epson Event Manager op uw computer
zijn geïnstalleerd.
1. Plaats de originelen.
2. Druk de knop
en de knop tegelijk in.
Opmerking:
Met Epson Event Manager kunt u scaninstellingen wijzigen zoals de scangrootte, de map waarin wordt opgeslagen of
de opslagindeling.
De kleur, het formaat en de rand van de gescande aeelding zijn niet exact hetzelfde als van het origineel.
Gerelateerde informatie
& “Originelen op de Scannerglasplaat plaatsen” op pagina 38
& Epson Event Manager” op pagina 103
Scannen vanaf een computer
Scannen met Epson Scan 2
U kunt scannen met de scannerdriver "Epson Scan 2". Raadpleeg de help van Epson Scan 2 voor een uitleg van de
items voor instellingen.
Gerelateerde informatie
& “Epson Scan 2 (scannerstuurprogramma)” op pagina 102
Documenten scannen (Documentmodus)
Met Documentmodus in Epson Scan 2 kunt u originelen scannen met gedetailleerde instellingen die geschikt zijn
voor tekstdocumenten.
1. Plaats de originelen.
2. Start Epson Scan 2.
Gebruikershandleiding
Scannen
62
3. Selecteer Documentmodus in de lijst Modus.
4. Congureer de volgende instellingen op het tabblad Hoofdinstellingen.
Documentformaat: selecteer de grootte van het origineel dat u hebt geplaatst.
Knoppen
/ (Originele afdrukstand): selecteer de ingestelde afdrukstand van het origineel dat u
hebt geplaatst. Aankelijk van het formaat van het origineel kan dit item automatisch zijn ingesteld en kan
dit niet worden gewijzigd.
Beeldtype: selecteer de kleur voor de gescande aeelding.
Resolutie: selecteer de resolutie.
Opmerking:
De instelling Documentbron is vast ingesteld op Scannerglasplaat. Deze instelling kunt u niet wijzigen.
Als u Toevoeg. of bewerk. na het scan. instelt, kunt u na het scannen van een origineel nog meer originelen
scannen. Als u daarnaast Beeldformaat instelt op PDF of Multi-TIFF, kunt u de gescande aeeldingen opslaan als
één bestand.
5. Congureer indien nodig andere scaninstellingen.
U kunt een voorbeeldweergave van de gescande aeelding bekijken door op de knop Vo or be el ds c an te
klikken. Het voorbeeldvenster wordt geopend en een voorbeeld van de
aeelding
wordt weergegeven.
Gebruikershandleiding
Scannen
63
Op het tabblad Geavanceerde instellingen kunt u gedetailleerde instellingen congureren voor het
aanpassen van gescande aeeldingen die geschikt zijn voor tekstdocumenten, zoals.
Achtergrond verwijderen: u kunt de achtergrond van de originelen verwijderen.
Tekst verbeteren: u kunt wazige letters in het origineel helder en scherp maken.
Gebieden autom. Scheiden: u kunt letters duidelijker en aeeldingen vloeiend maken wanneer u een
document dat aeeldingen bevat in zwart-wit scant.
Kleur verbeteren: u kunt de opgegeven kleur verbeteren voor de gescande aeelding en deze vervolgens
opslaan in grijstinten of in zwart-wit.
Helderheid: u kunt de helderheid voor de gescande
aeelding
aanpassen.
Contrast: u kunt het contrast voor de gescande aeelding aanpassen.
Gamma: u kunt de gamma (helderheid van het middengebied) voor de gescande aeelding aanpassen.
Drempelwaarde: u kunt de rand aanpassen voor monochroom binair (zwart-wit).
Verscherpen: u kunt de contouren van de aeelding verscherpen of versterken.
Ontrasteren: u kunt moiré (webachtige schaduwen) verwijderen dat verschijnt wanneer u gedrukt
papier, zoals een
tijdschri,
scant.
Rand bijkleuren: u kunt de schaduw verwijderen die rond de gescande aeelding is ontstaan.
Dual Image Output (alleen in Windows): u kunt een aeelding één keer scannen en vervolgens
tegelijkertijd opslaan naar twee aeeldingen met verschillende uitvoerinstellingen.
Opmerking:
De items zijn mogelijk niet beschikbaar, aankelijk van andere instellingen die u hebt gecongureerd.
Gebruikershandleiding
Scannen
64
6. Congureer de instellingen voor het opslaan van bestanden.
Beeldformaat: selecteer de indeling waarin u wilt opslaan uit de lijst.
U kunt gedetailleerde instellingen congureren voor elke opslagindeling, behalve BITMAP en PNG.
Selecteer Opties in de lijst nadat u de indeling voor opslaan hebt geselecteerd.
Bestandsnaam: bevestig de weergegeven naam waaronder het bestand wordt opgeslagen.
U kunt instellingen voor de bestandsnaam wijzigen door in de lijst Instellingen te selecteren.
Map: selecteer in de lijst de map waarin de gescande aeelding moet worden opgeslagen.
U kunt een andere map selecteren of een nieuwe map maken door in de lijst Selecteren te selecteren.
7. Klik op Scannen.
Gerelateerde informatie
& “Originelen op de Scannerglasplaat plaatsen” op pagina 38
Foto's of afbeeldingen scannen (Fotomodus)
Met Fotomodus in Epson Scan 2 kunt u originelen scannen met een breed scala aan functies voor het aanpassen
van
aeeldingen
die geschikt zijn voor foto's of
aeeldingen.
1. Plaats de originelen.
Als u meerdere originelen op de glasplaat scant, kunt u deze tegelijkertijd scannen.Zorg ervoor dat er ten
minste 20 mm ruimte is tussen de originelen.
Gebruikershandleiding
Scannen
65
2. Start Epson Scan 2.
3. Selecteer Fotomodus in het menu Modus.
4.
Congureer
de volgende instellingen op het tabblad Hoofdinstellingen.
Beeldtype: selecteer de kleur voor de gescande aeelding.
Resolutie: selecteer de resolutie.
Opmerking:
De instelling voor Documentbron is vast ingesteld op Scannerglasplaat, en de instelling voor Documenttype is vast
ingesteld op Reecterend.(Reecterend wordt gebruikt voor originelen die net transparant zijn, zoals gewoon papier en
foto's.)Deze instellingen kunt u niet wijzigen.
Gebruikershandleiding
Scannen
66
5. Klik op Voo rb ee ld sc an .
Het voorbeeldvenster wordt geopend en de voorbeeldweergaven worden weergegeven als miniatuur.
Opmerking:
Als u een voorbeeld wilt weergeven van het gehele gescande gebied, schakelt u het selectievakje
umbnail
in de lijst
bovenaan het voorbeeldvenster uit.
6.
Bevestig de voorbeeldweergave en congureer indien nodig instellingen voor het aanpassen van de aeelding
op het tabblad Geavanceerde instellingen.
Gebruikershandleiding
Scannen
67
U kunt de gescande aeelding aanpassen met gedetailleerde instellingen die geschikt zijn voor foto's of
aeeldingen,
zoals de onderstaande.
Helderheid: u kunt de helderheid voor de gescande aeelding aanpassen.
Contrast: u kunt het contrast voor de gescande aeelding aanpassen.
Verzadiging: u kunt de verzadiging (levendigheid van de kleuren) voor de gescande
aeelding
aanpassen.
Verscherpen: u kunt de contouren van de gescande aeelding verscherpen of versterken.
Kleurherstel: u kunt vaal geworden aeeldingen herstellen door de originele kleuren weer toe te passen.
Tegenlichtcorrectie: u kunt gescande
aeeldingen
helderder maken wanneer deze donker zijn vanwege
tegenlicht.
Ontrasteren: u kunt moiré (webachtige schaduwen) verwijderen dat verschijnt wanneer u gedrukt papier,
zoals een tijdschri, scant.
Stof verwijderen: u kunt stof op de gescande aeelding verwijderen.
Opmerking:
De items zijn mogelijk niet beschikbaar, aankelijk van andere instellingen die u hebt gecongureerd.
Aankelijk van het origineel kan de aeelding mogelijk niet goed worden gecorrigeerd.
Wanneer er meerdere miniaturen zijn gemaakt, kunt u de aeeldingskwaliteit voor elke miniatuur
aanpassen.Aankelijk van de aanpassingsitems, kunt u de kwaliteit van meerdere gescande aeeldingen tegelijk
aanpassen door meerdere miniaturen te selecteren.
7. Congureer de instellingen voor het opslaan van bestanden.
Beeldformaat: selecteer de indeling waarin u wilt opslaan uit de lijst.
U kunt gedetailleerde instellingen congureren voor elke opslagindeling, behalve BITMAP en
PNG.Selecteer Opties in de lijst nadat u de indeling voor opslaan hebt geselecteerd.
Bestandsnaam: bevestig de weergegeven naam waaronder het bestand wordt opgeslagen.
U kunt instellingen voor de bestandsnaam wijzigen door in de lijst Instellingen te selecteren.
Gebruikershandleiding
Scannen
68
Map: selecteer in de lijst de map waarin de gescande aeelding moet worden opgeslagen.
U kunt een andere map selecteren of een nieuwe map maken door in de lijst Selecteren te selecteren.
8. Klik op Scannen.
Gerelateerde informatie
&
“Originelen op de Scannerglasplaat plaatsen” op pagina 38
& “Meerdere foto's plaatsen om tegelijkertijd te scannen” op pagina 39
Scannen met smart-apparaten
Epson iPrint is een toepassing waarmee u foto's en documenten kunt scannen vanaf een smart-apparaat, zoals een
smartphone of tablet, dat verbonden is met hetzelfde draadloze netwerk als uw printer. U kunt gescande gegevens
opslaan op een smart-apparaatof een Cloud-service, via e-mail versturen of afdrukken.
Epson iPrint installeren
U kunt Epson iPrint op uw smart-apparaat installeren door op de volgende link te klikken of de QR-code te
scannen.
http://ipr.to/a
Scannen met Epson iPrint
Voer Epson iPrint uit vanaf uw smart-apparaat en selecteer op het startscherm het item dat u wilt gebruiken.
Gebruikershandleiding
Scannen
69
De volgende aeeldingen zijn aan veranderingen onderhevig zonder voorafgaande kennisgeving.
A
Het startscherm wordt weergegeven wanneer de toepassing start.
B
Biedt informatie over het instellen van de printer en een lijst met veelgestelde vragen.
C
Geeft het scherm weer waar u de printer selecteert en de printerinstellingen congureert. Wanneer u de
printer heeft geselecteerd, hoeft u deze de volgende keer niet meer opnieuw te selecteren.
D
Hiermee opent u het scanscherm.
E
Geeft het scherm weer waarop u de scaninstellingen kunt congureren zoals de resolutie.
F
Geeft gescande bestanden weer.
G
Hiermee start het scannen.
H
Geeft het scherm weer waarop u gescande gegevens kunt opslaan op een smart device of Cloud-service.
I
Geeft het scherm weer om gescande gegevens met e-mail te verzenden.
J
Geeft het scherm weer om gescande gegevens af te drukken.
Gebruikershandleiding
Scannen
70
Inktpatronen vervangen
Het inktpeil controleren
U kunt het inktpeil controleren via de computer.
Het inktpeil controleren - Windows
1. Open het venster van de printerdriver.
2. Klik op Inktniveau op het tabblad Hoofdgroep.
Opmerking:
Als EPSON Status Monitor 3 is uitgeschakeld, worden de inktniveaus niet weergegeven. Klik op Extra instellingen in
het tabblad Hulpprogramma's en selecteer vervolgens EPSON Status Monitor 3 inschakelen.
Gerelateerde informatie
&
“Windows-printerdriver” op pagina 96
Het inktniveau controleren — Mac OS
1.
Selecteer Systeemvoorkeuren in het menu
> Printers en scanners (of Afdrukken en scannen,
Afdrukken en faxen) en selecteer vervolgens de printer.
2. Klik op Opties en toebehoren > Hulpprogramma > Open Printerhulpprogramma.
3. Klik op EPSON Status Monitor.
Codes van de cartridges
Epson raadt het gebruik van originele Epson-cartridges aan. De kwaliteit of betrouwbaarheid van niet-originele
inkt kan niet door Epson worden gegarandeerd. Het gebruik van niet-originele cartridges kan leiden tot schade die
niet onder de garantie van Epson valt. Bovendien kan het gebruik van dergelijke producten er in bepaalde
omstandigheden toe leiden dat het apparaat niet correct functioneert. Informatie over niet-originele inktniveaus
kunnen mogelijk niet worden weergegeven.
Hierna volgen de codes van originele Epson-inktpatronen.
Gebruikershandleiding
Inktpatronen vervangen
71
Pictogram BK: Black (Zwart) C: Cyan (Cyaan) M: Magenta Y: Yellow (Geel)
Aardbei
29
29XL
*
29
29XL
*
29
29XL
*
29
29XL
*
* "XL" geeft een grote cartridge aan.
Opmerking:
Niet alle cartridges zijn verkrijgbaar in alle landen.
Inktcartridgecodes kunnen per locatie variëren. Neem contact op met Epson Support voor de juiste codes in uw omgeving.
Gebruikers in Europa kunnen op de volgende website meer informatie vinden over de capaciteit van de Epson-cartridges.
http://www.epson.eu/pageyield
Gerelateerde informatie
& “Technische ondersteuning (website)” op pagina 146
Voorzorgsmaatregelen voor inktpatronen
Lees de volgende instructies voordat u inktpatronen vervangt.
Voorzorgsmaatregelen
Bewaar de inktpatronen bij normale kamertemperatuur en houd ze uit de buurt van direct zonlicht.
Het is raadzaam de cartridge te gebruiken vóór de datum die op de verpakking wordt vermeld.
U krijgt de beste resultaten als u de cartridge verbruikt binnen zes maanden na het openen van de verpakking.
Voor de beste resultaten bewaart u inktpatroonverpakkingen met de onderkant naar beneden.
Laat cartridges voor gebruik ten minste drie uur op kamertemperatuur komen.
Open de verpakking niet totdat u klaar bent om het inktpatroon in de printer te plaatsen. Het inktpatroon is
vacuüm verpakt om de betrouwbaarheid ervan te garanderen. Als u een inktpatroon lange tijd onverpakt laat
voordat u het gebruikt, is normaal afdrukken niet mogelijk.
Zorg dat u de haakjes aan de zijkant van het inktpatroon niet breekt wanneer u het uit de verpakking haalt.
Gebruikershandleiding
Inktpatronen vervangen
72
U moet de gele tape van het inktpatroon verwijderen voordat u het plaatst; anders kan de afdrukkwaliteit
achteruitgaan of kunt u niet afdrukken. Verwijder of scheur het label op het inktpatroon niet; hierdoor kan het
gaan lekken.
Verwijder het doorzichtige zegel aan de onderkant van het inktpatroon niet; anders kan het inktpatroon
onbruikbaar worden.
Raak de in de guur getoonde onderdelen niet aan. Omdat dit de normale werking kan schaden.
Installeer alle cartridges, anders kunt u niet afdrukken.
Vervang inktpatronen niet met de stroom uitgeschakeld. Verplaats de printkop niet handmatig; anders kunt u
de printer beschadigen.
Gebruikershandleiding
Inktpatronen vervangen
73
Nadat u het inktpatroon hebt geplaatst, blij het aan/uit-lampje knipperen terwijl de printer inkt laadt. Schakel
de printer niet uit terwijl de inkt wordt geladen. Als het laden van de inkt niet wordt voltooid, kunt u mogelijk
niet afdrukken.
Zorg ervoor dat er altijd inktpatronen in de printer zijn geplaatst en schakel de printer niet uit tijdens het
vervangen van inktpatronen. Anders droogt de inkt uit die in de spuitkanaaltjes van de printkop
achterblij
en
kunt u mogelijk niet afdrukken.
Als u een inktpatroon tijdelijk moet verwijderen, zorgt u dat u het inkttoevoergebied beschermt tegen vuil en
stof. Bewaar het inktpatroon op dezelfde plaats als de printer, met de inkttoevoerpoort naar beneden of naar de
zijkant. Bewaar inktpatronen niet met de inkttoevoerpoort naar boven. Omdat de inkttoevoerpoort is uitgerust
met een klep die is ontworpen om het vrijgeven van een teveel aan inkt tegen te houden, hoe u zelf geen deksel
of dop te verschaen.
Bij verwijderde cartridges kan er inkt rondom de inkttoevoer zitten. Wees dus voorzichtig dat er geen inkt in de
omgeving van de cartridge wordt gemorst wanneer de cartridges worden verwijderd.
Deze printer gebruikt inktpatronen die zijn uitgerust met een groene chip die informatie bijhoudt, zoals de
hoeveelheid resterende inkt voor elk inktpatroon. Dit betekent dat zelfs wanneer het inktpatroon uit de printer
wordt verwijderd voordat het leeg is, u het inktpatroon nog steeds kunt gebruiken nadat u het weer in de printer
plaatst. Er kan echter inkt worden gebruikt wanneer u een inktpatroon terugplaatst om de printerprestaties te
garanderen.
Voor een optimale eciëntie van de inkt verwijdert u een inktpatroon alleen wanneer u het wilt vervangen.
Inktpatronen met een lage inktstatus kunnen niet worden gebruikt wanneer u ze terugplaatst.
Voor een optimale afdrukkwaliteit en bescherming van de printkop blij een variabele inktreserve in de
cartridge achter op het moment waarop de printer aangee dat u de cartridge moet vervangen. De opgegeven
capaciteiten bevatten deze reserve niet.
De cartridges kunnen gerecycled materiaal bevatten. Dit is echter niet van invloed op de functies of prestaties
van de printer.
Specicaties
en uiterlijk van het inktpatroon zijn onderhevig aan wijziging zonder voorafgaande kennisgeving
voor verbetering.
Haal de inktcartridges niet uit elkaar en breng geen wijzigingen aan cartridges aan. Daardoor kan normaal
afdrukken onmogelijk worden.
U kunt de cartridges die bij de printer zijn geleverd, niet ter vervanging gebruiken.
De opgegeven capaciteit hangt af van de aeeldingen die u afdrukt, het papier dat u gebruikt, hoe vaak u
afdrukt en de omgeving (bijvoorbeeld temperatuur) waarin u de printer gebruikt.
Inktverbruik
Voor optimale prestaties van de printkop wordt er tijdens onderhoudsactiviteiten, zoals reiniging van de
printkop, een beetje inkt gebruikt uit alle cartridges. Er kan ook inkt worden gebruikt wanneer u de printer
inschakelt.
Wanneer u in monochroom of grijswaarden afdrukt, is het mogelijk kleureninkt te gebruiken in plaats van
zwarte inkt, aankelijk van de instellingen van het papiertype of de afdrukkwaliteit. Dit is omdat kleureninkt
wordt gemengd om zwart te creëren.
De inkt in de cartridges die bij de printer zijn geleverd, wordt deels verbruikt bij de installatie van de printer. De
printkop in uw printer is volledig met inkt geladen om afdrukken van hoge kwaliteit te bezorgen. Bij dit
eenmalige proces wordt een bepaalde hoeveelheid inkt verbruikt. Met de gebruikte cartridge kunnen daarom
wellicht minder pagina's worden afgedrukt dan met volgende cartridges.
Gebruikershandleiding
Inktpatronen vervangen
74
Inktcartridges vervangen (wanneer het inktlampje
brandt of knippert)
!
Let op:
Pas bij het sluiten van de scannereenheid op dat uw vingers niet klem komen te zitten. Anders kunt u zich
verwonden.
Opmerking:
U kunt doorgaan met afdrukken terwijl het (inkt)lampje
B
knippert. Zorg wel zo snel mogelijk voor nieuwe cartridges.
Als u de cartridges vervangt tijdens het kopiëren, kunnen de originelen verschuiven. Druk op de knop
y
om het kopiëren
te annuleren en vervang de originelen.
1. Open de scannereenheid met het documentdeksel gesloten.
2. Verplaats de inktcartridgehouder met de knoppen op de printer.
Opmerking:
Vervang de cartridge die stopt bij het pictogram
. Als er meer opgebruikte cartridges zijn, gaan de desbetreende
cartridges naar het pictogram
telkens wanneer u op de knop
y
drukt.
Als het lampje
B
brandt (een of meer inktpatronen zijn leeg)
Druk op de knop
y
. De cartridgehouder gaat naar het pictogram . U kunt cartridges in deze positie niet
vervangen. Ga naar de volgende stap.
Gebruikershandleiding
Inktpatronen vervangen
75
Als het lampje
B
brandt (een of meer inktpatronen zijn bijna leeg)
Houd de knop
y
ingedrukt totdat de inktcartridgehouder naar het pictogram gaat. U kunt cartridges in
deze positie niet vervangen. Ga naar de volgende stap.
Opmerking:
Als u het vervangen van cartridges wilt annuleren, laat u de cartridges gewoon zitten en zet u de printer uit.
3.
Druk opnieuw op de knop
y
.
De cartridgehouder gaat naar het vervangingspositie.
4. Wanneer u de zwarte cartridge vervangt, moet u de nieuwe zwarte cartridge vier- of vijfmaal voorzichtig
schudden voordat u de cartridge uit de verpakking haalt. Wanneer u de kleurencartridges wilt vervangen,
haalt u de nieuwe cartridges uit de verpakking zonder eerst te schudden.
c
Belangrijk:
Schud inktpatronen niet nadat u de verpakking hebt geopend, omdat ze kunnen lekken.
Gebruikershandleiding
Inktpatronen vervangen
76
5. Verwijder alleen de gele tape.
c
Belangrijk:
Raak de in de guur getoonde onderdelen niet aan. Omdat dit de normale werking kan schaden.
6. Druk op het lipje van het inktpatroon en trek het naar boven. Trek er hard aan als u het inktpatroon niet kan
verwijderen.
Gebruikershandleiding
Inktpatronen vervangen
77
7. Plaats het nieuwe inktpatroon en druk het stevig naar beneden.
8. Sluit de scannereenheid.
9. Druk op de knop
y
.
Het laden van de inkt start.
c
Belangrijk:
Nadat u het inktpatroon hebt geplaatst, blij het aan/uit-lampje knipperen terwijl de printer inkt laadt.
Schakel de printer niet uit terwijl de inkt wordt geladen. Het laden duurt ongeveer twee minuten. Als het laden
van de inkt niet wordt voltooid, kunt u mogelijk niet afdrukken.
Opmerking:
Als het lampje
B
niet doo, moet u de cartridge verwijderen en opnieuw installeren.
Gerelateerde informatie
& “Codes van de cartridges” op pagina 71
& Voorzorgsmaatregelen voor inktpatronen” op pagina 72
Gebruikershandleiding
Inktpatronen vervangen
78
Inktcartridges vervangen (wanneer het inktlampje uit
is)
U kunt cartridges ook vervangen als er nog inkt in zit.
!
Let op:
Pas bij het sluiten van de scannereenheid op dat uw vingers niet klem komen te zitten. Anders kunt u zich
verwonden.
1. Open de scannereenheid met het documentdeksel gesloten.
2. Houd de knop
y
ingedrukt totdat de inktcartridgehouder begint te bewegen.
De cartridgehouder gaat naar het vervangingspositie.
Opmerking:
Als u het vervangen van cartridges wilt annuleren, laat u de cartridges gewoon zitten en zet u de printer uit.
Gebruikershandleiding
Inktpatronen vervangen
79
3. Wanneer u de zwarte cartridge vervangt, moet u de nieuwe zwarte cartridge vier- of vijfmaal voorzichtig
schudden voordat u de cartridge uit de verpakking haalt. Wanneer u de kleurencartridges wilt vervangen,
haalt u de nieuwe cartridges uit de verpakking zonder eerst te schudden.
c
Belangrijk:
Schud inktpatronen niet nadat u de verpakking hebt geopend, omdat ze kunnen lekken.
4.
Verwijder alleen de gele tape.
Gebruikershandleiding
Inktpatronen vervangen
80
c
Belangrijk:
Raak de in de guur getoonde onderdelen niet aan. Omdat dit de normale werking kan schaden.
5. Druk op het lipje van het inktpatroon en trek het naar boven. Trek er hard aan als u de inktcartridge niet kunt
verwijderen
6.
Plaats het nieuwe inktpatroon en druk het stevig naar beneden.
Gebruikershandleiding
Inktpatronen vervangen
81
7. Sluit de scannereenheid.
8. Druk op de knop
y
.
Het laden van de inkt start.
c
Belangrijk:
Nadat u het inktpatroon hebt geplaatst, blij het aan/uit-lampje knipperen terwijl de printer inkt laadt.
Schakel de printer niet uit terwijl de inkt wordt geladen. Het laden duurt ongeveer twee minuten. Als het laden
van de inkt niet wordt voltooid, kunt u mogelijk niet afdrukken.
Opmerking:
Als het lampje
B
niet doo, moet u de cartridge verwijderen en opnieuw installeren.
Gerelateerde informatie
& “Codes van de cartridges” op pagina 71
& Voorzorgsmaatregelen voor inktpatronen” op pagina 72
Tijdelijk met zwarte inkt afdrukken
Wanneer de kleureninkt op is maar u nog wel gewone zwarte inkt hebt, kunt u (bij het afdrukken vanaf de
computer) nog korte tijd verder afdrukken met alleen zwarte inkt door de volgende instellingen te gebruiken.
Type papier: Gewoon papier, Enveloppe
Kleur: Grijswaarden
Randloos: niet geselecteerd
EPSON Status Monitor 3: ingeschakeld (alleen voor Windows)
Aangezien deze functie slechts ca. vijf dagen beschikbaar is, moet u de lege cartridge zo snel mogelijk vervangen.
Gebruikershandleiding
Inktpatronen vervangen
82
Opmerking:
Als EPSON Status Monitor 3 is uitgeschakeld, opent u het printerstuurprogramma, klikt u op Extra instellingen op het
tabblad Hulpprogramma's en selecteert u EPSON Status Monitor 3 inschakelen.
De beschikbare periode varieert naargelang de gebruiksomstandigheden.
Tijdelijk met zwarte inkt afdrukken - Windows
1. Als het volgende venster verschijnt, stop dan met afdrukken.
Gebruikershandleiding
Inktpatronen vervangen
83
Opmerking:
Als u het afdrukken niet kunt annuleren vanaf de computer, doe dit dan op het bedieningspaneel van de printer.
2. Open het venster van de printerdriver.
3. Schakel Randloos uit op het tabblad Hoofdgroep.
4. Selecteer Gewoon papier of Enveloppe bij Papiertype op het tabblad Hoofdgroep tab.
5. Selecteer Grijswaarden.
6. Stel de andere items in op de tabbladen Hoofdgroep en Meer opties, indien nodig, en klik dan op OK.
7. Klik op Afdrukken.
8. Klik op Afdrukken in zwart-wit in het venster dat wordt weergegeven.
Gerelateerde informatie
& “Papier laden in de Papiertoevoer achter” op pagina 34
& “Basisprincipes van printer — Windows” op pagina 40
Tijdelijk met zwarte inkt afdrukken — Mac OS
Opmerking:
Als u deze functie wilt gebruiken via een netwerk, gebruik dan Bonjour voor de verbinding.
1. Klik op het printerpictogram in het Dock.
2. Annuleer de taak.
Opmerking:
Als u het afdrukken niet kunt annuleren vanaf de computer, doe dit dan op het bedieningspaneel van de printer.
3. Selecteer Systeemvoorkeuren in het menu > Printers en scanners (of Afdrukken en scannen,
Afdrukken en faxen) en selecteer vervolgens de printer.Klik op Opties en toebehoren > Opties (of
Stuurprogramma).
4. Selecteer Aan voor Tijdelijk afdrukken in zwart-wit.
5. Open het afdrukdialoogvenster.
6. Selecteer Printerinstellingen in het snelmenu.
7. Selecteer een papierformaat (randloze formaten uitgezonderd) bij Papierformaat.
8. Selecteer Gewoon papier of Enveloppe bij Afdrukmateriaal.
9. Selecteer Grijswaarden.
10.
Geef naar wens nog meer instellingen op.
11. Klik op Druk af.
Gebruikershandleiding
Inktpatronen vervangen
84
Gerelateerde informatie
& Afdrukken annuleren” op pagina 59
& “Papier laden in de Papiertoevoer achter” op pagina 34
& “Basisprincipes — Mac OS” op pagina 41
Zwarte inkt besparen als de zwarte inkt bijna op is
(uitsluitend voor Windows)
Wanneer de zwarte inkt bijna op is, maar er nog genoeg kleureninkt is, kunt u een mengsel van kleureninkten
gebruiken om zwart te maken. U kunt verder afdrukken terwijl u een vervangende cartridge met zwarte inkt
klaarzet.
Deze functie is alleen beschikbaar als u de volgende instellingen in de printerdriver selecteert.
Papiertype: Gewoon papier
Kwaliteit: Standaard
EPSON Status Monitor 3: Ingeschakeld
Opmerking:
Is EPSON Status Monitor 3 uitgeschakeld, ga dan naar de printerdriver, klik op Extra instellingen op het tabblad
Hulpprogramma's en selecteer EPSON Status Monitor 3 inschakelen.
Samengesteld zwart zit er iets anders uit dan zuiver zwart. Daarnaast daalt de afdruksnelheid.
Er wordt ook zwarte inkt verbruikt om de kwaliteit van de printkop te handhaven.
Opties Beschrijving
Ja Kies ervoor een mengsel van kleureninkt te gebruiken om zwarte inkt te maken. Dit venster
wordt weergegeven wanneer u een volgende keer een gelijksoortige taak afdrukt.
Nee Kies ervoor om door te gaan met de resterende zwarte inkt. Dit venster wordt
weergegeven wanneer u een volgende keer een gelijksoortige taak afdrukt.
Deze functie uitschakelen Kies ervoor om door te gaan met de resterende zwarte inkt. Dit venster wordt niet
weergegeven, totdat u de zwarte-inktcartridge vervangt en deze opnieuw bijna leeg is.
Gebruikershandleiding
Inktpatronen vervangen
85
De printer onderhouden
De printkop controleren en reinigen
Als de spuitkanaaltjes verstopt zitten, worden de afdrukken vaag, en ziet u strepen of onverwachte kleuren.
Wanneer de afdrukkwaliteit minder is geworden, gebruikt u de spuitstukcontrole om te kijken of de kanaaltjes
verstopt zitten. Is dit zo, reinig dan de printkop.
c
Belangrijk:
Open de scannereenheid niet of schakel de printer niet uit tijdens het reinigen van de printkop. Als het reinigen
van de kop niet wordt voltooid, kunt u mogelijk niet afdrukken.
Omdat bij reiniging van de printkop wat inkt wordt gebruikt, moet u de kop alleen reinigen als de kwaliteit
verslechtert.
Wanneer de inkt bijna op is kan de printkop mogelijk niet worden gereinigd. U moet dan eerst de cartridge
vervangen.
Als de afdrukkwaliteit niet is verbeterd na vier herhalingen van de printkopcontrole en -reiniging moet u ten
minste zes uren wachten zonder afdrukken en vervolgens de printkopcontrole en -reiniging herhalen. We raden u
aan om de printer uit te schakelen. Neem contact op met de klantenservice van Epson als de afdrukkwaliteit nog
steeds niet is verbeterd.
Voorkom dat de printkop uitdroogt en trek nooit de stekker van de printer uit het stopcontact wanneer de printer
nog aan is.
De printkop controleren en schoonmaken — knoppen op printer
1. Laad gewoon A4-papier in de printer.
2. Druk op de knop
P
om de printer uit te zetten.
3.
Zet de printer aan terwijl u de knop
y
ingedrukt houdt en laat de knoppen vervolgens los wanneer het aan/
uit-lampje knippert.
Het testpatroon wordt afgedrukt.
Opmerking:
Het kan enige tijd duren voordat het afdrukken van het testpatroon wordt gestart.
Gebruikershandleiding
De printer onderhouden
86
4. Bekijk het afgedrukte patroon goed.Als er stukken van lijnen of segmenten ontbreken, zoals weergegeven in
het patroon "NG", kan de printkop verstopt zijn.Ga naar de volgende stap.Als u geen ontbrekende segmenten
of onderbroken lijnen ziet, zoals in het volgende patroon "OK", zijn de spuitkanaaltjes niet verstopt.Het is niet
nodig om printkopreiniging uit te voeren.
5. Houd de knop
y
drie seconden ingedrukt tot het aan-uitlampje begint te knipperen.
Het reinigen van de printkop begint.
Opmerking:
Het kan enige tijd duren voordat het reinigen van de printkop wordt gestart.
6. Druk opnieuw een spuitkanaaltjespatroon af wanneer het aan-uitlampje ophoudt met knipperen.Herhaal het
reinigen en afdrukken van het testpatroon tot alle lijnen geheel afgedrukt worden.
Gerelateerde informatie
& “Papier laden in de Papiertoevoer achter” op pagina 34
De printkop controleren en schoonmaken - Windows
1. Laad gewoon A4-papier in de printer.
2.
Open het venster van de printerdriver.
3. Klik op Spuitkanaaltjes controleren op het tabblad Hulpprogramma's.
4. Volg de instructies op het scherm.
Gerelateerde informatie
&
“Papier laden in de Papiertoevoer achter” op pagina 34
& “Windows-printerdriver” op pagina 96
De printkop controleren en reinigen — Mac OS
1. Laad gewoon A4-papier in de printer.
Gebruikershandleiding
De printer onderhouden
87
2. Selecteer Systeemvoorkeuren in het menu > Printers en scanners (of Afdrukken en scannen,
Afdrukken en faxen) en selecteer vervolgens de printer.
3. Klik op Opties en toebehoren > Hulpprogramma > Open Printerhulpprogramma.
4. Klik op Spuitkanaaltjes controleren.
5. Volg de instructies op het scherm.
Gerelateerde informatie
& “Papier laden in de Papiertoevoer achter” op pagina 34
De printkop uitlijnen
Als u een verkeerde uitlijning van verticale lijnen of onscherpe beelden ziet, lijn de printkop dan uit.
De printkop uitlijnen — Windows
1. Laad gewoon A4-papier in de printer.
2.
Open het venster van de printerdriver.
3. Klik op Printkop uitlijnen op het tabblad Hulpprogramma's.
4. Volg de instructies op het scherm.
Gerelateerde informatie
& “Papier laden in de Papiertoevoer achter” op pagina 34
& “Windows-printerdriver” op pagina 96
De printkop uitlijnen — Mac OS
1. Laad gewoon A4-papier in de printer.
2. Selecteer Systeemvoorkeuren in het menu
> Printers en scanners (of Afdrukken en scannen,
Afdrukken en faxen) en selecteer vervolgens de printer.
3. Klik op Opties en toebehoren > Hulpprogramma > Open Printerhulpprogramma.
4. Klik op Printkop uitlijnen.
5.
Volg de instructies op het scherm.
Gerelateerde informatie
& “Papier laden in de Papiertoevoer achter” op pagina 34
Gebruikershandleiding
De printer onderhouden
88
Het papiertraject reinigen
Als de afdrukken vlekken vertonen of bekrast zijn, reinig dan de roller binnenin.
c
Belangrijk:
Gebruik geen keukenpapier om de binnenkant van de printer te reinigen. Het kan zijn dat de spuitkanaaltjes van de
printkop verstopt zitten met stof.
1.
Zorg ervoor dat de scannerglasplaat en het documentdeksel vrij zijn van stof en vlekken.
2. Laad gewoon A4-papier in de printer.
3. Begin met kopiëren zonder een origineel op de scannerglasplaat te plaatsen.
Het papier wordt uit de printer geworpen.
4. Herhaal deze procedure tot er geen vegen meer op het papier zitten.
Gerelateerde informatie
&
“Normaal kopiëren” op pagina 61
De Scannerglasplaat reinigen
Wanneer de kopieën of gescande beelden vies zijn, moet u de scannerglasplaat reinigen.
c
Belangrijk:
Maak de printer nooit schoon met alcohol of thinner. Deze chemicaliën kunnen de printer beschadigen.
1.
Open het documentdeksel.
Gebruikershandleiding
De printer onderhouden
89
2. Maak het oppervlak van de scannerglasplaat schoon met een droge, zachte, schone doek.
c
Belangrijk:
Als de glasplaat besmeurd is met vet of een andere hardnekkige substantie, veegt u de plaat schoon met een
doek met daarop een klein beetje glasreiniger. Verwijder al het overtollige vocht.
Druk niet te hard op het glasoppervlak.
Zorg ervoor dat u het oppervlak van het glas niet krast of beschadigt. Een beschadigde glasplaat kan de
scankwaliteit aantasten.
Het doorschijnende folie reinigen
Als de afdrukkwaliteit niet is verbeterd nadat u de printkop hebt uitgelijnd of de papierbaan hebt gereinigd, is de
doorschijnende folie in de printer mogelijk vervuild.
Benodigde items:
Wattenstaaes (meerdere)
Water met een paar druppels schoonmaakmiddel (2 tot 3 druppels schoonmaakmiddel in een 1/4 kop
kraanwater)
Lamp om op vlekken te controleren
c
Belangrijk:
Gebruik geen andere reinigingsvloeistof dan water met enkele druppels schoonmaakmiddel.
1.
Druk op
P
om de printer uit te zetten.
2. Open de scannereenheid.
Gebruikershandleiding
De printer onderhouden
90
3. Controleer of zich op de doorschijnende folie vlekken bevinden.Vlekken zijn gemakkelijker te zien als u een
lamp gebruikt.
Als zich op de doorschijnende folie (A) vlekken bevinden (bijvoorbeeld vingerafdrukken of vet), gaat u verder
met de volgende stap.
A: Doorschijnende folie
B: Rail
c
Belangrijk:
Raak de rail (B) niet aan.Anders kunt u mogelijk niet meer afdrukken.Veeg het vet niet van de rail. Dit is nodig
voor een correcte werking.
4.
Bevochtig een wattenstaae met wat water met een paar druppels schoonmaakmiddel (zorg ervoor dat er geen
water vanaf drupt) en veeg de vlek weg.
Gebruikershandleiding
De printer onderhouden
91
c
Belangrijk:
Veeg de vlek voorzichtig weg.Als u te hard op het wattenstaae drukt, kunnen de veren van de folie verschuiven
en kan de printer beschadigd raken.
5. Gebruik een nieuw, droog wattenstaae om de folie schoon te vegen.
c
Belangrijk:
Laat geen vezels achter op de folie.
Opmerking:
Gebruik regelmatig een nieuw wattenstaae om te voorkomen dat u het vuil naar andere plekken verspreidt.
6. Herhaal stap 4 en 5 totdat de folie schoon is.
7. Controleer de folie op vlekken.
Stroom besparen
De printer gaat in slaapstand of gaat automatisch uit als er een bepaalde tijd geen handelingen worden verricht. U
kunt instellen hoelang het duurt voordat stroombeheer wordt toegepast. Elke verhoging is van invloed op de
energiezuinigheid van het product. Denk aan het milieu voordat u wijzigingen doorvoert.
Stroom besparen - Windows
1. Open het venster van de printerdriver.
2. Klik op Printer- en optie-informatie op het tabblad Hulpprogramma's.
3. Selecteer na hoeveel tijd de printer in slaapstand moet gaan bij Slaaptimer en klik op Verz en den . Als de
printer automatisch moet worden uitgeschakeld, selecteert u de tijdsduur bij Uitschakeltimer en klikt u op
Verzenden.
4. Klik op OK.
Gerelateerde informatie
& “Windows-printerdriver” op pagina 96
Stroom besparen — Mac OS
1. Selecteer Systeemvoorkeuren in het menu > Printers en scanners (of Afdrukken en scannen,
Afdrukken en faxen) en selecteer vervolgens de printer.
2. Klik op Opties en toebehoren > Hulpprogramma > Open Printerhulpprogramma.
3. Klik op Printerinstellingen.
Gebruikershandleiding
De printer onderhouden
92
4. Selecteer na hoeveel tijd de printer in slaapstand moet gaan bij Slaaptimer en klik op Toepassen.Als de printer
automatisch moet worden uitgeschakeld, selecteert u de tijdsduur bij Uitschakeltimer en klikt u op
To ep a ss en.
Gebruikershandleiding
De printer onderhouden
93
Netwerkservice en softwareinformatie
In dit deel maakt u kennis met de netwerkservices en sowareproducten die beschikbaar zijn voor uw printer via
de Epson-website of de meegeleverde sowareschijf.
De service van Epson Connect
Dankzij Epson Connect (beschikbaar via het internet) kunt u via uw smartphone, tablet, pc of laptop, altijd en
praktisch overal afdrukken.
De functies die via het internet beschikbaar zijn, zijn als volgt.
Email Print Epson iPrint afdrukken
op afstand
Scan to Cloud Remote Print Driver
✓✓
Raadpleeg de portaalsite van Epson Connect voor meer informatie.
https://www.epsonconnect.com/
http://www.epsonconnect.eu (alleen Europa)
Web Cong
Web
Cong
is een toepassing die draait in een webbrowser, zoals Internet Explorer of Safari, op een computer of
smart device. U kunt de printerstatus controleren of de netwerkservice en de printerinstellingen aanpassen.
Verbind de printer en de computer of het smart device met hetzelfde netwerk om Web Cong te gebruiken.
Opmerking:
De volgende browsers worden ondersteund.
Besturingssysteem Browser
Windows XP of later
Internet Explorer 8 of later, Firefox
*
, Chrome
*
Mac OS X v10.6.8 of later
Safari
*
, Firefox
*
, Chrome
*
iOS
*
Safari
*
Android 2.3 of later Standaard browser
Chrome OS
*
Standaard browser
* Gebruik de laatste versie.
Gebruikershandleiding
Netwerkservice en softwareinformatie
94
Web Cong uitvoeren op een browser
1. Controleer het IP-adres van de printer.
Druk gedurende ten minste 10 seconden op de knop
om het netwerkstatusblad af te drukken en
controleer vervolgens het IP-adres van de printer.
2.
Start een browser op een computer of smart device en voer dan het IP-adres van de printer in.
Formaat:
IPv4: http://het IP-adres van de printer/
IPv6: http://[het IP-adres van de printer]/
Vo orb ee lden:
IPv4: http://192.168.100.201/
IPv6: http://[2001:db8::1000:1]/
Opmerking:
Met het smart-apparaat kunt u Web Cong ook uitvoeren via het onderhoudsscherm op Epson iPrint.
Gerelateerde informatie
& “Afdrukken met Epson iPrint” op pagina 58
Web Cong uitvoeren op Windows
Volg de onderstaande stappen om Web Cong uit te voeren als u een computer aansluit op de printer met WSD.
1. Ga naar het scherm Apparaten en printers in Windows.
Wind ow s 1 0
Rechtsklik op de knop Start en selecteer
Conguratiescherm
> Apparaten en printers weergeven in
Hardware en geluiden.
Windows 8.1/Windows 8
Selecteer Bureaublad > Instellingen > Conguratiescherm > Apparaten en printers weergeven in
Hardware en geluiden (of Hardware).
Wind ow s 7
Klik op de knop Start, selecteer Conguratiescherm > Apparaten en printers weergeven in Hardware en
geluiden.
Wind ow s Vista
Klik op de knop Start, selecteer Conguratiescherm > Printers in Hardware en geluiden.
2. Klik met de rechtermuisknop op uw printer en selecteer Eigenschappen.
3. Selecteer het tabblad Web ser v ic e en klik op de URL.
Gebruikershandleiding
Netwerkservice en softwareinformatie
95
Web Cong uitvoeren op Mac OS
1. Selecteer Systeemvoorkeuren in het menu > Printers en scanners (of Afdrukken en scannen,
Afdrukken en faxen) en selecteer vervolgens de printer.
2.
Klik op Opties en toebehoren> Toon webpagina printer.
Windows-printerdriver
Het printerstuurprogramma bestuurt de printer op basis van de opdrachten van een toepassing. Door instellingen
op te geven in de printerdriver krijgt u het beste afdrukresultaat. Met het hulpprogramma voor de printerdriver
kunt u de status van de printer controleren en de printer in optimale conditie houden.
Opmerking:
U kunt de taal van de printerdriver naar wens instellen. Selecteer de gewenste taal bij Taa l op het tabblad
Hulpprogramma's.
De printerdriver openen vanuit een toepassing
Als u instellingen wilt opgeven die alleen moeten gelden voor de toepassing waarmee u aan het werk bent, opent u
de printerdriver vanuit de toepassing in kwestie.
Selecteer Afdrukken of Afdrukinstelling in het menu Bestand. Selecteer uw printer en klik vervolgens op
Vo or keu ren of Eigenschappen.
Opmerking:
De werking varieert naargelang de toepassing. Zie de Help van de toepassing voor meer informatie.
De printerdriver openen via het bedieningspaneel
Wilt u instellingen congureren voor alle toepassingen, dan kunt u dit via het bedieningspaneel doen.
Wi n d ows 1 0
Rechtsklik op de knop Start en selecteer Conguratiescherm > Apparaten en printers weergeven in Hardware
en geluiden. Klik met de rechtermuisknop op uw printer, of houd de printer ingedrukt en selecteer
Voorkeursinstellingen voor afdrukken.
Windows 8.1/Windows 8
Selecteer Bureaublad > Instellingen > Conguratiescherm > Apparaten en printers weergeven in Hardware
en geluiden. Klik met de rechtermuisknop op uw printer, of houd de printer ingedrukt en selecteer
Voorkeursinstellingen voor afdrukken.
Wi n d ows 7
Klik op de knop Start, selecteer Conguratiescherm > Apparaten en printers weergeven in Hardware en
geluiden. Klik met de rechtermuisknop op uw printer en selecteer Voorkeursinstellingen voor afdrukken.
Windows Vista
Klik op de knop Start, selecteer
Conguratiescherm
> Printers in Hardware en geluiden. Klik met de
rechtermuisknop op uw printer en selecteer Voorkeursinstellingen selecteren.
Wi n d ows X P
Klik op de knop Start, selecteer
Conguratiescherm
> Printers en andere hardware > Printers en
faxapparaten. Klik met de rechtermuisknop op uw printer en selecteer Voorkeursinstellingen voor afdrukken.
Gebruikershandleiding
Netwerkservice en softwareinformatie
96
Het printerstuurprogramma openen via het printerpictogram op de taakbalk
Het printerpictogram op de taakbalk van het bureaublad is een snelkoppeling waarmee u snel de printerdriver
kunt openen.
Als u op het printerpictogram klikt en Printerinstellingen selecteert, kunt u hetzelfde venster met
printerinstellingen openen als het venster dat u opent via het bedieningspaneel. Als u op dit pictogram dubbelklikt,
kunt u de status van de printer controleren.
Opmerking:
Als het printerpictogram niet op de taakbalk wordt weergegeven, open dan het venster van de printerdriver, klik op
Controlevoorkeursinstellingen op het tabblad Hulpprogramma's en selecteer vervolgens Snelkoppelingspictogram
registreren op taakbalk.
De toepassing starten
Open het venster van de printerdriver. Selecteer het tabblad Hulpprogramma's.
Uitleg bij de printerdriver voor Windows
De printerdriver voor Windows hee een Help-functie. Als u uitleg over de instellingen wilt weergeven, klik dan
met de rechtermuisknop op de instelling en klik vervolgens op Help.
Het tabblad Hoofdgroep
Hier kunt u basisinstellingen opgeven voor het afdrukken, zoals het papiertype of papierformaat.
U kunt ook instellingen opgeven voor het afdrukken op beide zijden van het papier of het afdrukken van meerdere
pagina's op één vel papier.
Gebruikershandleiding
Netwerkservice en softwareinformatie
97
Het tabblad Meer opties
Hier kunt u extra opties voor de lay-out en het afdrukken opgeven, zoals het formaat van de afdruk of
kleurcorrecties.
Gebruikershandleiding
Netwerkservice en softwareinformatie
98
Het tabblad Hulpprogramma's
U kunt onderhoudsfuncties uitvoeren, zoals de spuitstukcontrole en printkopreiniging, en door EPSON Status
Monitor 3 te starten kunt u de printerstatus en foutmeldingen raadplegen.
Bedieningsinstellingen voor Windows-printerdriver
congureren
U kunt instellingen congureren zoals het inschakelen van EPSON Status Monitor 3.
1.
Open het venster van de printerdriver.
2.
Klik op Extra instellingen op het tabblad Hulpprogramma's.
3. Congureer de gewenste instellingen en klik vervolgens op OK.
Zie de online-Help voor een uitleg van de items voor instellingen.
Gerelateerde informatie
& “Windows-printerdriver” op pagina 96
Mac OS-printerstuurprogramma
Het printerstuurprogramma bestuurt de printer op basis van de opdrachten van een toepassing.Door instellingen
op te geven in het printerstuurprogramma krijgt u het beste afdrukresultaat.Met het hulpprogramma voor het
printerstuurprogramma kunt u de status van de printer controleren en de printer in optimale conditie houden.
Gebruikershandleiding
Netwerkservice en softwareinformatie
99
Het printerstuurprogramma openen vanuit een toepassing
Klik op Pagina-instelling of Afdrukken in het menu File van uw toepassing.Klik indien nodig op Toon de tails (of
d
) om het afdrukvenster te vergroten.
Opmerking:
Aankelijk van de toepassing die wordt gebruikt, wordt Pagina-instelling mogelijk niet weergegeven in het menu Bestand
en kunnen de bewerkingen voor het weergeven van het afdrukscherm verschillen.Zie de Help van de toepassing voor meer
informatie.
De toepassing starten
Selecteer Systeemvoorkeuren in het menu
> Printers en scanners (of Afdrukken en scannen, Afdrukken en
faxen) en selecteer vervolgens de printer.Klik op Opties en toebehoren > Hulpprogramma > Open
Printerhulpprogramma.
Uitleg bij het printerstuurprogramma voor Mac OS
Afdrukvenster
Met het snelmenu in het midden van het scherm kunt u meer items weergeven.
Snelmenu Beschrijving
Lay-out Hiermee kunt u een lay-out selecteren voor het afdrukken van meerdere pagina's op één vel of
aangeven dat u een rand wilt afdrukken.
Kleuren aanpassen Hiermee kunt u de kleuren aanpassen.
Papierafhandeling U kunt de afdruktaak groter of kleiner maken en automatisch aanpassen aan het
papierformaat dat u hebt geladen.
Voorblad
U kunt een voorblad selecteren voor uw documenten.Selecteer Type voorblad om de inhoud
in te stellen die op het voorblad moet worden afgedrukt.
Gebruikershandleiding
Netwerkservice en softwareinformatie
100
Snelmenu Beschrijving
Printerinstellingen Hiermee kunt u de basisinstellingen voor het afdrukken opgeven, zoals de papiersoort en
afdrukkwaliteit.
Kleurenopties
Als u EPSON Kleurencontrole selecteert in het menu Kleuren aanpassen, kunt u een
kleurcorrectiemethode kiezen.
Opmerking:
Als u OS X Mountain Lion of hoger gebruikt en het menu Printerinstellingen wordt niet weergegeven, is het Epson-
printerstuurprogramma niet goed geïnstalleerd.
Selecteer Systeemvoorkeuren in het menu
> Printers en scanners (of Afdrukken en scannen, Afdrukken en faxen),
verwijder de printer en voeg de printer opnieuw toe.Open de volgende website en voer de productnaam in.Ga naar
Ondersteuning en lees de Tips.
http://epson.sn
Epson Printer Utility
U kunt een onderhoudsfunctie uitvoeren, zoals de spuitstukcontrole en printkopreiniging, en door EPSON Status
Monitor te starten kunt u de printerstatus en foutmeldingen raadplegen.
Gebruikershandleiding
Netwerkservice en softwareinformatie
101
Bedieningsinstellingen voor Mac OS-printerdriver congureren
Het venster Bedieningsinstellingen openen voor het Mac OS-
printerstuurprogramma
Selecteer Systeemvoorkeuren in het menu > Printers en scanners (of Afdrukken en scannen, Afdrukken en
faxen) en selecteer vervolgens de printer. Klik op Opties en toebehoren > Opties (of Driver).
Bedieningsinstellingen voor de Mac OS-printerdriver
Lege pagina overslaan: Hiermee wordt voorkomen dat lege pagina's worden afgedrukt.
Stille modus: Hiermee maakt de printer minder geluid, maar de afdruksnelheid kan afnemen.
Aankelijk
van
de door u gekozen instellingen voor het papiertype en de afdrukkwaliteit, merkt u mogelijk niet veel verschil in
het geluid dat de printer produceert.
Tijdelijk afdrukken in zwart-wit: Hiermee wordt alleen tijdelijk met zwarte inkt afgedrukt.
Afdrukken met hoge snelheid: Hiermee drukt de printkop in beide richtingen af. Het afdrukken verloopt
sneller, maar de kwaliteit kan afnemen.
Waarschuwingen: Wanneer deze optie is ingesteld, kan de printerdriver waarschuwingen weergeven.
Bidirectionele communicatie gebruiken: Dit moet normaliter ingesteld zijn op Aan. Selecteer Uit omdat het
openen van de printerinformatie niet mogelijk is omdat de printer gedeeld wordt met Windows computers op
een netwerk.
Gerelateerde informatie
& “Tijdelijk met zwarte inkt afdrukken” op pagina 82
Epson Scan 2 (scannerstuurprogramma)
Epson Scan 2 is een toepassing waarmee het scanproces geregeld kan worden.U kunt formaat, resolutie,
helderheid, contrast en kwaliteit van de gescande aeelding aanpassen.
Opmerking:
U kunt Epson Scan 2 ook vanuit een TWAIN-scantoepassing starten.
Beginnen met Windows
Wi n d ows 1 0
Klik op de knop Start en selecteer vervolgens EPSON > Epson Scan 2.
Windows 8.1/Windows 8
Voer de naam van de soware in het zoekvenster in en selecteer vervolgens het weergegeven pictogram.
Wi n d ows 7/ Wi n d ow s Vista / Wi n d o w s X P
Klik op de knop Start en selecteer dan Alle programma's of programma's > EPSON > Epson Scan 2> Epson
Scan 2.
Gebruikershandleiding
Netwerkservice en softwareinformatie
102
Beginnen met Mac OS
Opmerking:
Epson Scan 2 biedt geen ondersteuning voor de Mac OS-functie voor snelle gebruikersoverschakeling.Schakel snelle
gebruikersoverschakeling uit.
Selecteer Start > Toepassingen > Epson Soware > Epson Scan 2.
Gerelateerde informatie
& “Toepassingen installeren” op pagina 107
Epson Event Manager
Epson Event Manager is een toepassing waarmee u vanuit het conguratiescherm het scannen kunt beheren en
bestanden kunt opslaan op een computer.U kunt uw eigen instellingen als presets toevoegen zoals het
documenttype, de locatie voor de opslagmap en het formaat van het bestand.Zie de Help van de toepassing voor
meer informatie.
Beginnen met Windows
Wi n d ows 1 0
Klik op de knop Start en selecteer vervolgens Epson Soware > Event Manager.
Windows 8.1/Windows 8
Voer de naam van de soware in het zoekvenster in en selecteer vervolgens het weergegeven pictogram.
Wi n d ows 7/ Wi n d ow s Vista / Wi n d o w s X P
Klik op de knop Start en selecteer vervolgens Alle programma's of Programma's > Epson Soware > Event
Manager.
Beginnen met Mac OS
Selecteer Start > Toepassingen > Epson Soware > Event Manager.
Gerelateerde informatie
& “Scannen via het bedieningspaneel” op pagina 62
& “Toepassingen installeren” op pagina 107
Epson Easy Photo Print
Epson Easy Photo Print is een toepassing waarmee u gemakkelijk foto's met verschillende lay-outs kunt
afdrukken.U kunt het voorbeeld van het foto-bestand bekijken en het bestand of de positie aanpassen.U kunt ook
foto's met een rand afdrukken.Zie de Help van de toepassing voor meer informatie.
Opmerking:
Het printerstuurprogramma moet zijn geïnstalleerd om deze toepassing te gebruiken.
Gebruikershandleiding
Netwerkservice en softwareinformatie
103
Beginnen met Windows
Wi n d ows 1 0
Klik op de knop Start en selecteer vervolgens Epson Soware > Epson Easy Photo Print.
Windows 8.1/Windows 8
Voer de naam van de soware in het zoekvenster in en selecteer vervolgens het weergegeven pictogram.
Wi n d ows 7/ Wi n d ow s Vista / Wi n d o w s X P
Klik op de knop Start en selecteer vervolgens Alle programma's of Programma's > Epson Soware > Epson
Easy Photo Print.
Beginnen met Mac OS
Selecteer Start > Toepassingen > Epson Soware > Epson Easy Photo Print.
Gerelateerde informatie
& “Toepassingen installeren” op pagina 107
E-Web Print (alleen voor Windows)
E-Web Print is een toepassing waarmee u gemakkelijk webpagina's met verschillende lay-outs kunt afdrukken. Zie
de Help van de toepassing voor meer informatie. U kunt de help openen in het menu E-Web Print op de werkbalk
E-Web Print.
Opmerking:
Controleer op ondersteunde browsers en de laatste versie van de downloadsite.
Starten
Wanneer u E-Web Pr intinstalleert, wordt dit weergegeven in uw browser. Kli k op Afdrukken of Clippen.
Gerelateerde informatie
& “Toepassingen installeren” op pagina 107
Easy Photo Scan
Easy Photo Scan is een toepassing waarmee u foto's kunt scannen en de gescande aeelding vervolgens
gemakkelijk kunt verzenden naar een computer of naar een dienst in de cloud. Daarbij kunt u de gescande
aeelding
gemakkelijk aanpassen. Zie de Help van de toepassing voor meer informatie.
Opmerking:
Als u deze toepassing wilt gebruiken, moet de scannerdriver Epson Scan 2 worden geïnstalleerd.
Beginnen met Windows
Wi n d ows 1 0
Klik op de knop Start en selecteer vervolgens Alle apps > Epson-soware > Easy Photo Scan.
Windows 8.1/Windows 8
Voer de naam van de soware in het zoekvenster in en selecteer vervolgens het weergegeven pictogram.
Gebruikershandleiding
Netwerkservice en softwareinformatie
104
Wi n d ows 7/ Wi n d ow s Vista / Wi n d o w s X P
Klik op de knop Start en selecteer dan Alle programma's of Programma's > Epson
Soware
> Easy Photo
Scan.
Beginnen met Mac OS
Selecteer Start > Toepassingen > Epson
Soware
> Easy Photo Scan.
Gerelateerde informatie
& “Toepassingen installeren” op pagina 107
EPSON Software Updater
EPSON Soware Updater is een toepassing die controleert op nieuwe of bijgewerkte soware op internet en deze
vervolgens installeert.U kunt ook de
rmware
en de handleiding van de printer bijwerken.
Beginnen met Windows
Wi n d ows 1 0
Klik op de knop Start en selecteer vervolgens Epson
Soware
> EPSON
Soware
Updater.
Windows 8.1/Windows 8
Voer de naam van de soware in het zoekvenster in en selecteer vervolgens het weergegeven pictogram.
Wi n d ows 7/ Wi n d ow s Vista / Wi n d o w s X P
Klik op de knop Start en selecteer dan Alle Programma's (of Programma's) > Epson
Soware
> EPSON
Soware Updater.
Opmerking:
U kunt EPSON Soware Updater ook starten door te klikken op het printerpictogram op de taakbalk van het bureaublad en
vervolgens
Soware-update
te selecteren.
Beginnen met Mac OS
Selecteer Start > Toepassingen > Epson Soware > EPSON Soware Updater.
Gerelateerde informatie
& “Toepassingen installeren” op pagina 107
Toepassingen verwijderen
Opmerking:
Meld u aan op uw computer als beheerder. Voer het beheerderswachtwoord in als u hierom wordt gevraagd.
Toepassingen verwijderen - Windows
1. Druk op de knop
P
om de printer uit te zetten.
Gebruikershandleiding
Netwerkservice en softwareinformatie
105
2. Sluit alle actieve toepassingen.
3. Conguratiescherm openen:
Wind ow s 1 0
Rechtsklik op de knop Start en selecteer
Conguratiescherm
.
Windows 8.1/Windows 8
Selecteer Bureaublad > Instellingen >
Conguratiescherm
.
Windows 7/Windows Vista/Windows XP
Klik op de startknop en selecteer Conguratiescherm.
4. Open Een programma verwijderen (of Programma's installeren of verwijderen):
Windows 10/Windows 8.1/Windows 8/Windows 7/Windows Vista
Selecteer Een programma verwijderen in Programma's.
Wind ow s X P
Klik op Programma's installeren of verwijderen.
5. Selecteer de
soware
die u wilt verwijderen.
6. De toepassingen verwijderen:
Windows 10/Windows 8.1/Windows 8/Windows 7/Windows Vista
Klik op Ver w ij de re n/ wi jz ige n of Ver w ij dere n.
Wind ow s X P
Klik op Wijzigen/Verwijderen of Ver w ijd eren.
Opmerking:
Als het venster Gebruikersaccountbeheer wordt weergegeven, klikt u op Doorgaan.
7. Volg de instructies op het scherm.
Toepassingen verwijderen — Mac OS
1. Download de Uninstaller met EPSON Soware Updater.
Als u de Uninstaller hebt gedownload, hoe u deze niet telkens opnieuw te downloaden wanneer u de
toepassing verwijdert.
2. Druk op de knop
P
om de printer uit te zetten.
3. Als u het printerstuurprogramma wilt verwijderen, selecteert u Systeemvoorkeuren in het menu
>
Printers en scanners (of Afdrukken en scannen, Afdrukken en faxen) en vervolgens verwijdert u de printer
uit de printerlijst.
4.
Sluit alle actieve toepassingen.
5. Selecteer Start > Toepassingen > Epson
Soware
> Uninstaller.
Gebruikershandleiding
Netwerkservice en softwareinformatie
106
6. Selecteer de toepassing die u wilt verwijderen en klik vervolgens op Maak installatie ongedaan.
c
Belangrijk:
De Uninstaller verwijdert alle Epson-inktjetprinterstuurprogramma's van de computer.Als u meerdere Epson
inktjetprinters gebruikt en u enkel bepaalde stuurprogramma's wilt verwijderen, verwijder ze dan eerst
allemaal en installeer dan enkel de vereiste stuurprogramma's.
Opmerking:
Als u de toepassing die u wilt verwijderen niet kunt vinden in de lijst, kunt u deze niet verwijderen met de
Uninstaller.Selecteer in dat geval Start > Toepassingen > Epson Soware, kies de toepassing die wilt verwijderen en
sleep deze vervolgens naar het prullenmandpictogram.
Gerelateerde informatie
& “Toepassingen installeren” op pagina 107
Toepassingen installeren
Verbind uw computer met het netwerk en installeer de nieuwste versie van toepassingen vanaf de website.
Opmerking:
Meld u aan op uw computer als beheerder. Voer het beheerderswachtwoord in als u hierom wordt gevraagd.
U moet een toepassing eerst verwijderen voordat u deze opnieuw kunt installeren.
1. Sluit alle actieve toepassingen.
2. Koppel de printer en computer tijdelijk los als u de printerdriver of Epson Scan 2 installeert.
Opmerking:
Verbindt de printer en computer pas als de instructies dit zeggen.
3. Installeer de toepassingen door de instructies op onderstaande website te volgen.
http://epson.sn
Opmerking:
Als u een Windows-computer gebruikt en de toepassingen niet kunt downloaden vanaf de website, installeert u deze van
de soware-cd die met de printer is geleverd.
Gerelateerde informatie
& Toepassingen verwijderenop pagina 105
Toepassingen en rmware bijwerken
Bepaalde problemen kunnen worden opgelost door de toepassingen en rmware opnieuw te installeren. Zorg
ervoor dat u de nieuwste versie van de toepassingen en rmware gebruikt.
1. Controleer of de printer en de computer zijn aangesloten, en of de computer met internet is verbonden.
Gebruikershandleiding
Netwerkservice en softwareinformatie
107
2. Start EPSON Soware Updater en werk de toepassingen of de rmware bij.
c
Belangrijk:
Schakel de computer of printer niet uit tijdens de update.
Opmerking:
Als u de toepassing die u wilt bijwerken niet kunt vinden in de lijst, kunt u deze niet bijwerken met de EPSON Soware
Updater. Kijk op uw lokale Epson-website voor de nieuwste versies van de toepassingen.
http://www.epson.com
Gerelateerde informatie
& “EPSON
Soware
Updater” op pagina 105
Gebruikershandleiding
Netwerkservice en softwareinformatie
108
Problemen oplossen
De printerstatus controleren
De foutindicatoren op de printer controleren
Als er een storing optreedt, begint het lampje te branden of te knipperen. Op het computerscherm wordt meer
informatie over de fout weergegeven.
: aan
: knippert langzaam
: knippert snel
Lampje Toe sta nd Oplossingen
Geen papier geladen of meer dan één vel
tegelijk ingevoerd.
Laad papier en druk op de knop
of .
Er is een papierstoring opgetreden.
Verwijder het papier en druk op de knop
of
.
Er is een cartridge opgebruikt of er is
onvoldoende inkt in de cartridge om inkt te
kunnen laden.
Voor een optimale afdrukkwaliteit en bescherming
van de printkop blijft een variabele inktreserve in de
cartridge achter op het moment waarop de printer
aangeeft dat u de cartridge moet vervangen.
Vervangen door een nieuwe cartridge.
Een van de cartridges is niet geïnstalleerd. Installeer de cartridge.
Een van de cartridges is niet herkend. Druk de cartridge goed aan.
Er is een niet-ondersteunde cartridge
geïnstalleerd.
Installeer een cartridge die wel door deze printer
wordt ondersteund.
De cartridges die bij de printer worden geleverd,
kunnen niet worden gebruikt als vervanging.
Een van de cartridges is bijna opgebruikt.
U kunt blijven afdrukken tot het lampje
B
begint te branden.
Nieuwe cartridge bij de hand houden. U kunt het
inktpeil controleren op de computer.
Gebruikershandleiding
Problemen oplossen
109
Lampje Toe sta nd Oplossingen
De lampjes
b
en
B
knipperen afwisselend.
Een inktkussentje van de printer is aan het
einde van zijn levensduur.
De inktkussentjes* moeten worden vervangen.
Neem contact op met Epson of een erkende Epson-
serviceprovider om het inktkussentje te vervangen*.
Dit onderdeel kan niet door de gebruiker worden
vervangen.
Wanneer op de computer een bericht wordt
weergegeven dat u kunt doorgaan met afdrukken,
druk dan op de knop
of om door te
gaan met afdrukken. De lampjes stoppen voorlopig
met knipperen. Totdat het inktkussentje wordt
vervangen, zullen de lampjes echter nog regelmatig
knipperen.
Er is een printerfout opgetreden. Open de scannereenheid en verwijder al het papier
en beschermmateriaal uit de printer. Schakel het
apparaat uit en vervolgens weer in.
Als de fout blijft optreden na het uit- en inschakelen,
dient u contact op te nemen met de klantenservice
van Epson.
Er is een Wi-Fi-verbindingsfout opgetreden. Druk op de knop om de fout te wissen en
probeer het opnieuw.
De printer is in herstelmodus gestart omdat
de rmware-update is mislukt.
Volg de onderstaande stappen om opnieuw te
proberen de rmware bij te werken.
1. Sluit de computer en de printer met een USB-kabel
op elkaar aan. (In herstelmodus kunt u de rmware
niet via een netwerkverbinding bijwerken.)
2. Ga naar uw lokale Epson-website voor verdere
instructies.
De printer geeft u een melding van de status van de
rmwareupdate zoals hieronder weergegeven.
Voorbereiden: de netwerkstatuslampjes knipperen.
Bijwerken: het aan/uit-lampje knippert.
Voltooid: het aan/uit-lampje blijft branden.
* Bij sommige afdrukcycli kan een kleine hoeveelheid overtollige inkt op het inktkussentje terechtkomen. Om te
voorkomen dat er inkt uit het kussentje lekt, is de printer ontworpen om het afdrukken te stoppen wanneer het
kussentje de limiet bereikt. Of en hoe vaak dit nodig is, hangt af van het aantal pagina's dat u afdrukt, het soort
materiaal waarop u afdrukt en het aantal reinigingsprocedures dat door het apparaat wordt uitgevoerd. Dat het
kussentje moet worden vervangen, wil niet zeggen dat uw printer niet meer volgens de specicaties functioneert.
Als het kussentje moet worden vervangen, wordt er op de printer een melding weergegeven. Het kussentje kan
alleen worden vervangen door een erkende Epson-serviceprovider. De kosten voor deze vervanging vallen niet
onder de garantie van Epson.
Gerelateerde informatie
&
“Vastgelopen papier verwijderen” op pagina 111
Gebruikershandleiding
Problemen oplossen
110
& “Contact opnemen met de klantenservice van Epson” op pagina 146
& “Toepassingen installeren” op pagina 107
& “Toepassingen en rmware bijwerken” op pagina 107
De printerstatus controleren - Windows
1. Open het venster van de printerdriver.
2. Klik op EPSON Status Monitor 3 op het tabblad Hulpprogramma's.
Opmerking:
U kunt de printerstatus ook controleren door te dubbelklikken op het printerpictogram op de taakbalk. Als het
printerpictogram niet aan de taakbalk is toegevoegd, klik dan op Controlevoorkeursinstellingen op het tabblad
Hulpprogramma's en selecteer vervolgens Snelkoppelingspictogram registreren op taakbalk.
Als EPSON Status Monitor 3 is uitgeschakeld, klikt u op Extra instellingen op het tabblad Hulpprogramma's en
selecteert u EPSON Status Monitor 3 inschakelen.
Gerelateerde informatie
& “Windows-printerdriver” op pagina 96
De printerstatus controleren — Mac OS
1. Selecteer Systeemvoorkeuren in het menu > Printers en scanners (of Afdrukken en scannen,
Afdrukken en faxen) en selecteer vervolgens de printer.
2. Klik op Opties en toebehoren > Hulpprogramma > Open Printerhulpprogramma.
3. Klik op EPSON Status Monitor.
U kunt de printerstatus, het inktpeil en de foutstatus controleren.
Vastgelopen papier verwijderen
Controleer de foutmelding die op het bedieningspaneel wordt weergegeven en volg de instructies om het
vastgelopen papier, inclusief afgescheurde stukjes, te verwijderen. Verwijder hierna de foutmelding.
c
Belangrijk:
Verwijder voorzichtig het vastgelopen papier. Het papier krachtdadig verwijderen kan de printer beschadigen.
Gerelateerde informatie
& “De foutindicatoren op de printer controleren” op pagina 109
Gebruikershandleiding
Problemen oplossen
111
Vastgelopen papier verwijderen uit de Papiertoevoer achter
Verwijder het vastgelopen papier.
Vastgelopen papier uit de uitvoerlade verwijderen
Verwijder het vastgelopen papier.
Vastgelopen papier binnen in de printer verwijderen
!
Let op:
Pas bij het sluiten van de scannereenheid op dat uw vingers niet klem komen te zitten.Anders kunt u zich
verwonden.
Raak nooit de knoppen van het bedieningspaneel aan als u met uw hand in de printer zit.Als de printer begint te
werken, kunt u zich verwonden.Raak de uitstekende delen niet aan om verwondingen te voorkomen.
Gebruikershandleiding
Problemen oplossen
112
1. Open de scannereenheid met het documentdeksel gesloten.
2. Verwijder het vastgelopen papier.
c
Belangrijk:
Raak de witte, platte kabel of het doorzichtige folie binnen in de printer niet aan.Dit kan een storing
veroorzaken.
Gebruikershandleiding
Problemen oplossen
113
3. Sluit de scannereenheid.
Papier wordt niet goed ingevoerd
Controleer de volgende punten en voer de toepasselijke acties uit om het probleem op te lossen.
Plaats de printer op een vlakke ondergrond en gebruik deze in de aanbevolen omgevingsomstandigheden.
Gebruik papier dat door deze printer wordt ondersteund.
Volg de voorzorgsmaatregelen voor papierverwerking.
Laad niet meer dan het maximale aantal pagina's voor de
specieke
papiersoort. Let er bij gewoon papier op dat
het niet boven de streep met het driehoekje op de zijgeleider komt.
Gerelateerde informatie
&
“Omgevingsspecicaties” op pagina 142
& Voorzorgsmaatregelen voor papierverwerking” op pagina 32
& “Beschikbaar papier en capaciteit” op pagina 33
Papier loopt vast
Laad het papier in de juiste richting en schuif de zijgeleiders tegen de randen van het papier aan.
Laad één blad papier per keer wanneer u meerdere bladen laadt.
Gerelateerde informatie
& “Vastgelopen papier verwijderen” op pagina 111
& “Papier laden in de Papiertoevoer achter” op pagina 34
Gebruikershandleiding
Problemen oplossen
114
Papier wordt schuin ingevoerd
Laad het papier in de juiste richting en schuif de zijgeleiders tegen de randen van het papier aan.
Gerelateerde informatie
& “Papier laden in de Papiertoevoer achter” op pagina 34
Er worden meerdere vellen papier tegelijk uitgevoerd
Laad één vel papier per keer.
Wanneer er verschillende bladen tegelijk worden ingevoerd tijdens handmatig dubbelzijdig afdrukken, haalt u
al het papier uit de printer voordat u het opnieuw laadt.
Problemen met stroomtoevoer en bedieningspaneel
De stroom wordt niet ingeschakeld
Controleer of het netsnoer goed in het stopcontact zit.
Houd de knop
P
iets langer ingedrukt.
De stroom wordt niet uitgeschakeld
Houd de knop
P
iets langer ingedrukt. Als de printer ook hiermee niet uitgaat, haalt u de stekker uit het
stopcontact. Zet de printer weer aan en zet deze vervolgens uit door op de knop
P
te drukken om te voorkomen
dat de printkop uitdroogt.
Kan niet afdrukken vanaf een computer
De verbinding controleren (USB)
Sluit de USB-kabel goed aan tussen de printer en de computer.
Als u een USB-hub gebruikt, sluit u de printer direct op de computer aan.
Als de USB-kabel niet wordt herkend, gebruikt u een andere poort of een andere USB-kabel.
Gebruikershandleiding
Problemen oplossen
115
Probeer het volgende als de printer niet kan afdrukken via een USB-verbinding.
Koppel de USB-kabel los van de computer.Klik met de rechtermuisknop op het printerpictogram op de
computer en selecteer Apparaat verwijderen.Sluit vervolgens de USB-kabel aan op de computer en druk een
testpagina af.
Stel de USB-verbinding opnieuw in aan de hand van de stappen in deze handleiding voor het wijzigen van de
verbindingsmethode met een computer.Zie de koppeling met gerelateerde informatie hieronder voor meer
informatie.
Gerelateerde informatie
& “De verbindingsmethode met een computer wijzigen” op pagina 30
De verbinding controleren (netwerk)
Wanneer u een ander toegangspunt in gebruik hebt genomen of van provider bent gewisseld, stelt u de
netwerkverbindingen voor de printer opnieuw in.Verbind de computer of het smart device via hetzelfde SSID
als de printer.
Schakel de apparaten die u met het netwerk wilt verbinden uit.Wacht circa 10 seconden en schakel de apparaten
in de volgende volgorde weer in: het toegangspunt, de computer of het smart device en tenslotte de
printer.Verklein de afstand tussen de printer en de computer of het smart device enerzijds en het toegangspunt
anderzijds om de radiocommunicatie te vereenvoudigen, en probeer vervolgens opnieuw de
netwerkinstellingen te
congureren.
Druk het netwerkverbindingsrapport af.Zie de koppeling met gerelateerde informatie hieronder voor meer
informatie.Als uit het rapport blijkt dat er geen netwerkverbinding tot stand is gebracht, controleert u het
netwerkverbindingsrapport en volgt u de afgedrukte oplossingen.
Als het aan de printer toegewezen IP-adres 169.254.XXX.XXX is, en het subnetmasker is 255.255.0.0, is het IP-
adres mogelijk niet correct toegewezen.Start het toegangspunt opnieuw of reset de netwerkinstellingen van de
printer.Als het probleem hiermee niet is opgelost, raadpleegt u de documentatie van het toegangspunt.
Probeer op de computer een internetpagina te openen om te controleren of de netwerkinstellingen van de
computer correct zijn.Als u geen internetpagina's kunt openen, is er probleem met de computer.Controleer de
netwerkverbinding van de computer.
Gerelateerde informatie
& “Een computer verbinden” op pagina 18
& Een netwerkverbindingsrapport afdrukken” op pagina 24
Gebruikershandleiding
Problemen oplossen
116
De software en gegevens controleren
Controleer of een origineel Epson-printerstuurprogramma is geïnstalleerd.Als er geen origineel Epson-
printerstuurprogramma is geïnstalleerd, zijn de functies beperkt.Het wordt aanbevolen een origineel Epson-
printerstuurprogramma te gebruiken.Zie de koppeling met gerelateerde informatie hieronder voor meer
informatie.
Als u een aeelding afdrukt die uit een grote hoeveelheid gegevens bestaat, kan de computer een tekort aan
geheugen ondervinden.Druk de
aeelding
af op een lagere resolutie of een kleiner formaat.
Gerelateerde informatie
&
“Controleren op originele Epson-printerstuurprogramma's” op pagina 117
&
“Toepassingen installeren” op pagina 107
Controleren op originele Epson-printerstuurprogramma's
Via een van de volgende methoden kunt u controleren of op de computer een origineel Epson-
printerstuurprogramma is geïnstalleerd.
Windows
Selecteer Conguratiescherm > Apparaten en printers weergeven (Printers, Printers en faxapparaten) en doe
het volgende om het venster voor printservereigenschappen te openen.
Windows 10/Windows 8.1/Windows 8/Windows 7
Klik op het printerpictogram en klik vervolgens op Printservereigenschappen bovenaan het venster.
Windows Vista
Klik met de rechtermuisknop op de map Printers en selecteer vervolgens Als administrator uitvoeren >
Servereigenschappen.
Wi n d ows X P
Selecteer in het menu Bestand de optie Servereigenschappen.
Gebruikershandleiding
Problemen oplossen
117
Klik op het tabblad Stuurprogramma.Als de naam van uw printer in de lijst wordt weergegeven, is een origineel
Epson-printerstuurprogramma op de computer geïnstalleerd.
Mac OS
Selecteer Systeemvoorkeuren in het menu
> Printers en scanners (of Afdrukken en scannen, Afdrukken en
faxen) en selecteer vervolgens de printer.Klik op Opties en toebehoren, en als het tabblad Opties en het tabblad
Hulpprogramma worden weergegeven, is er een origineel Epson-printerstuurprogramma op de computer
geïnstalleerd.
Gerelateerde informatie
& “Toepassingen installeren” op pagina 107
Gebruikershandleiding
Problemen oplossen
118
De printerstatus controleren vanaf de computer (Windows)
Klik op Wach tr ij op het tabblad Hulpprogramma's van het printerstuurprogramma, en controleer het volgende.
Controleer of er gepauzeerde afdruktaken zijn.
Als overbodige gegevens achterblijven, selecteert u Alle documenten annuleren in het menu Printer.
Zorg ervoor dat de printer niet oine of in wachtstand staat.
Als de printer
oine
is of in wachtstand staat, schakel de relevante instelling dan uit via het menu Printer.
Zorg ervoor dat de printer is geselecteerd als standaardprinter via het menu Printer (er moet een vinkje op het
item staan).
Als de printer niet als standaardprinter is geselecteerd, stelt u deze in als de standaardprinter.Als zich meerdere
pictogrammen bevinden in Conguratiescherm > Apparaten en printers weergeven (Printers, Printers en
faxapparaten), raadpleegt u het volgende gedeelte om het pictogram te selecteren.
Voo rb ee ld)
USB-verbinding: EPSON XXXX-serie
Netwerkverbinding: EPSON XXXX-serie (netwerk)
Als u het printerstuurprogramma. meerdere keren hebt geïnstalleerd, worden er mogelijk kopieën gemaakt van
het printerstuurprogramma.Als er kopieën zijn gemaakt, bijvoorbeeld met de naam "EPSON XXXX Series
(kopie 1)", klikt u met de rechtermuisknop op het gekopieerde stuurprogrammapictogram en klikt u op
Apparaat verwijderen.
Zorg ervoor dat de printerpoort goed is geselecteerd in Eigenschappen > Poort in het menu Printer. Dit gaat
als volgt.
Selecteer "USBXXX" voor een USB-verbinding of "EpsonNet Print Port" voor een netwerkverbinding.
Gebruikershandleiding
Problemen oplossen
119
De printerstatus controleren vanaf de computer (Mac OS)
Zorg ervoor dat de printerstatus niet Pauze is.
Selecteer Systeemvoorkeuren in het menu
> Printers en scanners (of Afdrukken en scannen, Afdrukken en
faxen), en dubbelklik dan op de printer.Als de printer gepauzeerd is, klikt u op Hervatten (of Printer hervatten).
Wanneer u de netwerkinstellingen niet kunt
congureren
Schakel de apparaten die u met het netwerk wilt verbinden uit.Wacht circa 10 seconden en schakel de apparaten
in de volgende volgorde weer in: het toegangspunt, de computer of het smart device en tenslotte de
printer.Verklein de afstand tussen de printer en de computer of het smart device enerzijds en het toegangspunt
anderzijds om de radiocommunicatie te vereenvoudigen, en probeer vervolgens opnieuw de
netwerkinstellingen te congureren.
Druk op de knop
om het netwerkverbindingsrapport af te drukken.Controleer het en volg de afgedrukt
instructies.
Gerelateerde informatie
& “Kan geen verbinding maken vanaf apparaten terwijl de netwerkinstellingen correct zijn” op pagina 120
& Een netwerkverbindingsrapport afdrukken” op pagina 24
Kan geen verbinding maken vanaf apparaten terwijl de
netwerkinstellingen correct zijn
Als u geen verbinding kunt maken tussen de computer of het smart device en de printer terwijl er geen fouten
worden weergegeven in het netwerkverbindingsrapport, controleert u het volgende.
Wanneer u tegelijkertijd meerdere toegangspunten gebruikt, kunt u de printer mogelijk niet gebruiken vanaf de
computer of het smart device vanwege de instellingen van de toegangspunten.Verbind de computer of het smart
device met hetzelfde toegangspunt als de printer.
Als de tetheringfunctie op het smart device is ingeschakeld, schakelt u deze uit.
Gebruikershandleiding
Problemen oplossen
120
Mogelijk kunt u geen verbinding maken met het toegangspunt wanneer dit meerdere SSID's hee en de
apparaten zijn verbonden met andere SSID's op hetzelfde toegangspunt.Verbind de computer of het smart
device via hetzelfde SSID als de printer.
Een toegangspunt dat compatibel is met zowel IEEE802.11a als IEEE802.11g
hee
een SSID voor 2,4 GHz en 5
GHz.Als u de computer of het smart device verbindt via een 5GHz-SSID, kunt u geen verbinding maken met de
printer omdat deze alleen communicatie via 2,4 GHz ondersteunt.Verbind de computer of het smart device via
hetzelfde SSID als de printer.
De meeste toegangspunten hebben een functie voor privacyscheiding waarmee communicatie tussen
verbonden apparaten wordt geblokkeerd.Als er geen communicatie mogelijk is tussen de printer en de
computer of het smart device, terwijl deze zijn verbonden met hetzelfde netwerk, schakelt u de privacyscheiding
op het toegangspunt uit.Zie voor meer informatie de bij het toegangspunt geleverde handleiding.
Gebruikershandleiding
Problemen oplossen
121
Gerelateerde informatie
& “De SSID controleren waarmee de printer is verbonden” op pagina 123
& “De SSID voor de computer controleren” op pagina 124
U kunt geen verbinding maken via Wi-Fi Direct (eenvoudig
toegangspunt)
Als er al vier apparaten zijn verbonden, kunt u geen apparaten meer verbinden.Raadpleeg de onderstaande
informatie en probeer opnieuw verbinding te maken.
Controleer hoeveel apparaten zijn verbonden
Controleer hoeveel apparaten zijn verbonden met de printer.Als het aantal verbonden apparaten het maximale
aantal niet overschrijdt, is mogelijk een verbindingsfout opgetreden.Verklein de afstand tussen de printer en de
computer of het smart device enerzijds en het toegangspunt anderzijds om de radiocommunicatie te
vereenvoudigen, controleer of de SSID en het wachtwoord juist zijn en probeer vervolgens opnieuw de
netwerkinstellingen te
congureren.
Netwerkstatusvel
Gebruikershandleiding
Problemen oplossen
122
Productstatusscherm voor Web Cong
Open een webbrowser op het verbonden apparaat en voer het IP-adres in voor Wi-Fi Direct (eenvoudig
toegangspunt) om Web
Cong
te openen.Tik op Product Status > Wi - Fi D i r e c t en controleer de Wi-Fi Direct-
status.
Verbreek de verbinding met overbodige apparaten
Als er al vier apparaten met de printer zijn verbonden, verbreekt u de verbinding met overbodige apparaten en
maakt u verbinding met het nieuwe apparaat.
Verwijder de SSID voor Wi-Fi Direct op het Wi-Fi-scherm van het apparaat dat niet met de printer verbonden
hoe te zijn.
De SSID controleren waarmee de printer is verbonden
U kunt de SSID controleren door een netwerkverbindingsrapport of netwerkstatusvel af te drukken of in Web
Cong.
Gebruikershandleiding
Problemen oplossen
123
De SSID voor de computer controleren
Windows
Klik op
in het taakvak van de desktop.Controleer de naam van de verbonden SSID in de lijst die wordt
weergegeven.
Mac OS
Klik op het Wi-Fi-pictogram boven in het computerscherm.Er wordt een lijst met SSID's weergegeven en de
verbonden SSID is gemarkeerd met een vinkje.
Gebruikershandleiding
Problemen oplossen
124
Afdrukproblemen
De afdruk is gekrast of er ontbreken kleuren
Als u de printer langere tijd niet hebt gebruikt, kunnen de spuitkanaaltjes van de printkop verstopt raken en
worden inktdruppels mogelijk niet doorgelaten. Voer een spuitstukcontrole uit en reinig dan de printkop als er
spuitkanaaltjes van de printkop verstopt zitten.
Gerelateerde informatie
& De printkop controleren en reinigen” op pagina 86
Er verschijnen strepen of onverwachte kleuren
De spuitkanaaltjes van de printkop zijn mogelijk verstopt. Voer een spuitkanaaltjescontrole uit om na te gaan of de
printkoppen verstopt zijn. Reinig de printkop als er spuitkanaaltjes van de printkop verstopt zijn.
Gerelateerde informatie
& De printkop controleren en reinigen” op pagina 86
Gekleurde streepvorming zichtbaar met een tussenafstand van
ongeveer 2.5 cm
Selecteer de geschikte papiertype-instelling voor het papiertype dat in de printer is geladen.
Lijn de printkop uit.
Wanneer u afdrukt op gewoon papier, drukt u af met een hogere kwaliteitsinstelling.
Gebruikershandleiding
Problemen oplossen
125
Gerelateerde informatie
& “Lijst met papiertypes” op pagina 34
& “De printkop uitlijnen” op pagina 88
Onscherpe afdrukken, verticale strepen of verkeerde uitlijning
Lijn de printkop uit.
Gerelateerde informatie
& “De printkop uitlijnen” op pagina 88
De afdrukkwaliteit is niet verbeterd na uitlijning van de printkop
Bidirectioneel (of snel) afdrukken wil zeggen dat de printkop in beide richtingen afdrukt. Verticale lijnen worden
mogelijk niet goed uitgelijnd.Als de afdrukkwaliteit niet toeneemt, schakel dan het bidirectioneel afdrukken (of
afdrukken op hoge snelheid) uit.Wanneer u deze instelling uitschakelt, kan de afdruksnelheid dalen.
Wi n d o w s
Hef de selectie op van Hoge snelheid op het tabblad Meer opties van het printerstuurprogramma.
Mac OS
Selecteer Systeemvoorkeuren in het menu
> Printers en scanners (of Afdrukken en scannen, Afdrukken
en faxen) en selecteer vervolgens de printer.Klik op Opties en toebehoren > Opties (of
Stuurprogramma).Selecteer Uit voor Afdrukken met hoge snelheid.
Afdrukkwaliteit is slecht
Controleer het volgende als de afdrukkwaliteit slecht is vanwege wazige afdrukken, zichtbare strepen, ontbrekende
kleuren, vervaagde kleuren en verkeerde uitlijning op de afdrukken.
De printer controleren
Voer een spuitstukcontrole uit en reinig dan de printkop als er spuitkanaaltjes van de printkop verstopt zitten.
Lijn de printkop uit.
Het papier controleren
Gebruik papier dat door deze printer wordt ondersteund.
Niet afdrukken op papier dat vochtig, beschadigd of te oud is.
Gebruikershandleiding
Problemen oplossen
126
Druk het papier of de enveloppe plat als het papier gekruld is of de enveloppe lucht bevat.
Het papier niet meteen stapelen na het afdrukken.
Laat de afdrukken volledig drogen voor u ze wegsteekt of uitstalt. Vermijd direct zonlicht, gebruik geen droger
en raak de afgedrukte zijde van het papier niet aan tijdens het drogen van de afdrukken.
Epson raadt aan om origineel Epson-papier te gebruik in plaats van gewoon papier voor het afdrukken van
aeeldingen of foto's. Druk op de afdrukbare zijde van het originele Epson-papier.
De printerinstellingen controleren
Selecteer de geschikte papiertype-instelling voor het papiertype dat in de printer is geladen.
Druk af met een hogere kwaliteit als instelling.
De inktcartridge controleren
Het is raadzaam de cartridge te gebruiken vóór de datum die op de verpakking wordt vermeld.
U krijgt de beste resultaten als u de cartridge verbruikt binnen zes maanden na het openen van de verpakking.
Gebruik bij voorkeur originele Epson-cartridges. Dit product is ontworpen om kleuren aan te passen gebaseerd
op het gebruik van originele Epson-cartridges. De afdrukkwaliteit kan verslechteren wanneer niet-originele
cartridges worden gebruikt.
Gerelateerde informatie
& “Beschikbaar papier en capaciteit” op pagina 33
& “Lijst met papiertypes” op pagina 34
& Voorzorgsmaatregelen voor papierverwerking” op pagina 32
& De printkop controleren en reinigen” op pagina 86
& “De printkop uitlijnen” op pagina 88
Papier vertoont vlekken of is bekrast
Wanneer u horizontale streepvorming ziet of wanneer u vlekken krijgt op de boven- of onderkant van het
papier, laad het papier dan in de juiste richting en schuif de zijgeleiders tegen het papier.
Wanneer u verticale streepvorming ziet, reinig dan het papiertraject.
Gebruikershandleiding
Problemen oplossen
127
Plaats het papier op een vlakke ondergrond om te controleren of het is opgekruld. Maak het plat indien dit het
geval is.
Zorg ervoor dat de inkt volledig gedroogd is voordat u het papier opnieuw laadt bij het handmatig dubbelzijdig
afdrukken.
Gerelateerde informatie
&
“Papier laden in de Papiertoevoer achter” op pagina 34
&
“Het papiertraject reinigen” op pagina 89
Afgedrukte foto's zijn plakkerig
Mogelijk drukt u af op de verkeerde zijde van het papier. Controleer of u op de afdrukzijde afdrukt.
Wanneer u op de verkeerde zijde van fotopapier afdrukt, moet u de papierbaan reinigen.
Gerelateerde informatie
& “Het papiertraject reinigen” op pagina 89
Afbeeldingen of foto's worden afgedrukt met de verkeerde kleuren
Bij het afdrukken vanuit het Windows-printerstuurprogramma, wordt de automatische fotoaanpassingsinstelling
van Epson standaard toegepast, aankelijk van de papiersoort. Pas de instelling eventueel aan.
Selecteer op het tabblad Meer opties Aangepast in Kleurcorrectie, en klik vervolgens op Geavanceerd. Wijzig de
instelling Scènecorrectie in Automat. correctie naar een van de andere opties. Als aanpassing van deze instelling
niet werkt, gebruik dan een andere kleurcorrectiemethode dan PhotoEnhance in Kleurenbeheer.
Gerelateerde informatie
& “De afdrukkleur aanpassen” op pagina 56
De kleuren verschillen van wat u op het scherm ziet
Weergaveapparaten zoals computerschermen hebben hun eigen weergave-eigenschappen. Als het scherm niet
goed is gekalibreerd, wordt de aeelding niet met de juiste helderheid en kleuren weergegeven. Pas de
eigenschappen van het apparaat aan.
Licht dat op het scherm schijnt, hee invloed op de manier waarop de aeelding op het scherm wordt
weergegeven. Vermijd direct zonlicht en bevestig de
aeelding
wanneer u zeker bent van een juiste belichting.
Kleuren kunnen afwijken van wat u ziet op een smart device zoals een smartphone of tablet met een hoog-
resolutiescherm.
De kleuren op een scherm zijn niet precies hetzelfde als de kleuren op papier omdat het weergaveapparaat en de
printer verschillende processen voor het produceren van kleuren hebben.
Gebruikershandleiding
Problemen oplossen
128
Kan niet afdrukken zonder marges
Geef in de afdrukinstellingen aan dat u randloos wilt afdrukken. Als u een papiertype selecteert waarbij randloos
afdrukken niet mogelijk is, kunt u Randloos niet selecteren. Selecteer een papiertype dat randloos afdrukken
ondersteunt.
Gerelateerde informatie
& “Basisprincipes van printer — Windows” op pagina 40
& “Basisprincipes — Mac OS” op pagina 41
Randen van de afbeelding vallen weg bij het randloos afdrukken
Tijdens randloos afdrukken wordt de aeelding iets vergroot en het uitstekende gebied bijgesneden.Selecteer een
kleinere vergroting.
Wi n d o w s
Klik op Instellingen naast het selectievakje Randloos op het tabblad Hoofdgroep van het
printerstuurprogramma en wijzig vervolgens de instellingen.
Mac OS
Pas de instelling Uitbreiding aan in het menu Printerinstellingen van het afdrukvenster.
Positie, formaat of marges van de afdruk zijn niet juist
Laad het papier in de juiste richting en schuif de zijgeleiders tegen de randen van het papier aan.
Bij het plaatsen van de originelen op de scannerglasplaat moet u de hoek van het origineel uitlijnen met de hoek
die aangeduid is d.m.v. een symbool op de rand van de scannerglasplaat. Als de randen van de kopie
bijgesneden zijn, verschui u het origineel wat weg van de hoek.
Wanneer u de originelen op de scannerglasplaat legt, reinig dan de scannerglasplaat en het documentdeksel.
Vlekken en stof op het glas kunnen in het kopieergedeelte worden opgenomen, wat een verkeerde
kopieerpositie of kleine aeelding tot gevolg kan hebben.
Selecteer de juiste instelling voor het papierformaat.
Pas de marge-instelling in de toepassing aan zodat deze binnen het afdrukgebied valt.
Gerelateerde informatie
& “Papier laden in de Papiertoevoer achter” op pagina 34
& “Originelen op de Scannerglasplaat plaatsen” op pagina 38
& De Scannerglasplaat reinigen” op pagina 89
& “Afdrukgebied” op pagina 138
Afgedrukte tekens zijn niet juist of onleesbaar
Sluit de USB-kabel goed aan tussen de printer en de computer.
Annuleer gepauzeerde afdruktaken.
Gebruikershandleiding
Problemen oplossen
129
Zet de computer niet handmatig in de Stand-by- of Slaap-stand tijdens het afdrukken. Als u de computer terug
opstart, worden er mogelijk onleesbare pagina's afgedrukt.
Gerelateerde informatie
& Afdrukken annuleren” op pagina 59
De afgedrukte afbeelding is omgekeerd
Hef de selectie van instellingen voor het spiegelen van aeeldingen op in het printerstuurprogramma of de
toepassing.
Wi n d o w s
Hef de selectie op van Spiegel aeelding in het tabblad Meer opties van het printerstuurprogramma.
Mac OS
Hef de selectie op van Spiegel
aeelding
in het menu Printerinstellingen van het afdrukdialoog.
Mozaïekachtige patronen op de afdrukken
Gebruik gegevens met een hoge resolutie als u aeeldingen of foto's afdrukt. Aeeldingen op websites gebruiken
meestal een lage resolutie terwijl ze goed lijken op de display. Hierdoor kan de afdrukkwaliteit afnemen.
Op de gekopieerde afdruk verschijnen ongelijke kleuren, vegen,
vlekken of rechte lijnen
Reinig het papiertraject.
Reinig de scannerglasplaat.
Druk niet te hard op het originele bestand of het documentdeksel wanneer u de originelen op de
scannerglasplaat legt.
Gerelateerde informatie
& “Het papiertraject reinigen” op pagina 89
& De Scannerglasplaat reinigen” op pagina 89
Er verschijnt een webachtig patroon (ook wel "moiré" genoemd) op
de gekopieerde afbeelding
Leg het origineel in een iets andere hoek.
De achterkant van het origineel is te zien op de gekopieerde
afbeelding
Plaats een dun origineel op de scannerglasplaat en leg hier vervolgens een vel zwart papier overheen.
Gebruikershandleiding
Problemen oplossen
130
Het probleem kon niet worden opgelost
Als u alle onderstaande oplossingen hebt geprobeerd en het probleem is nog steeds niet opgelost, verwijder dan de
printerdriver en installeer deze opnieuw.
Gerelateerde informatie
& Toepassingen verwijderenop pagina 105
& “Toepassingen installeren” op pagina 107
Overige afdrukproblemen
Afdrukken verloopt te traag
Sluit alle onnodige toepassingen.
Stel een lagere kwaliteit in.Afdrukken met hoge kwaliteit duurt langer.
Schakel de bidirectionele (of hogesnelheids-)instelling in.Wanneer deze instelling is geselecteerd, drukt de
printkop in beide richtingen af, en verhoogt de afdruksnelheid.
Wi n d o w s
Selecteer Hoge snelheid op het tabblad Meer opties van het printerstuurprogramma.
Mac OS
Selecteer Systeemvoorkeuren in het menu
> Printers en scanners (of Afdrukken en scannen,
Afdrukken en faxen) en selecteer vervolgens de printer.Klik op Opties en toebehoren > Opties (of
Stuurprogramma).Selecteer Aan voor Afdrukken met hoge snelheid.
Schakel Stille modus uit.
Wi n d o w s
Schakel Stille modus uit op het tabblad Hoofdgroep van het printerstuurprogramma.
Mac OS
Selecteer Systeemvoorkeuren in het menu
> Printers en scanners (of Afdrukken en scannen,
Afdrukken en faxen) en selecteer vervolgens de printer.Klik op Opties en toebehoren > Opties (of
Stuurprogramma).Selecteer Uit voor Stille modus.
Afdrukken vertraagt aanzienlijk tijdens het continu afdrukken
Het afdrukken wordt vertraagd om te voorkomen dat het printermechanisme oververhit en beschadigd raakt. Het
afdrukken kan echter worden voortgezet. Als u de normale afdruksnelheid wilt herstellen, laat u de printer
minstens 30 minuten
aoelen.
De afdruksnelheid gaat niet terug naar normale snelheid als de printer is
uitgeschakeld.
Gebruikershandleiding
Problemen oplossen
131
Kan niet beginnen met scannen
Sluit de USB-kabel goed aan tussen de printer en de computer.Als u een USB-hub gebruikt, sluit u de printer
direct op de computer aan.
Als u met een hoge resolutie scant via een netwerk, kan een communicatiefout optreden.Verlaag de resolutie.
Controleer of de juiste printer (scanner) is geselecteerd in Epson Scan 2.
Controleer of de printer wordt herkend met Windows
Controleer in Windows of de printer (scanner) in Scanner en camera's wordt weergegeven.De printer (scanner)
moet worden weergegeven als "EPSON XXXXX (printernaam)".Als de printer (scanner) niet wordt weergegeven,
verwijdert u Epson Scan 2 en installeert u de toepassing opnieuw.Zie het volgende om Scanners en camera's te
openen.
Wi n d ows 1 0
Klik met de rechtermuisknop op de knop Start en selecteer Conguratiescherm, voer in de charm Zoeken
"Scanners en camera's" in, klik op Scanners en camera's weergeven en controleer vervolgens of de printer
wordt weergegeven.
Windows 8.1/Windows 8
Selecteer Bureaublad > Instellingen > Conguratiescherm, voer in charm Zoeken "Scanner en camera's" in,
klik op Scanners en camera's weergeven en controleer vervolgens of de printer wordt weergegeven.
Wi n d ows 7
Klik op de knop Start en selecteer Conguratiescherm, voer in charm Zoeken "Scanners en camera's" in, klik
op Scanners en camera's weergeven en controleer vervolgens of de printer wordt weergegeven.
Windows Vista
Klik op de knop Start, selecteer Conguratiescherm > Hardware en geluiden > Scanners en camera's en
controleer vervolgens of de printer wordt weergegeven.
Wi n d ows X P
Klik op de knop Start, selecteer Conguratiescherm > Printers en andere hardware > Scanners en camera's
en controleer vervolgens of de printer wordt weergegeven.
Gerelateerde informatie
& Toepassingen verwijderenop pagina 105
& “Toepassingen installeren” op pagina 107
Kan scannen niet starten via bedieningspaneel
Controleer of Epson Scan 2 en Epson Event Manager goed zijn geïnstalleerd.
Controleer de scaninstelling die in Epson Event Manager is toegewezen.
Gerelateerde informatie
&
“Epson Scan 2 (scannerstuurprogramma)” op pagina 102
&
“Epson Event Manager” op pagina 103
Gebruikershandleiding
Problemen oplossen
132
Problemen met gescande afbeeldingen
Ongelijke kleuren, vuil, vlekken, enzovoort worden weergegeven
bij scannen vanaf de glasplaat van de scanner
Reinig de glasplaat van de scanner.
Verwijder al het afval of vuil dat blij kleven aan het origineel.
Druk niet met teveel kracht op het origineel of de documentklep. Als u met teveel kracht drukt, kunnen
vervagingen, vegen en vlekken optreden.
Gerelateerde informatie
& De Scannerglasplaat reinigen” op pagina 89
De afbeeldingskwaliteit is ruw
Stel de Modus in Epson Scan 2 in op basis van het origineel dat u wilt scannen. Scan met de instellingen voor
documenten in Documentmodus en met de instellingen voor foto's in Fotomodus.
Pas in Epson Scan 2 de
aeelding
aan met de items op het tabblad Geavanceerde instellingen en scan het
document.
Als de resolutie te laag is, verhoogt u de resolutie en scant u opnieuw.
Gerelateerde informatie
&
“Scannen met Epson Scan 2” op pagina 62
De oset schijnt door in de achtergrond van afbeeldingen
Aeeldingen op de achterzijde van het origineel kunnen zichtbaar zijn in de gescande aeelding.
Selecteer in Epson Scan 2 het tabblad Geavanceerde instellingen en pas vervolgens de Helderheid aan.
Deze functie is mogelijk niet beschikbaar, aankelijk van de instellingen op het tabblad Hoofdinstellingen >
Beeldtype of andere instellingen op het tabblad Geavanceerde instellingen.
Selecteer in Documentmodus in Epson Scan 2 het tabblad Geavanceerde instellingen en vervolgens
Beeldoptie > Tekst verbeteren.
Wanneer u scant vanaf de glasplaat, plaatst u dan een vel zwart papier of een schrijlok op het origineel.
Gerelateerde informatie
& “Originelen op de Scannerglasplaat plaatsen” op pagina 38
& “Scannen met Epson Scan 2” op pagina 62
Gebruikershandleiding
Problemen oplossen
133
De tekst is onscherp
Selecteer in Documentmodus in Epson Scan 2 het tabblad Geavanceerde instellingen en vervolgens
Beeldoptie > Tekst verbeteren.
Selecteer Documentmodus als Modus in Epson Scan 2. Scan met de instellingen voor documenten in
Documentmodus.
Wanneer in Documentmodus in Epson Scan 2 de optie Beeldtype op het tabblad Hoofdinstellingen is
ingesteld op Zwart-wit, past u de optie Drempelwaarde op het tabblad Geavanceerde instellingen aan.
Wanneer u de Drempelwaarde verhoogt, worden zwarte gedeelten groter.
Als de resolutie te laag is, verhoogt u de resolutie en scant u opnieuw.
Gerelateerde informatie
& “Documenten scannen (Documentmodus)” op pagina 62
Moiré-patronen (webachtige schaduwen) verschijnen
Als het origineel een afgedrukt document is, kunnen moiré-patronen (webachtige schaduwen) verschijnen in de
gescande aeelding.
Op het tabblad Geavanceerde instellingen in Epson Scan 2, selecteert u Ontrasteren.
Wijzig de resolutie en scan vervolgens opnieuw.
Gerelateerde informatie
& “Scannen met Epson Scan 2” op pagina 62
Kan het juiste gebied niet scannen op de glasplaat
Zorg dat het origineel correct tegen het uitlijningsteken is geplaatst.
Als de rand van de gescande aeelding ontbreekt, verplaatst u het origineel iets naar het midden van de
glasplaat.
Wanneer u meerdere originelen op de glasplaat plaatst, houd dan een ruimte van ten minste 20 mm (0,79 inch)
aan tussen de originelen.
Gerelateerde informatie
& “Originelen op de Scannerglasplaat plaatsen” op pagina 38
Gebruikershandleiding
Problemen oplossen
134
Kan geen voorbeeld weergeven in Thumbnail
Wanneer u meerdere originelen op de glasplaat plaatst, houd dan een ruimte van ten minste 20 mm (0,79 inch)
aan tussen de originelen.
Controleer of het origineel recht is geplaatst.
Aankelijk
van het origineel is weergave van een voorbeeld in
umbnail
wellicht niet mogelijk. Schakel in dat
geval het selectievakje umbnail boven in het voorbeeldvenster uit om het volledige gescande gebied weer te
geven en maak vervolgens handmatig een selectiekader.
Gerelateerde informatie
& Foto's of aeeldingen scannen (Fotomodus)” op pagina 65
Tekst wordt niet correct herkend wanneer ik opsla als een
Searchable PDF
Controleer in het venster Aeeldingsformaatopties in Epson Scan 2 of de Taal correct is ingesteld op het
tabblad Te ks t .
Controleer of het origineel recht is geplaatst.
Gebruik een origineel met duidelijk leesbare tekst. Tekstherkenning kan bij de volgende soorten originelen
weigeren.
Originelen die een aantal keer zijn gekopieerd
Originelen die per fax zijn ontvangen (met een lage resolutie)
Originelen waarvan de letter- of regelafstand te klein is
Originelen met lijnen of onderstreping
Originelen met handgeschreven tekst
Originelen met vouwen of kreukels
Wanneer in Documentmodus in Epson Scan 2 de optie Beeldtype op het tabblad Hoofdinstellingen is
ingesteld op Zwart-wit, past u de optie Drempelwaarde op het tabblad Geavanceerde instellingen aan.
Wanneer u de Drempelwaarde verhoogt, wordt zwart dieper.
Selecteer in Documentmodus in Epson Scan 2 het tabblad Geavanceerde instellingen en vervolgens
Beeldoptie > Tekst verbeteren.
Gerelateerde informatie
& “Documenten scannen (Documentmodus)” op pagina 62
Problemen in gescande afbeelding kunnen niet worden opgelost
Als u alle oplossingen al hebt geprobeerd, maar het probleem nog steeds niet hebt opgelost, herstelt u de
standaardinstellingen van Epson Scan 2 met Epson Scan 2 Utility.
Opmerking:
Epson Scan 2 Utility is een toepassing die bij Epson Scan 2 wordt geleverd.
Gebruikershandleiding
Problemen oplossen
135
1. Start Epson Scan 2 Utility.
Wind ow s 1 0
Klik op de knop Start en selecteer vervolgens EPSON > Epson Scan 2 Utility.
Windows 8.1/Windows 8
Voer de naam van de soware in het zoekvenster in en selecteer vervolgens het weergegeven pictogram.
Windows 7/Windows Vista/Windows XP
Klik op de knop Start en selecteer vervolgens Alle programma's of Programma's > EPSON > Epson Scan
2 > Epson Scan 2 Utility.
Mac OS
Selecteer Start > Toepassingen > Epson Soware > Epson Scan 2 Utility.
2. Selecteer het tabblad Andere.
3. Klik op Reset.
Opmerking:
Als het probleem niet wordt opgelost door het herstellen van de standaardinstellingen, verwijdert u Epson Scan 2 en
installeert u het programma opnieuw.
Gerelateerde informatie
& Toepassingen verwijderenop pagina 105
& “Toepassingen installeren” op pagina 107
Andere scanproblemen
Scannen verloopt te traag
Verlaag de resolutie.
Gerelateerde informatie
& “Scannen met Epson Scan 2” op pagina 62
Scannen stopt bij het scannen naar een PDF/Multi-TIFF
Wanneer u scant met Epson Scan 2, kunt u continu maximaal 999 pagina's in PDF-indeling en 200 pagina's in
Multi-TIFF-indeling scannen.
We raden aan om in grijstinten te scannen bij het scannen van grote hoeveelheden.
Zorg voor genoeg beschikbare ruimte op de harde schijf van de computer. Het scannen kan ophouden als er niet
genoeg beschikbare ruimte is.
Probeer op een lagere resolutie te scannen. Het scannen stopt als de maximaal toegelaten gegevensgrootte wordt
overschreden.
Gebruikershandleiding
Problemen oplossen
136
Gerelateerde informatie
& “Scannen met Epson Scan 2” op pagina 62
Overige problemen
Lichte elektrische schok wanneer u de printer aanraakt
Als er vele randapparaten op de computer zijn aangesloten, kunt u een lichte elektrische schok krijgen wanneer u
de printer aanraakt. Installeer een aardingskabel naar de computer die op de printer is aangesloten.
Printer maakt veel lawaai tijdens werking
Als de printer te veel lawaai maakt, schakelt u Stille modus in. Met deze functie ingeschakeld ligt de
afdruksnelheid mogelijk lager.
Aankelijk
van de door u gekozen instellingen voor het papiertype en de
afdrukkwaliteit, merkt u mogelijk niet veel verschil in het geluid dat de printer produceert.
Wi n d o w s
Schakel Stille modus in op het tabblad Hoofdgroep van het printerstuurprogramma.
Mac OS
Selecteer Systeemvoorkeuren in het menu
> Printers en scanners (of Afdrukken en scannen, Afdrukken
en faxen) en selecteer vervolgens de printer. Klik op Opties en toebehoren > Opties (of Stuurprogramma).
Selecteer Aan voor Stille modus.
Software wordt geblokkeerd door een rewall (alleen Windows)
Maak van de toepassing een door Windows Firewall toegelaten programma in de beveiligingsinstellingen in het
Conguratiescherm.
Gebruikershandleiding
Problemen oplossen
137
Bijlage
Technische
specicaties
Printer specicaties
Plaatsing van spuitstuk van printkop Spuitkanaaltjes voor zwarte inkt: 180
Spuitkanaaltjes voor gekleurde inkt: 59 voor elke kleur
Gewicht van het
papier
*
Gewoon papier 64 tot 90 g/m (17 tot 24 lb)
Enveloppen Enveloppe #10, DL, C6: 75 tot 90 g/m (20 tot 24 lb)
* Zelfs als de papierdikte zich binnen dit bereik bevindt, wordt het papier mogelijk niet in de printer ingevoerd of kan de
afdrukkwaliteit verminderen, afhankelijk van de papiereigenschappen of -kwaliteit.
Afdrukgebied
Afdrukgebied voor losse vellen
Afdrukkwaliteit kan afnemen in de gearceerde gedeelten vanwege het printermechanisme.
Afdrukken met randen
A 3.0 mm (0.12 in.)
B 3.0 mm (0.12 in.)
C 40.0 mm (1.57 in.)
D 32.0 mm (1.26 in.)
Randloos afdrukken
A 43.0 mm (1.69 in.)
B 35.0 mm (1.38 in.)
Gebruikershandleiding
Bijlage
138
Afdrukgebied voor enveloppen
Afdrukkwaliteit kan afnemen in de gearceerde gedeelten vanwege het printermechanisme.
A 3.0 mm (0.12 in.)
B 5.0 mm (0.20 in.)
C 18.0 mm (0.71 in.)
D 40.0 mm (1.57 in.)
Scannerspecicaties
Type scanner Flatbed
Foto-elektrisch apparaat CIS
Maximaal documentformaat 216×297 mm (8.5×11.7 in.)
A4, Letter
Resolutie 1200 dpi (normaal scannen)
2400 dpi (geïnterpoleerd scannen)
Kleurdiepte Kleur
48 bits per pixel intern (16 bits per pixel per interne kleur)
24 bits per pixel extern (8 bits per pixel per externe kleur)
Grijswaarden
16 bits per pixel intern
8 bits per pixel extern
Zwart-wit
16 bits per pixel intern
1 bits per pixel extern
Lichtbron LED
Interface-specicaties
Voor computer USB Hi-Speed
Gebruikershandleiding
Bijlage
139
Lijst met netwerkfuncties
Netwerkfuncties en IPv4/IPv6
Functies Ondersteund Opmerkingen
Afdrukken via
netwerk
EpsonNet Print (Windows) IPv4 -
Standard TCP/IP (Windows) IPv4, IPv6 -
Afdrukken via WSD
(Windows)
IPv4, IPv6 Windows Vista of
hoger
Afdrukken via Bonjour (Mac
OS)
IPv4, IPv6 -
IPP-afdrukken (Windows,
Mac OS)
IPv4, IPv6 - -
UPnP-afdrukken IPv4 - Informatie-
apparaat
PictBridge-afdrukken (Wi-Fi) IPv4 - Digitale camera
Epson Connect (afdrukken
vanuit e-mail, afdrukken op
afstand)
IPv4 -
Google Cloud Print IPv4, IPv6 -
Scannen via het
netwerk
Epson Scan 2 IPv4, IPv6 -
Event Manager IPv4 - -
Epson Connect (naar de
cloud scannen)
IPv4 - -
ADF (dubbelzijdig scannen) - -
Faxen Fax verzenden IPv4 - -
Fax ontvangen IPv4 - -
Wi-Fi-specicaties
Normen
IEEE 802.11b/g/n
*1, *2
Frequentiebereik 2,4 GHz
Maximaal uitgezonden
radiofrequentievermogen
19.8 dBm (EIRP)
Coördinatiemodi
Infrastructuur, Wi-Fi Direct (eenvoudig toegangspunt)
*3
Draadloze beveiliging
*4
WEP (64/128bit), WPA2-PSK (AES)
*5
*1 In overeenstemming met IEEE 802.11b/g/n of IEEE 802.11b/g, afhankelijk van de aankooplocatie.
*2 IEEE 802.11n is alleen beschikbaar voor de HT20.
Gebruikershandleiding
Bijlage
140
*3 Niet ondersteund voor IEEE 802.11b.
*4 Wi-Fi Direct ondersteunt alleen WPA2-PSK (AES).
*5 Voldoet aan WPA2-standaarden met ondersteuning voor WPA/WPA2 Personal.
Beveiligingsprotocol
SSL/TLS HTTPS Server/Client
Ondersteunde services van derden
Google Cloud Print
Dimensies
Dimensies Opslagruimte
Breedte: 390 mm (15.4 in.)
Diepte: 300 mm (11.8 in.)
Hoogte: 145 mm (5.7 in.)
Afdrukken
Breedte: 390 mm (15.4 in.)
Diepte: 504 mm (19.8 in.)
Hoogte: 279 mm (11.0 in.)
Gewicht
*
Ongev. 3.9 kg (8.6 lb)
* Zonder de inktpatronen en de stroomkabel.
Elektrische specicaties
Model Model 100 tot 240 V Model 220 tot 240 V
Nominaal frequentiebereik 50 tot 60 Hz 50 tot 60 Hz
Nominale stroom 0.5 tot 0.3 A 0.3 A
Stroomverbruik (met USB-aansluiting) Kopiëren zonder computer: ca. 12.0 W
(ISO/IEC24712)
Gereedmodus: ca. 4.0 W
Slaapmodus: ca. 1.6 W
Uitschakelen: ca. 0.3 W
Kopiëren zonder computer: ca. 12.0 W
(ISO/IEC24712)
Gereedmodus: ca. 4.0 W
Slaapmodus: ca. 1.6 W
Uitschakelen: ca. 0.3 W
Opmerking:
Controleer het label op de printer voor de juiste spanning.
Gebruikershandleiding
Bijlage
141
Omgevingsspecicaties
Gebruik Gebruik de printer in het bereik weergegeven in de volgende graek.
Temperatuur: 10 tot 35 °C (50 tot 95 °F)
Luchtvochtigheid: 20 tot 80% RV (zonder condensatie)
Opslag
Temperatuur: -20 tot 40 °C (-4 tot 104 °F)
*
Luchtvochtigheid: 5 tot 85% RV (zonder condensatie)
* Opslag bij 40 °C (104 °F) is mogelijk voor één maand.
Milieuspecicaties voor de inktpatronen
Opslagtemperatuur
-30 tot 40 °C (-22 tot 104 °F)
*
Vriestemperatuur -16 °C (3.2 °F)
De inkt ontdooit en is na ca. 3 uur bij 25 °C (77 °F) bruikbaar.
* Opslag bij 40 °C (104 °F) is mogelijk voor één maand.
Systeemvereisten
Windows 10 (32-bits, 64-bits)/Windows 8.1 (32-bits, 64-bits)/Windows 8 (32-bits, 64-bits)/Windows 7 (32-bits,
64-bits)/Windows Vista (32-bits, 64-bits)/Windows XP SP3 of hoger (32-bits)/Windows XP Professional x64
Edition SP2 of hoger
macOS High Sierra/macOS Sierra/OS X El Capitan/OS X Yosemite/OS X Mavericks/OS X Mountain Lion/Mac
OS X v10.7.x/Mac OS X v10.6.8
Opmerking:
Mac OS biedt mogelijk geen ondersteuning voor sommige toepassingen en functies.
Het UNIX-bestandssysteem (UFS) voor Mac OS wordt niet ondersteund.
Regelgevingsinformatie
Normen en goedkeuringen voor Europees model
Voor gebruikers in Europa
Gebruikershandleiding
Bijlage
142
Seiko Epson Corporation verklaart hierbij dat de volgende radioapparatuur voldoet aan Richtlijn 2014/53/EU. De
volledige tekst van de Verklaring van conformiteit met EU-richtlijnen is beschikbaar via de volgende website.
http://www.epson.eu/conformity
C462Q
Alleen voor gebruik in Ierland, Verenigd Koninkrijk, Oostenrijk, Duitsland, Liechtenstein, Zwitserland, Frankrijk,
België, Luxemburg, Nederland, Italië, Portugal, Spanje, Denemarken, Finland, Noorwegen, Zweden, IJsland,
Kroatië, Cyprus, Griekenland, Slovenië, Malta, Bulgarije, Tsjechië, Estland, Hongarije, Letland, Litouwen, Polen,
Roemenië en Slowakije.
Epson aanvaardt geen enkele verantwoordelijkheid wanneer aan de beschermingsvereisten areuk wordt gedaan
ten gevolge van een niet-geautoriseerde wijziging aan de producten.
Beperkingen op het kopiëren
Voor een verantwoord en legaal gebruik van de printer moet eenieder die ermee werkt rekening houden met de
volgende beperkingen.
Het kopiëren van de volgende zaken is wettelijk verboden:
Bankbiljetten, muntstukken en door (lokale) overheden uitgegeven
eecten.
Ongebruikte postzegels, reeds van een postzegel voorziene brieaarten en andere ociële, voorgefrankeerde
poststukken.
Belastingzegels en eecten uitgegeven volgens de geldende voorschrien.
Pas op bij het kopiëren van de volgende zaken:
Privé-eecten (zoals aandelen, waardepapieren en cheques), concessiebewijzen enzovoort.
Paspoorten, rijbewijzen, pasjes, tickets enzovoort.
Opmerking:
Het kopiëren van deze zaken kan ook wettelijk verboden zijn.
Verantwoord gebruik van auteursrechtelijk beschermd materiaal:
Misbruik van printers is mogelijk door auteursrechtelijk beschermd materiaal zomaar te kopiëren. Tenzij u op
advies van een geïnformeerd advocaat handelt, dient u verantwoordelijkheidsgevoel en respect te tonen door eerst
toestemming van de copyrighteigenaar te verkrijgen voordat u gepubliceerd materiaal kopieert.
De printer vervoeren
Als u de printer moet vervoeren voor een verhuis of reparaties, volg de onderstaande stappen om de printer in te
pakken.
Gebruikershandleiding
Bijlage
143
c
Belangrijk:
Zorg er bij opslag of transport van de printer voor dat deze niet gekanteld, verticaal of ondersteboven wordt
gehouden, anders kan er inkt lekken.
Laat de cartridges zitten. Als u de cartridges verwijdert, kan de printkop indrogen, waardoor afdrukken niet
meer mogelijk is.
1.
Druk op
P
om de printer uit te zetten.
2.
Zorg ervoor dat het aan/uit-lampje uit staat en haal dan het netsnoer uit het stopcontact.
c
Belangrijk:
Haal het netsnoer uit het stopcontact als het aan/uit-lampje uit staat. Als u dit niet doet gaat de printkop niet
terug naar de uitgangspositie waardoor de inkt opdroogt en afdrukken niet meer mogelijk is.
3. Koppel alle kabels los zoals het netsnoer en de USB-kabel.
4. Verwijder al het papier uit de printer.
5. Zorg dat er geen originelen in de printer steken.
6. Open de scannereenheid met het documentdeksel gesloten. Bevestig de inkpatroonhouder met tape aan het
omhulsel.
Gebruikershandleiding
Bijlage
144
7. Sluit de scannereenheid.
8. Verpak de printer zoals hieronder weergegeven.
9. Plaats de printer in de doos met de beschermende materialen.
Verwijder de tape die de inktpatroonhouder vasthoudt voordat u de printer opnieuw gebruikt. Reinig en lijn de
printkop uit als de afdrukkwaliteit lager is wanneer u opnieuw afdrukt.
Gerelateerde informatie
& “Namen en functies van onderdelen” op pagina 13
& De printkop controleren en reinigen” op pagina 86
& “De printkop uitlijnen” op pagina 88
Gebruikershandleiding
Bijlage
145
Hulp vragen
Technische ondersteuning (website)
Als u verdere hulp nodig hebt, kunt u naar de onderstaande ondersteuningswebsite van Epson gaan. Selecteer uw
land of regio, en ga naar de ondersteuningssectie van uw lokale Epson-website. Op de site vindt u ook de nieuwste
drivers, veelgestelde vragen en ander downloadbare materialen.
http://support.epson.net/
http://www.epson.eu/Support (Europa)
Als uw Epson-product niet goed functioneert en u het probleem niet kunt verhelpen, neemt u contact op met de
klantenservice van Epson.
Contact opnemen met de klantenservice van Epson
Voordat u contact opneemt met Epson
Als uw Epson-product niet goed functioneert en u het probleem niet kunt verhelpen met de informatie in de
producthandleidingen, neem dan contact op met de klantenservice van Epson. Als hierna voor uw land geen
klantondersteuning van Epson wordt vermeld, neemt u contact op met de leverancier bij wie u het apparaat hebt
aangescha.
De klantenservice van Epson kan u sneller helpen als u de volgende informatie bij de hand hebt:
Het serienummer van de printer
(Het etiket met het serienummer vindt u meestal aan de achterzijde van de printer.)
Het model van de printer
De versie van de
printersoware
(Klik op About, Version Info of een vergelijkbare knop in uw toepassing.)
Het merk en het model van uw computer
Naam en versie van het besturingssysteem op uw computer
Naam en versie van de toepassingen die u meestal met de printer gebruikt
Opmerking:
Aankelijk van het apparaat kunnen de netwerkinstellingen worden opgeslagen in het geheugen van het apparaat. Als een
apparaat defect raakt of wordt hersteld is het mogelijk dat instellingen verloren gaan. Epson is niet verantwoordelijk voor
gegevensverlies, voor de back-up of het ophalen van instellingen, zelfs niet tijdens een garantieperiode. Wij raden u aan zelf
een back-up te maken of notities te nemen.
Hulp voor gebruikers in Europa
In het pan-Europese garantiebewijs leest u hoe u contact kunt opnemen met de klantenservice van Epson.
Gebruikershandleiding
Bijlage
146
3


Need help? Post your question in this forum.

Forumrules


Report abuse

Libble takes abuse of its services very seriously. We're committed to dealing with such abuse according to the laws in your country of residence. When you submit a report, we'll investigate it and take the appropriate action. We'll get back to you only if we require additional details or have more information to share.

Product:

For example, Anti-Semitic content, racist content, or material that could result in a violent physical act.

For example, a credit card number, a personal identification number, or an unlisted home address. Note that email addresses and full names are not considered private information.

Forumrules

To achieve meaningful questions, we apply the following rules:

Register

Register getting emails for Epson XP-255 EXPRESSION HOME at:


You will receive an email to register for one or both of the options.


Get your user manual by e-mail

Enter your email address to receive the manual of Epson XP-255 EXPRESSION HOME in the language / languages: Dutch as an attachment in your email.

The manual is 4,08 mb in size.

 

You will receive the manual in your email within minutes. If you have not received an email, then probably have entered the wrong email address or your mailbox is too full. In addition, it may be that your ISP may have a maximum size for emails to receive.

Others manual(s) of Epson XP-255 EXPRESSION HOME

Epson XP-255 EXPRESSION HOME Quick start guide - English - 4 pages

Epson XP-255 EXPRESSION HOME User Manual - English - 145 pages

Epson XP-255 EXPRESSION HOME Quick start guide - German - 4 pages

Epson XP-255 EXPRESSION HOME User Manual - German - 147 pages

Epson XP-255 EXPRESSION HOME Quick start guide - Dutch, French - 4 pages


The manual is sent by email. Check your email

If you have not received an email with the manual within fifteen minutes, it may be that you have a entered a wrong email address or that your ISP has set a maximum size to receive email that is smaller than the size of the manual.

The email address you have provided is not correct.

Please check the email address and correct it.

Your question is posted on this page

Would you like to receive an email when new answers and questions are posted? Please enter your email address.



Info