Opmerking:
Het is mogelijk dat een andere draadloze interferentie (legaal of illegaal) op dezelfde frequentie
opereert. Als een gebruiker besluit om de storingsfunctie te gaan gebruiken dan raden we aan dit
gedurende ten minste twee weken uitvoerig te testen voordat de storingsdetectie wordt
ingeschakeld.
1.20 Lege batterij weergave ( Battery Monitoring)
De magneetcontacten en bewegingsmelders laten bij een lage batterijspanning de ingebouwde led
knipperen. Het bedieningspaneel geeft voor de bewegingsmelder en het magneetcontact in het
gebeurtenissenlogboek ook aan dat er sprake is van een lage batterijspanning.
1.21 Huiscode
Om ervoor te zorgen dat alle onderdelen van het AP5500 systeem met elkaar kunnen
communiceren, moet er een huiscode ingesteld worden. Dit wordt gedaan door het instellen van
een reeks van acht miniatuur (DIP) schakelaartjes. Deze schakelaartjes zitten in de afstands-
bedieningen, magneetcontacten, bewegingsmelders en sirene’s van het AP5500 systeem. Door op
alle onderdelen dezelfde huiscode in te stellen zullen ze elkaar herkennen.
Opmerking:
Het wordt aanbevolen dat de huiscode altijd wordt omgezet naar een andere code dan de
originele fabrieksinstellingen. De schakeling hieronder is slechts een voorbeeld.
Let erop dat bij het instellen van de DIP-switches
elk schakelaartje volledig in positie komt. Gebruik
de tip van een balpen of een kleine schroeven-
draaier om de schakelaars in positie te brengen.