17
Ȝ De minimumafstanden moeten in acht genomen
worden (zie Belangrijke montageaanwijzingen).
Ȝ Het toestel binnen en het toestel buiten mogen
enkel vertikaal gemonteerd worden.
2. Montageonderdelen
Voor de montage dient u te controleren of alle
montageonderdelen aanwezig zijn.
Positie Naam Aantal
1 Montageplaat 1
2 Kap voor muuropening 2
3 Afstandsbediening 1
4 Batterij micro LR03 1,5V 2
5 Kunststofwikkelband 1
6 Isolatieband 1
7 Afdichtingsmassa 1
3. Montage van het toestel binnen
Let zeker op de montageaanwijzingen.
3.1 Voor de montage
Ȝ Kies de plaats van het toestel binnen (let op de
voorafgaande tips voor de keuze van de plaats).
Ȝ Kijk of de voorhanden zijnde netspanning
overeenkomst met de netspanning die op het
gegevensbordje aangegeven staat. Deze
spanning moet dezelfde zijn.
Ȝ De leidingen voor het koelmiddel moeten
geïsoleerd zijn met het bijgeleverde materiaal.
3.2 De montageplaat aanbrengen
Ȝ De montageplaat voor het toestel binnen moet
horizontaal aan de muur gemonteerd worden.
Houd u zeker aan de opgegeven afstanden. Duid
de plaats aan en boor de bevestigingsgaatjes en
schroef de montageplaat met pluggen en
schroeven vast. Om trillingen van het toestel
binnen te voorkomen moet u er op letten dat er
geen tussenruimte is tussen de muur en de
montageplaat.
3.3 Gat door de muur boren
Ȝ Boor met een boorkroon van 65mm van binnen
naar buiten een gat in de muur voor de leidingen
in een hoek van 5° naar buiten dalend. Schuif
daarna de buis om door de muur te stoppen op
zijn plaats in het gat.
3.4 Buis voor afvoer van condenswater
aanbrengen
Ȝ Deze buis moet met een afdalende helling naar
buiten toe gemonteerd worden. Vermijd zeker
buigingen en knikken. Het uiteinde van de buis
mag niet in een houder liggen die vol water kan
lopen. Wanneer er water in de afvoerbuis blijft
zitten, kan waterschade optreden.
Ȝ Schuif de bijkomende afvoerbuis op de steun
van de afvoerbuis aan het toestel binnen. Maak
deze aansluiting goed vast met kleefband.
Wikkel het gedeelte van de afvoerbuis in het gat
in de muur goed in met isolatiemateriaal en nog
10 cm verder aan de binnen-en buitenkant.
3.5 Omwikkelen van de leidingen
Ȝ Let erop dat de leiding voor de aansluiting op het
net niet naar buiten geleid wordt. Alle buizen,
elektrische leidingen en de waterafvoerbuis
moeten met bijgeleverde beschermende band
omwikkeld worden. Naargelang de leidingen
naar links of naar rechts geleid worden, moet de
andere leiding verwijderd worden uit het toestel
binnen.
3.6 Eindmontage van het toestel binnen
Ȝ Stop de hoeveelheid leidingen door het gat in de
muur.
Ȝ Hang het toestel binnen op de bovenste haken
van de montageplaat en laat het onderaan op
zijn plaats schuiven.
Ȝ Stop de hoeveelheid leidingen tussen het
omhulsel van het toestel binnen en de muur.
Isoleer de leidingen met een
warmtebescherming om waterdamp te
voorkomen.
Ȝ Afdichtingsmassa aanbrengen tussen muurwerk
en buisleidingen.
Ȝ De kap voor de muuropening van buiten over het
Binnen Buiten
Binnen
Plaats de buis door het gat in
de muur
Buien
Binnen
Isoliatiemateriaal
Bijkomende afvoerbuis
Afvoerbuis
Murr
Elektrische
leiding
Afvoerbuis
Beschermende
band
Leiding voor
koelmiddel