19
NL
Schroeven zonder klopfunctie
Trillingsemissiewaarde a
h
≤ 2,5 m/s
2
Onzekerheid K = 1,5 m/s
2
ƽ Let op!
De vibratiewaarde zal op grond van het
toepassingsgebied van het elektrische gereedschap
veranderen en kan in uitzonderingsgevallen boven
de opgegeven waarde liggen.
5. Vóór inbedrijfstelling
Lees zeker de volgende instructies voordat u uw
accuschroevendraaier in gebruik neemt:
1. Laadt de accu m.b.v. de bijgeleverde lader.
2. Enkel scherpe boren en intacte en gepaste
schroeverbits gebruiken.
3. Bij het boren en schroeven in muren en wanden
dient u die op verborgen stroom-, gas- en water-
leidingen te controleren.
6. Bediening
6.1 Accu laden (fig. 2)
1. Vergelijk of de netspanning vermeld op het
kenplaatje overeenkomt met de voorhanden
zijnde netspanning.
2. Sluit de netstekker van de lader aan op het
stopcontact en leg de accuschroevendraaier op
de lader. Het laadproces begint zodra de
accuschroevendraaier op de lader ligt.
3. De rode LED (7) signaleert dat de accu wordt
geladen.
Let op! Als de accuschroevendraaier volledig
opgeladen is wordt niet automatisch uitgeschakeld!
Aan het einde van het laadproces scheidt u de lader
van het. Neem de maximale laadtijd in acht (zie punt
4).
Let op! Tijdens het laden kan de handgreep wat
warm worden, dat is echter normaal.
Let op! De opbergbox mag tijdens het laden niet
gesloten zijn.
Mocht het laden van de accu niet mogelijk zijn,
controleer dan
of op het stopcontact de netspanning
voorhanden is
of een perfect contact aan de laadcontacten van
de lader voorhanden is.
Indien het laden van de accu altijd nog niet mogelijk
is, stuur dan
de lader
en de schroevendraaier
naar onze klantenservice.
In het belang van een lange levensduur van de accu
is het raadzaam om op tijd voor het herladen van de
accu te zorgen. Dit is in ieder geval noodzakelijk
wanneer u vaststelt dat het vermogen van de
accuschroevendraaier vermindert.
Ontlaadt de accu nooit helemaal. Dat leidt tot een
defect van de accu!
6.2 Draairichtingsschakelaar (fig. 3, pos. 10)
Met de schuifschakelaar boven de AAN/UIT-
schakelaar kunt u de draairichting van de
accuschroevendraaier instellen en het gereedschap
beveiligen tegen ongewild inschakelen. U kunt
kiezen tussen links en rechts draaiend. Om een
beschadiging van de transmissie te voorkomen is het
aan te bevelen enkel in stilstand van draairichting te
veranderen. Als de schuifschakelaar zich in de
tussenstand bevindt is het niet mogelijk de
accuschroevendraaier in te schakelen.
6.3 AAN/UIT-schakelaar (fig. 4, pos. 9)
Druk op de AAN/UIT-schakelaar om de
accuschroevendraaier in te schakelen. Om het
gereedschap uit te schakelen laat u de AAN/UIT-
schakelaar gewoon terug los.
6.4 LED-licht (fig. 5, pos. 2)
Het LED-licht (2) maakt het extra verlichten van de
schroefplaats mogelijk.
Om het gereedschap in te schakelen schuift u de
schakelaar (4) naar voren, om het uit te schakelen
trekt u hem weer terug.
6.5 Hoekafstelling (fig. 6-7)
De handgreep (8) van de accuschroevendraaier kan
in de beide eindstanden worden vastgezet.
Om de handgreep te verstellen drukt u de
ontgrendelknop (6) in. Draai daarna de handgreep bij
ingedrukte ontgrendelknop de gewenste positie in.
Let op! Voor ingebruikneming dient u na te gaan of de
handgreep in de gewenste stand naar behoren is
vastgeklikt.