16 CASCADEREN
Systeem instellingen
OPMERKING: Sommige instellingen moeten voor een goede werking van het systeem aangepast worden zie §
16.4.1 "Nood modus".
De brander automaat kan meerdere ketels aansturen in een cascade-opstelling.
De sensoren (boiler sensor en een systeem sensor) zijn gelijk aan een stand alone tst. en moeten alleen worden
aangesloten op de sturende ketel.
Elk toestel heeft een eigen toestel pomp nodig er zijn dus geen extra pompen nodig.
Opmerkingen:
▪ De ketelaansluitingen altijd volgens bovenstaande tekening uitvoeren.
▪ 1 Sensormontage: Z.O.Z.
▪ 2 Bij meer dan één tank, de sensor op de uitlaat van één van de tanks plaatsen. De temperatuur van deze
tank wordt representatief verondersteld voor de overige tanks, mits een goed systeemontwerp is toegepast.
▪ Alle ontwerpen en tabellen in de volgende paragrafen gaan tot maximaal twee ketels in cascade. De be-
sturing kan desgewenst tot twaalf ketels aansturen.
▪ Grote vermogens (meer dan twee ketels) in overleg met uw leverancier/fabrikant.
Verklaring:
1) Drukreduceerventiel (verplicht bij te hoge waterdruk)
2) Inlaatcombinatie met afsluiter (verplicht)
3) Pas filter toe indien nodig (aanbevolen)
4) Een geschikte veiligheidsventiel moet bij de ketel ge-
monteerd worden (verplicht)1
Dit ventiel mag nooit door middel van een afsluiter van
de ketel geïsoleerd worden
5) De EWD tank heeft een voorgemonteerde, op de RVS
mantel geplakte, sensor. Plaats indien nodig bij an-
dere tanks een buissensor in de tank op 1/5 vanaf de
bodem (noodzakelijk) 2
6) Aftap kraan (aanbevolen)
7) Warm- en koud water mengkranen
8) Monteer de aanleg sensor op de buis zo dicht mogelijk
bij het T-Stuk van de laatste tank zoals in de figuur aan-
gegeven. Deze sensor meet de aanvoer temperatuur
van alle ketels
A) Drinkwaterinlaat (watertoevoer)
B) Warmwater levering (circulatie, indien van toepassing)
C) Circulatieleiding retour