neDerlanDs
82
nietkanwordenvermeden,gebruikdan
eenvoedingbeschermddooreenRCD
(residustroomapparaat).Het gebruik van
een RCD verlaagt het risico van elektrische
schokken.
3) PERSOONLIJKE VEILIGHEID
a) Blijfalert,kijknaarwatudoetengebruik
uwgezondverstandalsuelektrische
werktuigengebruikt.Gebruikgeen
elektrischewerktuigenalsumoeof
onder de invloed van drugs, alcohol
of medicijnen bent. Een moment van
onoplettendheid tijdens het gebruik van een
elektrisch werktuig kan leiden tot ernstig
letsel.
b) Gebruikeenbeschermendeuitrusting.
Draagaltijdoogbescherming. Het
gebruik van veiligheidsuitrustingen zoals een
stofmasker, antislip-veiligheidsschoenen, een
helm of gehoorbescherming, vermindert de
kans op letsels.
c) Vermijddathetwerktuigonopzettelijk
start. Zorg ervoor dat de schakelaar in
destand‘uit’isvoordatuaansluitopde
stroombron en/of accu bij het opnemen
of verdragen van het gereedschap. Als
u elektrische werktuigen met uw vinger op
de schakelaar verplaatst, of een elektrisch
werktuig aansluit met de schakelaar al aan,
kan dit ongevallen tot gevolg hebben.
d) Verwijderalleafstelsleutelsof
moersleutels voordat u het elektrische
werktuigaanzet.Een moersleutel of
afstelsleutel die nog vastzit aan een draaiend
onderdeel van het elektrische werktuig, kan
tot letsels leiden.
e) Reikniettever.Stastevigopde
grondenbehoudvoortdurenduw
evenwicht.Hierdoor hebt u in onverwachte
omstandigheden een betere controle over
het elektrische werktuig.
f) Draaggeschiktekleding.Draaggeen
lossekledingofsieraden.Houduwhaar,
kleding en handschoenen uit de buurt van
bewegendeonderdelen.Losse kleding,
sieraden of lang haar kunnen vastraken in
bewegende onderdelen.
g) Alserhulpmiddelenzijngeleverdvoor
deverbindingvanvoorzieningenvoor
stofafvoerenstofverzameling,zorg
danervoordatzeaangeslotenzijnen
opdejuistemanierwordengebruikt.
Stofverzameling kan aan stof gerelateerde
gevaren beperken.
4) HET GEBRUIK EN ONDERHOUD VAN ELEKTRISCHE
WERKTUIGEN
a) Forceerhetelektrischewerktuigniet.
Gebruikhetjuisteelektrischewerktuig
vooruwtoepassing. Het gereedschap zal
zijn werk beter en veiliger doen tegen de
snelheid waarvoor het is bedoeld.
b) Gebruikhetelektrischewerktuignietals
de schakelaar het niet in- en uitschakelt.
Elk werktuig dat niet met de schakelaar
kan worden bediend, is gevaarlijk en moet
worden gerepareerd.
c) Koppeldestekkerlosvandestroombron
en/of accu van het elektrische
gereedschap voordat u aanpassingen
aanbrengt,accessoiresverwisselt
of elektrisch gereedschap opbergt.
Dergelijke preventieve veiligheidsmaatregelen
verminderen het risico dat het elektrische
werktuig toevallig wordt geactiveerd.
d) Bewaarelektrischewerktuigendie
nietwordengebruiktbuitenhetbereik
van kinderen en laat mensen die niet
vertrouwdzijnmethetelektrische
werktuigofmetdezeinstructieshet
elektrischewerktuignietgebruiken.
Elektrische werktuigen zijn gevaarlijk in de
handen van onervaren gebruikers.
e) Onderhoudelektrischewerktuigen.
Controleer op foutieve uitlijning of
vastlopenvanbeweegbaredelen,
gebroken onderdelen of een andere
omstandigheiddiedewerkingvanhet
elektrischewerktuigkanbeïnvloeden.
Alshetelektrischewerktuigbeschadigd
is, laat dit dan repareren voordat u
het gebruikt. Veel ongevallen worden
veroorzaakt door slecht onderhouden
elektrische werktuigen.
f) Houdzaagwerktuigenscherpenschoon.
Goed onderhouden zaagwerktuigen met
scherpe zaagkanten zullen minder snel
vastlopen en zijn makkelijker te gebruiken.
g) Gebruikhetelektrischewerktuig,
hulpstukkene.d.overeenkomstigdeze
instructies en houd daarbij rekening met
dewerkomstandighedenenhetuitte
voerenwerk. Het gebruik van het elektrische
werktuig voor handelingen die afwijken van
die waarvoor het werktuig bedoeld is, zou
een gevaarlijke situatie tot gevolg kunnen
hebben.