81
WAARSCHUWINGEN
Lees deze aanwijzingen aandachtig door en bewaar ze voor latere raadpleging.
Deze magnetron is ontworpen voor het ontdooien, verwarmen en bereiden van voedsel in huise-
lijke omgeving. De magnetron mag niet gebruikt worden voor andere doeleinden en mag op geen
enkele manier gewijzigd of eigenhandig gerepareerd worden. Deze magnetron is niet ontworpen
voor gebruik in een meubel of een nis als inbouwapparaat.
1) ATTENTIE: Indien de deur of de deurafdichtingen beschadigd zijn, dient de magnetron niet
gebruikt te worden zolang hij niet door een vakbekwaam technicus wordt gerepareerd (opgeleid
door de fabrikant of de klantendienst van de verkoper).
2) ATTENTIE: Om enig gevaar te vermijden, dient uitsluitend opgeleid personeel onderhouds- of
reparatiewerkzaamheden uit te voeren die de verwijdering van beveiligingen tegen de blootstel-
ling aan microgolven met zich meebrengen.
3) ATTENTIE: Verwarm geen vloeistoffen of ander voedsel in verzegelde verpakkingen die kunnen
ontploffen. Kook of verwarm geen eieren in hun schaal, omdat deze kunnen ontploffen, zelfs aan
het einde van de bereidingstijd.
4) ATTENTIE: De toegankelijke onderdelen kunnen zeer heet worden tijdens het gebruik. Houd kin-
deren uit de buurt van de oven. Sta het gebruik van dit apparaat niet toe aan personen (ook kin-
deren) met beperkte mentale, fysieke of sensoriële capaciteiten, of met onvoldoende ervaring of
kennis, tenzij ze aandachtig worden gevolgd of geïnstrueerd door iemand die verantwoordelijk
is voor hun veiligheid en die ze wijst op de gevaren verbonden met een onjuist gebruik. Houd
toezicht op kinderen en zorg ervoor dat ze niet met het apparaat spelen.
5) ATTENTIE: wanneer het apparaat op de gecombineerde wijze wordt gebruikt, mogen kinderen
het alleen onder toezicht van een volwassene gebruiken, in verband met de hoge temperaturen
die zich ontwikkelen.
6) Probeer niet de magnetron met open deur te laten werken, door de veiligheidsvoorzieningen onk-
laar te maken.
7) Zet de magnetron niet aan indien voorwerpen van welke aard dan ook tussen de voorkant van
de magnetron en de deur blijven steken. Houd de binnenkant van de deur (E) altijd schoon met
behulp van een vochtige doek en niet-schurende schoonmaakmiddelen. Zorg ervoor dat er geen
vuil of voedselresten tussen de voorkant van de magnetron en de deur blijven zitten.
8) Zet de magnetron niet aan indien het netsnoer of de stekker beschadigd zijn. Dit kan elektrische
schokken veroorzaken. Indien het netsnoer beschadigd is, dient het te worden vervangen door de
fabrikant, in een erkend Servicecentrum of in elk geval door een vakbekwaam technicus, tenein-
de elk risico te vermijden.
9) Indien men rook uit de magnetron ziet ontsnappen, het apparaat uitschakelen of de stekker uit het
stopcontact halen; de magnetrondeur niet openen om eventuele vlammen te smoren.
10)Gebruik uitsluitend keukengerei dat geschikt is voor de magnetron Om oververhitting, en dien-
tengevolge brandgevaar te voorkomen, is het aan te raden de magnetron in de gaten te houden
wanneer voedsel bereid wordt in wegwerpbakjes van plastic, karton of ander brandbaar mate-
riaal, of tijdens het verwarmen van kleine hoeveelheden voedsel.
11)Dompel het draaiplateau niet onder in water wanneer het zeer warm is. De thermische schok zou
het draaiplateau namelijk kunnen breken.
12)Wanneer de functies “Alleen MAGNETRON” en “GECOMBINEERD MAGNETRON” worden
gebruikt, mag de magnetron niet voorverwarmd worden (zonder voedsel) en ook niet ingescha-
keld worden wanneer hij leeg is, aangezien vonken kunnen ontstaan.
13)Controleer, alvorens de magnetron te gebruiken, of het gebruikte serviesgoed en schalen geschikt
zijn voor de magnetron (zie hoofdstuk “Servies dat geschikt is voor de magnetron”).
14)Tijdens het gebruik wordt het apparaat warm. Plaats geen enkel voorwerp op de magnetron wan-
neer hij gebruikt wordt. Raak niet de verwarmingselementen in de magnetron aan.
15)Tijdens het verwarmen van vloeistoffen (water, koffie, melk, enz.) kan het gebeuren dat, door het
uitgesteld bereiken van het kookpunt, de vloeistof onverwachts begint te koken, overloopt en
brandwonden veroorzaakt. Om dit te voorkomen, dient men alvorens met het opwarmen van de
vloeistof te beginnen, een plastic lepeltje of een glazen staafje in de kop of beker te zetten.
Hanteer in elk geval de kop of beker op voorzichtige wijze.
16) Verwarm geen likeuren met een hoog alcoholpercentage of grote hoeveelheden olie, aangezien
deze vlam kunnen vatten.
17) De inhoud van zuigflessen en potjes babyvoeding moet na het verwarmen worden omgeroerd of
geschud, en de temperatuur moet worden gecontroleerd vóór het verbruik, om brandwonden te
voorkomen. Het is raadzaam het voedsel te schudden of om te roeren, om een gelijkmatige verde-
ling van de temperatuur te verkrijgen. Indien in de handel verkrijgbare sterilisatie-apparaten voor
zuigflessen worden gebruikt, moet ALTIJD worden gecontroleerd, voordat de magnetron wordt
ingeschakeld, of de houder gevuld is met de door de fabrikant aangegeven hoeveelheid water.
18)Een slechte reiniging van de magnetron kan een verslechtering van het oppervlak veroorzaken.
Dit kan de levensduur van het apparaat verkorten en mogelijk een gevaarlijke situatie opleveren.