81
1
Het voedsel op een voor
bereiding in de magnetron
oven geschikte schaal leg-
gen en deze in het midden
van de draaischijf plaatsen
2
Kies het gewenste vermo-
gen door de bovenste
knop te draaien (magne-
tronvermogen/grill func-
tie) .
N.B: Indien men de knop
op het symbool ▼▼▼
zet functioneert de
magnetronoven niet.
3
Stel de gewenste
bereidingstijd in door de
onderste knop (timer)
kloksgewijs te draaien.
4
Na het verlopen van de
ingestelde tijd, geeft een
geluidssignaal aan dat de
bereidingstijd verstreken
is.
Het is op elk moment mogelijk het functioneren te onderbreken door de onderste knop (timer) op de
stand STOP te zetten en het is mogelijk de duur van de bereiding (gedurende de bereidingstijd zelf)
te veranderen door de knop vooruit of achteruit te draaien.
Tijdens de bereiding is het mogelijk het garingsproces te controleren door de ovendeur te open en
het voedsel te inspecteren. Hiermee onderbreekt men het functioneren van de oven, die weer hervat
wordt zodra men de ovendeur sluit.
N.B: De oven dient niet voor-
verwarmd te worden
HET AANZETTEN VAN DE OVEN MET DE FUNCTIE ALLEEN MAGNETRON
FUNCTIE ALLEEN MAGNETRON
Deze functie is geschikt voor:
• Het warmhouden van gerechten . . . .pag. 82
• Ontdooien . . . . . . . . . . . . . . . . . . .pag. 82
• Opwarmen . . . . . . . . . . . . . . . . . . .pag. 84
• Het bereiden van goulasch, wit vlees, fruit,
groenten, rijst, soep, vis . . . . . . . . . . .
pag. 86
MAGNETRON