Lediging van het drupbakje
Attentie! Als het drupbakje (A11) niet regel-
matig geledigd wordt, kan het water over de rand
stromen en in of opzij van het apparaat terechtko-
men. Dit kan het apparaat, het werkvlak of de
omliggende zone beschadigen.
Het drupbakje is voorzien van een indicator van
het waterniveau, die bestaat uit een rode vlotter
die wordt opgetild wanneer het niveau van het
water in het drupbakje stijgt.
Ledig het drupbakje voordat de rode indicator uit
het opzetvlak treedt (fig. 23).
Om het bakje te verwijderen:
1. Open het deurtje (fig. 24);
2. Verwijder het drupbakje en het bakje voor kof-
fiedik (fig. 25);
3. Ledig het drupbakje en het bakje voor koffie-
dik (A9);
4. Breng het drupbakje compleet met bakje voor
koffiedik (A9) in;
5. Sluit het deurtje.
Reiniging van het apparaat
De volgende onderdelen van het apparaat moeten
periodiek gereinigd worden:
- waterreservoir (A7),
-drupbakje (A11),
- bakje voor koffiedik (A9),
- spuitmonden van de afgiftegroep koffie (A14)
en het pijpje voor warm water (A15),
- trechter voor inbrengen van voorgemalen kof-
fie (A4),
- binnenkant van het apparaat, alleen toeganke-
lijk nadat het deurtje is geopend (A12),
- zetgroep (A8),
- melkreservoir (B).
Reiniging van het waterreservoir
1. Reinig periodiek (circa eens per maand) het
waterreservoir (A7) met een vochtige doek en
een beetje mild reinigingsmiddel.
2. Spoel het waterreservoir na de reiniging zorg-
vuldig om alle resten reinigingsmiddel te ver-
wijderen.
Reiniging van het drupbakje
• Reinig het drupbakje (A11) elke keer dat het
geledigd wordt met een vochtige doek en een
beetje mild reinigingsmiddel.
Reiniging van het bakje voor
koffiedik
1. Reinig het bakje voor koffiedik (A9) elke keer
dat het geledigd wordt met een vochtige doek
en een beetje mild reinigingsmiddel.
2. Probeer om vastgekoekte koffieresten met
een tandenstoker te verwijderen.
Als dit niet voldoende mocht zijn, de vastge-
koekte koffieresten zacht maken door het kof-
fiedikbakje enkele minuten in water onder te
dompelen.
Reiniging van de spuitmonden
1. Reinig het pijpje (A15), zo mogelijk na elk
gebruik, met een sponsje of een doekje (fig.
21).
2. Controleer periodiek (circa eens per maand)
of de gaatjes van de koffieafgiftegroep (A14)
niet verstopt zijn.
Verwijder indien nodig aangekoekte koffiere-
sten met een tandenstoker (fig. 26), een
sponsje of een afwasborstel met harde haren.
Reiniging van de trechter voor het
inbrengen van de koffie
• Controleer periodiek (circa eens per maand)
of de trechter voor het inbrengen van voorge-
malen koffie niet verstopt is.
Verwijder indien nodig de aangekoekte koffie-
resten met een keukenmes.
Reiniging van de binnenkant van
het apparaat
1. Controleer periodiek (circa eens per week) of
de binnenkant van het apparaat niet vuil is.
Verwijder indien nodig aangekoekte koffiere-
sten met een tandenstoker, een sponsje of een
afwasborstel met harde haren.
2. Zuig de resten op men een stofzuiger (fig. 27).
96