Koppelen met een sensor
1. Activeer de sensor.
De sensor activeren
Wanneer Cateye Cycling™ het sensorsignaal detecteert, verschijnt een bericht op de
smartphone.
Tik op [Koppelen]. De gesynchroniseerde sensor wordt weergegeven op het scherm
[Apparaat] en het koppelen wordt voltooid.
* Wanneer een sensor wordt gekoppeld met Cateye Cycling™, wordt een "A"
weergegeven na de sensornaam.
* Als u een koppeling hebt gemaakt met een sensor die de snelheidsmeting kan
uitvoeren, gaat u verder naar stap 2.
2. Voer de wielomtrek in.
Tik vanaf het scherm [Apparaat] op de toegevoegde sensor en selecteer een
wielomtrek (de lengte van de buitenomtrek van het wiel).
De wielomtrek bepalen
* Standaardwaarde: 2096 mm (700x23c)
* Stel de wielomtrek in voor elke sensor.
* U kunt de sensornamen ook wijzigen en het koppelen annuleren vanaf dit scherm.
Smartphone
• Koppel alle sensoren die u wilt gebruiken. Als u nog een andere sensor wilt koppelen,
herhaalt u de procedure.
• Als u een iPhone gebruikt, kunt u de instellingen van commerciële sensoren niet
synchroniseren.
Als u meet in de Sensor Direct-modus, moet u de sensorinstellingen afzonderlijk
configureren via de fietscomputer.
1. Schakelen naar de modus Sensor Direct
2. Koppelen (Synchronisatie sensor-ID)
3. Instelling wielomtrek
Belangrijk
Fietscomputer kan worden gebruikt met sensoren die compatibel zijn met Bluetooth 4.0.
Koppel deze met optionele accessoires of commerciële sensoren, zoals vereist.
Fietscomputer
Nadat het koppelen is voltooid, tikt u onder (MENU) bovenaan links op het scherm
op [Rit] om te schakelen naar het scherm Rit.
Als de smartphone naar het scherm Rit schakelt, schakelt fietscomputer van het
zoekscherm van de smartphone naar het display [ready] (stand-by meting).
Smartphone
zoeken
scherm
Stand-by
meting
Het koppelen van fietscomputer is nu voltooid.
* Als u andere sensoren hebt, moet u doorgaan met koppelen.
Het koppelen van de sensor is nu voltooid.