moving time forward
© CAS IO B en el u x B.V . Am s te lve en - WWW. C AS IO .N L
Een windrichtinghoekmeting opslaan in het Positioneringsgeheugen
1. Druk op [C] om een digitale kompasmeting te beginnen.
• Als er reeds een windrichtinghoekwaarde uit het positioneringsgeheugen wordt
afgebeeld, betekent dit dat het scherm Positioneringsgeheugen wordt afgebeeld.
Als dit het geval is, drukt u op [E] om de actuele waarde in het Positioneringsge-
heugen te wissen en het scherm Positioneringsgeheugen te verlaten.
2. Gedurende de 20 seconden dat de digitale kompasmeting duurt, drukt u op [E] om
de actuele windrichtinghoekmeting op te slaan in het Positioneringsgeheugen.
• De windrichtinghoek van het Positioneringsgeheugen knippert gedurende onge-
veer 1 seconde terwijl deze wordt opgeslagen in het Positioneringsgeheugen.
Daarna verschijnt het scherm Positioneringsgeheugen (die de windrichtinghoek
van het positioneringsgeheugen afbeeldt) en begint een 20 seconden durende
windrichtingmeting.
• Terwijl het scherm Positioneringsgeheugen wordt afgebeeld, kunt u door op
[C] te drukken een nieuwe 20 seconden durende meting beginnen, die de
windrichtinghoek afbeeldt van de windrichting waarnaar de 12-uurspositie van
het horloge wijst. De windrichtinghoek van de actuele meting verdwijnt van de
display nadat de windrichtingmeting voltooid is.
• Gedurende de eerste 20 seconden nadat u het scherm Positioneringsgeheu-
gen afbeeldt of tijdens de 20 seconden durende windrichtingmeting terwijl het
scherm Positioneringsgeheugen op de display wordt afgebeeld, wordt de in het
geheugen opgeslagen windrichting aangegeven door een Positioneringsgeheu-
genaanwijzer.
• Door op [E] te drukken terwijl het scherm Positioneringsgeheugen wordt afge-
beeld, wist u de actuele windrichtinghoek uit het Positioneringsgeheugen en start
u een 20 seconden durende meting.
Het digitaal kompas gebruiken bij het bergbeklimmen of het wandelen
Dit gedeelte bevat drie praktische toepassingen voor het gebruik van het ingebouwde
kompas van het horloge.
• Een kaart instellen en uw actuele positie vinden
Bij het bergbeklimmen of wandelen is het belangrijk om te weten waar u zich be-
vindt. Hiertoe moet u de “kaart instellen”, dat wil zeggen de kaart aanpassen, zodat
de positionering die erop wordt aangegeven, overeenkomt met de werkelijke coördi-
naten van uw positie. Wat u eigenlijk doet, is noord op de kaart in overeenstemming
brengen met noord zoals dat door het horloge wordt aangegeven.
• De positionering naar een doel vinden
• De windrichtinghoek vaststellen naar een doel op een kaart en die richting opgaan.
Een kaart instellen en uw actuele positie vinden
1. Plaats het horloge, dat om uw pols zit, zo dat de wijzerplaat horizontaal is.
2. In de Tijdfunctiemodus of een van de sensormodi drukt u op [C] om een kompasme-
ting te doen.
• De meetwaarde verschijnt na circa twee seconden op de display.
3. Draai de map zonder het horloge te verplaatsen zo
dat de het noorden op de kaart overeenkomt met
het noorden op het horloge.
• Als de horloge is geconfigureerd om het mag-
netische noorden aan te geven, breng dan het
magnetische noorden van de kaart in lijn met
het horloge. Als het horloge is geconfigureerd
met een declinatie voor correctie naar het echte
noorden, breng dan het echte noorden van de
kaart in lijn met het horloge. Raadpleeg voor
details het gedeelte “De positioneringssensor
kalibreren”.
• Hiermee brengt u de positionering van de kaart
in overeenstemming met uw actuele positie.
4. Bepaal uw positie terwijl u de geografische con-
touren om u heen controleert.
De positionering naar een doel vinden
1. Stel de kaart zo in dat het noorden in lijn is met
het noorden op het horloge en bepaal uw actuele
positie.
• Raadpleeg “Een kaart instellen en uw actuele
positie vinden” voor het uitvoeren van de bo-
venstaande stap.
2. Plaats de kaart zo dat de richting waarnaar u wilt
reizen op de kaart recht vooruit wijst.
3. Plaats het horloge, dat om uw pols zit, zo dat de
wijzerplaat horizontaal is.
4. In de Tijdfunctiemodus of een van de sensormodi
drukt u op [C] om een kompasmeting te doen.
• De meetwaarde verschijnt na circa twee secon-
den op de display.
5. Blijf de kaart voor u houden en draai uw lichaam
naar het noorden totdat het noorden op het hor-
loge en het noorden op de kaart in lijn zijn.
• Hiermee brengt u de positionering van de kaart
in overeenstemming met uw actuele positie en
is de richting naar uw doel recht vooruit.
De windrichtinghoek vaststellen naar een doel op
een kaart en die richting opgaan.
1. Stel de kaart zo in dat het noorden in lijn is met
het noorden op het horloge en bepaal uw actuele
positie.
• Raadpleeg “Een kaart instellen en uw actuele
positie vinden” voor het uitvoeren van de bo-
venstaande stap.
2. Wijzig uw positie zo - zoals is te zien op de il-
lustratie links - dat u (en de 12-uurspositie van het
horloge) in de richting van het doel wijst, terwijl
u het noorden op de kaart in lijn houdt met het
noorden op het horloge.
• Als u het moeilijk vindt om de bovenstaande
stap uit te voeren en tegelijk alles in één lijn
te houden, beweeg dan eerst naar de juiste
positie (12-uurspositie van het horloge gericht
op het doel) zonder rekening te houden met de
oriëntatie van de kaart. Voer vervolgens stap 1
uit om de kaart in te stellen.
3. In de Tijdfunctiemodus of een van de sensormodi
drukt u op [C] om een kompasmeting te doen.
4. Terwijl er windrichtinghoekmetingen plaatsvinden,
drukt u op [E] om de actueel afgebeelde windrich-
ting vast te leggen in het Positioneringsgeheugen.
• De waarde en aanwijzer van de windrichting-
hoek die in het Positioneringsgeheugen zijn
opgeslagen, blijven circa 20 seconden zichtbaar
op de display.
• Zie “Positioneringsgeheugen” voor meer
informatie.
5. Nu kunt u doorlopen, terwijl u de aanwijzer van
het Positioneringsgeheugen in de gaten houdt en
ervoor zorgt dat deze in de 12-uurspositie blijft.
• Om de waarde van de windrichtinghoek en
de aanwijzer in het Positioneringsgeheugen
opnieuw af te beelden drukt u op [C].
• Wanneer u op [E] drukt terwijl de waarde van de
windrichtinghoek en de aanwijzer in het Positi-
oneringsgeheugen op de display staan, worden
de gegevens in het Positioneringsgeheugen die
u in stap 3 hebt opgeslagen, gewist en wordt de
huidige windrichtingwaarde in het Positione-
ringsgeheugen opgeslagen.
NB
• Wanneer u aan het bergbeklimmen of wandelen bent, kunnen de omstandigheden
of geografische contouren het u onmogelijk maken om in een rechte lijn te lopen.
Als dat het geval is, ga dan terug naar stap 1 en sla een nieuwe windrichting naar
het doel op.
Voorzorgsmaatregelen Digitaal kompas
Dit horloge beschikt over een ingebouwde magnetische positioneringssensor die
aardmagnetisme waarneemt. Dit betekent dat dit horloge het magnetische noorden
aangeeft. Dat verschilt enigszins van het echte, polaire noorden. De magnetische
noordpool ligt in het noorden van Canada, terwijl de magnetische zuidpool in zuidelijk
Australië ligt. Het verschil tussen het magnetische noorden en het echte noorden
zoals alle magnetische kompassen dit meten, wordt doorgaans groter naarmate men
dichter bij een van de magnetische polen komt. Ook geven sommige kaarten het echte
noorden aan (in plaats van het magnetische noorden). Als u zo’n kaart gebruikt in
combinatie met dit horloge, moet u daar rekening mee houden.
Positie
• Als u een windrichtingmeting uitvoert in de buurt van een sterke magnetische bron,
kunnen er grote fouten in de meetwaarden optreden. Om die reden moet u afzien
van het doen van metingen in de buurt van de volgende soorten voorwerpen:
permanente magneten (magnetische halskettingen enz.), concentraties van metaal
(metalen deuren, kastjes enz.), hoogspanningskabels, antennedraden, huishoude-
lijke apparaten (tv’s, computers, wasmachines, diepvriezers enz.).
• Precieze windrichtingmetingen zijn eveneens onmogelijk in een trein, in een vlieg-
tuig, op een boot enz.
• Precieze windrichtingmetingen zijn eveneens onmogelijk binnenshuis, met name
in ferro-betonnen bouwwerken. Het metalen geraamte van dergelijke bouwwerken
vangt namelijk magnetisme op van apparaten enz.
Opbergen
• Als het horloge magnetisch wordt, kan de nauwkeurigheid van de positionerings-
sensor achteruitgaan. Daarom moet u het horloge uit de buurt van magneten of
andere bronnen van sterk magnetisme opbergen, zoals: permanente magneten
(magnetische halskettingen enz.) en huishoudelijke apparaten (tv’s, computers,
wasmachines, diepvriezers enz.).
• Wanneer u vermoedt dat het horloge magnetisch geworden is, voert u de procedure
uit bij “Een bi-directionele kalibratie uitvoeren”.
Barometer/Thermometer
Dit horloge gebruikt een druksensor om de luchtdruk te meten (barometrische druk) en
een temperatuursensor om de temperatuur te meten.
Naar en uit de Barometer-/thermometermodus gaan
1. In de Tijdfunctiemodus of een van de sensormodi
drukt u op [B] om naar de Barometer-/thermometer-
modus te gaan.
• Op de display verschijnt BARO, ten teken dat
er barometrische druk- en temperatuurmetingen
aan de gang zijn. De meetwaarden verschijnen na
circa vijf seconden op de display.
• Nadat u op [B] hebt gedrukt, voert het horloge
gedurende de eerste vijf minuten elke vijf secon-
den metingen uit; daarna elke twee minuten.
2. Druk op [D] om naar de Tijdfunctiemodus terug te
keren.
• Het horloge keert automatisch naar de Tijdfunc-
tiemodus terug als u gedurende ongeveer een
uur nadat u naar de Barometer-/thermometermo-
dus bent gegaan geen enkele handeling uitvoert.
De barometrische druk en de temperatuur meten
In de Tijdfunctiemodus of een van de sensormodi drukt u op [B].
• Hiermee start u automatisch de barometrische druk- en temperatuurmetingen.
• U kunt elk gewenst moment een barometrische druk- en temperatuurmeting doen
door in de Barometer-/thermometermodus op [B] te drukken.
• Nadat u naar de Barometer-/thermometermodus bent gegaan, kan het vier tot vijf
seconden duren voordat de uitkomst van de drukmeting verschijnt.
Barometrische druk
• Barometrische druk wordt weergegeven in eenhe-
den 1hPa (of 0,05 inHg).
• De afgebeelde barometrische drukwaarde verandert
in - - - als de gemeten barometrisch druk buiten het
bereik van 260 hPa - 1.100 hPa (7,65 inHg - 32,45
inHg) valt. Zodra de barometrische drukwaarde
zich weer binnen dat bereik bevindt, wordt hij weer
afgebeeld.
Temperatuur
• Temperatuur wordt weergegeven in eenheden
0,1°C (of 0,2°F).
• De afgebeelde temperatuurwaarde verandert in to
- - - °C (of °F) als de gemeten temperatuur buiten
het bereik -10,0°C - 60,0°C (14,0°F - 140,0°F)
valt. Zodra de temperatuur zich weer binnen dat
bereik bevindt, wordt hij weer afgebeeld.
Displayeenheden
U kunt (hPa) of inchesHg (inHg) selecteren als de displayeenheid voor barometrische
druk en Celsius (°C) of Fahrenheit (°F) als de displayeenheid voor temperatuur. Kijk bij
“De eenheden opgeven voor temperatuur, hoogte en barometrische druk”.
Barometrische drukgrafiek
Barometrische druk geeft de wijzigingen in de atmosfeer
aan. Door die in de gaten te houden, kun je het weer
redelijk nauwkeurig voorspellen. Dit horloge verricht elke
twee uur automatisch barometrische drukmetingen, en
wel op de dertigste minuut van elk even uur. De meetre-
sultaten worden gebruikt om een barometrische drukgra-
fiek en barometrische drukverschilaanwijzers te maken.
De barometrische drukgrafiek lezen
De barometrische grafiek laat de metingen zien van de afgelopen 24 uur.
• De horizontale as van de grafiek vertegenwoordigt de
tijd; elke stip staat voor twee huur. De meest rechtse
stip vertegenwoordigt de meest recente meting.
• De verticale as van de grafiek vertegenwoordigt de
barometrische druk; elk stip staat daarbij voor het
relatieve verschil tussen zijn meting en van de stippen
ernaast. Elke stip vertegenwoordigt 1hPa.
Het onderstaande laat zien hoe de gegevens in de barometrische drukgrafiek geïnter-
preteerd moeten worden.
Een stijgende grafiek betekent doorgaans beter weer.
Een dalende grafiek betekent doorgaans slechter weer.
NB
• Als er plotselinge veranderingen optreden in het weer of de tempera-
tuur, kan de grafieklijn van de vorige metingen van de boven- of de
onderkant van de grafiek aflopen. De hele grafiek wordt weer zichtbaar
zodra de barometrische omstandigheden zich gestabiliseerd hebben.
N
Objective
Current
location
12 o’clock
position
Doel
Huidige
positie
12-uurs-
positie
N
Objective
Current
location
12 o’clock
position
Doel
Huidige
positie
12-uurs-
positie
N
N
Current
location
North indicated
on the map
North indicated by
north pointer
Noorden aangegeven
op de kaart
Noorden aangegeven door
noordaanwijzer
Huidige
positie
12 o’clock
position
memory
pointer
North
pointer
Direction angle of
current reading
Bearing memory
direction angle
value
12-uurs-
positie
Aanwijzer
positionerings-
geheugen
Windrichtinghoek
van de actuele
positionering
Waarde van de
windrichtinghoek
in het Positione-
ringsgeheugen
Noord-
aanwijzer
Temperature
pressure graph
Barometric
pressure
Pressure differential
pointer
Barometrische
drukgrafiek
Temperatuur
Barometrische
druk
Drukverschil-
aanwijzer
Temperature
Barometric
pressure
Temperatuur
Barometrische druk
pressure graph
Barometrische
drukgrafiek
Barometric
pressure
Time
Baro-
metrische
druk
Tijd
Not visible on
the display.
Niet zichtbaar
op de display.