53
3.5.4. Temperaturen
Vermijd het om de gekookte levensmiddelen die gekoeld
en/of bevroren moeten worden lang in een ruimte met
omgevingstemperatuur te laten.
Hoe meer vocht verloren gaat, hoe minder de door het
levensmiddel bewaarde zachtheid zal zijn.
Er wordt aangeraden de snelle koel- en/of vriescyclus te
beginnen zodra de bereiding en/of het koken klaar is en
om het levensmiddel in de koeler te plaatsen bij een
temperatuur niet lager dan +70°C. Het gekookte eten
kan de koeler ook bij zeer hoge temperaturen binnen-
gaan (>100°C), op voorwaarde dat de koelkamer
voorgekoeld is. Men dient er echter rekening mee te
houden dat de referentietijden van de cycli vertrekken
van +90°C (van +90°C tot +3°C in de cyclus voor snelle
koeling; van +90°C tot -18°C in de cyclus voor snelle
bevriezing).
3.5.5. Bewaring
Het gekoelde en/of bevroren voedsel moet speciaal
bedekt of beschermd worden (met folie, met een herme-
tisch deksel of, beter nog, door vacuüm) en moet een
eigen sticker hebben waarop met onuitwisbare inkt de
inhoud, de dag van bereiding en de toegekende verval-
datum geschreven staan.
Het gekoelde voedsel moet bewaard
worden in een koelkast bij een constante
temperatuur van +2°C.
He t be v r o r e n v o e d s e l m o e t b e wa a r d
worden in een koelkast bij een constante
temperatuur van -20°C.
Gebruik de koeler niet als een gewone
koelkast!
INHOUD
Datum van bereiding
Vervaldatum
90∞
OK!!
NEE!!
10
2
0
30
40
50
6
0