elektrisch fornuis, gas brander, etc.
11. Gebruik het apparaat niet in de buurt van brandbare stoffen.
12. Laat de voedingskabel niet over de rand van een tafel hangen of hete oppervlakken
aanraken.
13. Laat het apparaat of de voeding niet onbeheerd achter wanneer het aangesloten is
op het stopcontact.
14. Om extra bescherming te bieden is het aanbevolen om een aardlekschakelaar
(RCD) met nominale reststroom in het stroomcircuit te instaleren.
15. Dompel het apparaat niet onder in water of een andere vloeistof. Was het apparaat
niet in de afwasmachine.
16.Voordat u het apparaat gaat reinigen en de accessoires gaat verwisselen, zet u de
snelheidsregelaar op OFF en trek de voedingskabel uit het netwerk.
17.Voordat u het apparaat gaat gebruiken controleer of alle onderdelen en accessoires
correct gemonteerd zijn.
18.Bij mixing van warme producten wees uiterst voorzichtig om brandwonden te
vermijden.
19.Het apparaat is ontworpen om kleine hoeveelheden van voedselproducten te
bereiden. Het apparaat is niet bedoeld voor industriële voedselverwerking.
20.Gebruik nooit verschillende soorten accessoires (deeghaak en klopper) tegelijkertijd.
21.Maximale tijd bij doorlopend gebruik bedraagt 3 minuten.
Na deze tijd, wacht tot het apparaat gekoeld is voordat u het weer opstart.
BESCHRIJVING VAN HET APPARAAT (figuur 1 en 2)
1. Uitwerpknop „Eject” voor kloppers en deeghaken 2. Snelheidsregelaar
3. „Turbo”-knop 4. Kloppers
5. Deeghaken 6. Mixerbehuizing
7. Uitwerpknop voor mixer 8. Kom
9. Hefknop van mixer 10. Mixerbasis
BEDIENINGSMENGSEL MET KOM
1. Zorg ervoor dat het apparaat niet is aangesloten op het stopcontact.
2. Plaats de mixer op de mixerbasis (10). De mixer klikt vast.
3. U kunt de mixer terug kantelen door op de mengerknop van de mixer te drukken (9). Om de mixer te laten zakken, drukt u opnieuw op de
hijsknop (9).
4. Steek bijlagen in gaten aan de onderkant van het apparaat. Klopapparaten kunnen parallel worden ingebracht, maar de
mixhulpstukken moeten zodanig worden geplaatst dat de bevestiging met schijf in een groter gat moet worden geplaatst (fig. 3).
5. Zorg dat de bijlagen correct zijn geplaatst.
6. Sluit de mixer aan op de voeding. Start de mixer door de snelheidsregelaar (2) naar de juiste mixsnelheid te schakelen.
7. Stel na het gebruik de snelheidsregelaar (2) in op "0".
42