631318
25
Zoom out
Zoom in
Previous page
1/45
Next page
NEDERLANDS
885-448
XC7137-021
Printed in China
XL5000_brotherNL_cover
Bedieningshandleiding
XC7137-021 XL5000 (NA03J059) Bk
1
BELANGRIJKE VEILIGHEIDSINSTRUCTIES
Neem bij het gebruik van deze machine altijd de volgende elementaire voorzorgsmaatregelen in acht:
Lees alle instructies voor gebruik.
GEVAAR - Verklein de kans op een elektrische schok:
1. Laat de machine nooit onbeheerd aangesloten op het stroomnet. Haal altijd de stekker uit het
stopcontact na gebruik en voordat u de machine gaat schoonmaken.
2. Haal altijd de netstekker uit het stopcontact voordat u het lampje vervangt.
Vervang het lampje door een zelfde soort lampje van 15 Watt.
WAARSCHUWING - Verklein het risico van brandwonden, brand,
een elektrische schok of persoonlijk letsel:
1. De machine mag nooit als speelgoed worden gebruikt. Blijf in de buurt wanneer de machine
wordt gebruikt door kinderen en let op als er kinderen in de buurt zijn.
2. Gebruik de machine alleen zoals bedoeld, volgens de beschrijvingen in deze handleiding. Gebruik
uitsluitend accessoires die zijn aanbevolen door de fabrikant, zoals beschreven in deze handleiding.
3. Gebruik de machine nooit wanneer het snoer of de stekker beschadigd is, wanneer de machine niet
goed werkt, wanneer u de machine hebt laten vallen, wanneer de machine beschadigd is of in het water
gevallen. Breng de machine naar de dichtstbijzijnde erkende dealer of een erkend servicecentrum als hij
moet worden nagekeken of gerepareerd, of als er elektrische of mechanische aanpassingen nodig zijn.
4. Gebruik de machine nooit wanneer de luchtopeningen zijn geblokkeerd. Houd de
ventilatieopeningen van de machine en het voetpedaal vrij van pluisjes, stof en losse stukken stof.
5. Stop geen voorwerpen in openingen en zorg dat er geen voorwerpen in kunnen vallen.
6. Gebruik de machine niet buiten.
7. Gebruik de machine niet wanneer u spuitbussen hebt gebruikt of op plaatsen waar zuurstof
wordt toegediend.
8. Wilt u de machine loskoppelen, draai dan de hoofdschakelaar op “{”, dit betekent ‘uit’, en haal
de stekker uit het stopcontact.
9. Trek hierbij niet aan het snoer. Pak de stekker vast, niet het snoer.
10. Houd uw vingers uit de buurt van alle bewegende delen. Wees vooral voorzichtig in de buurt
van de naald.
11. Gebruik altijd de juiste naaldplaat. Met een verkeerde plaat kan de naald breken.
12. Gebruik geen verbogen naalden.
13. Duw of trek de stof niet tijdens het naaien. Hierdoor kan de naald verbuigen en breken.
14. Zet de machine op {” wanneer u iets doet in de buurt van de naald, zoals de naald inrijgen, de
naald verwisselen, de spoel inrijgen of de persvoet verwisselen en dergelijke.
15. Haal de stekker altijd uit het stopcontact wanneer u kleppen verwijdert, de machine smeert of
andere vormen van onderhoud volgens de bedieningshandleiding uitvoert.
16. Deze naaimachine is niet bedoeld om zonder toezicht te worden gebruikt door kinderen of
minder bekwame personen.
17. Let op dat jonge kinderen niet met deze machine spelen.
BEWAAR DEZE INSTRUCTIES
Deze machine is bedoeld voor huishoudelijk gebruik.
XL5000nl.book Page 1 Thursday, November 20, 2003 10:16 AM
3
INHOUDSOPGAVE
BELANGRIJKE VEILIGHEIDSINSTRUCTIES .........................................................................1
VERBINDINGSSTEKKERS EN HOOFDSCHAKELAAR/NAAILAMPJE ...................................2
INHOUDSOPGAVE ............................................................................................................3
BELANGRIJKSTE ONDERDELEN .........................................................................................4
TOEBEHOREN .....................................................................................................................5
WERKEN MET UW NAAIMACHINE ....................................................................................6
Aansluitingen .................................................................................................................................................... 6
Hoofdschakelaar/naailampje ............................................................................................................................. 7
Voetpedaal ........................................................................................................................................................ 7
De naald inbrengen .......................................................................................................................................... 7
De naald controleren ........................................................................................................................................ 8
De persvoet verwisselen .................................................................................................................................... 8
Werken met de vrije arm ................................................................................................................................... 9
De machine stabiliseren .................................................................................................................................... 9
DE REGELKNOPPEN .........................................................................................................10
Patroonkeuzeknop .......................................................................................................................................... 10
Aanbevolen breedte en lengte voor steken ...................................................................................................... 11
Steeklengteknop .............................................................................................................................................. 14
Stretchsteken ................................................................................................................................................... 14
Achteruitnaaihendel ........................................................................................................................................ 14
Boventransporteurhendel (als de machine is uitgerust met een boventransporteurhendel) ............................... 14
DE MACHINE INRIJGEN ...................................................................................................15
De spoel opwinden ......................................................................................................................................... 15
De onderdraad inrijgen ................................................................................................................................... 16
De bovendraad inrijgen .................................................................................................................................. 18
Werken met de naaldinrijger (modellen die zijn uitgerust met een naaldinrijger) ............................................. 19
Systeem voor snelle draadinstallatie SNELSTARTSPOEL (modellen die zijn uitgerust met een systeem voor
snelle draadinstallatie) ..................................................................................................................................... 20
De onderdraad omhooghalen ......................................................................................................................... 21
Naaien met een tweelingnaald ........................................................................................................................ 21
Draadspanning ................................................................................................................................................ 22
TABEL VAN COMBINATIES STOF, NAALD EN DRAAD ...................................................24
Lees het onderstaande voordat u gaat naaien .................................................................................................. 25
Rechte steken naaien ...................................................................................................................................... 25
Zigzagsteken naaien ........................................................................................................................................ 26
Blinde zoomsteek ............................................................................................................................................ 27
Schelprijgsteek ................................................................................................................................................ 27
Elastische steek ............................................................................................................................................... 28
Schelpsteek ..................................................................................................................................................... 28
Over de rand ................................................................................................................................................... 29
Taksteek .......................................................................................................................................................... 29
Drievoudige zigzagsteek ................................................................................................................................. 30
Decoratieve steek ............................................................................................................................................ 30
Een knoopsgat naaien (Automatisch knoopsgat in 1 stap) ................................................................................ 30
Een knoopsgat naaien (Automatisch knoopsgat in 4 stappen) .......................................................................... 31
Fijnafstelling knoopsgat ................................................................................................................................... 33
Knopen aaannaaien ........................................................................................................................................ 33
Ritsen inzetten ................................................................................................................................................ 34
Plooien naaien ................................................................................................................................................ 35
Gaten stoppen ................................................................................................................................................. 35
Applicaties ...................................................................................................................................................... 36
Monogrammen en Borduurwerk ..................................................................................................................... 36
ONDERHOUD ..................................................................................................................38
Het lampje vervangen ..................................................................................................................................... 38
Oliën .............................................................................................................................................................. 38
Reinigen .......................................................................................................................................................... 39
Bedieningschecklist ......................................................................................................................................... 40
De machine opnieuw inpakken ...................................................................................................................... 42
INDEX ...............................................................................................................................43
XL5000nl.book Page 3 Thursday, November 20, 2003 10:16 AM
UW NAAIMACHINE LEREN KENNEN ——————————————————————————————————————————————
4
BELANGRIJKSTE ONDERDELEN
1 Spoelwindercomponent (pagina 15)
Hiermee windt u de onderdraad op de betreffende
spoel.
2 Klospen (pagina 15 en 18)
Hierop plaatst u de draadklos.
3 Schijf voor spoelwinderspanning en draadgeleider
(pagina 15)
4 Draadophaalhendel (pagina 18)
5 Draadafsnijder (pagina 26)
6 Bovenspanningsknop (pagina 22)
Hiermee regelt u de spanning van de bovendraad.
7 Patroonkeuzeknop (pagina 10)
U kunt deze knop in beide richtingen draaien om de
gewenste steek te kiezen.
8 Steeklengteknop (pagina 14)
Hiermee regelt u de lengte van de steken.
9 Achteruitnaaihendel (pagina 14)
Door deze hendel in te drukken naait u achteruit.
0 Schroef voor fijnafstelling knoopsgat (pagina 33)
A Knoopsgathendel (automatisch knoopsgat in 1 stap)
(pagina 30)
B Naaldinrijger (pagina 19)
Deze is alleen verkrijgbaar op bepaalde modellen.
C Handvat
D Handwiel
Door het handwiel naar u toe te draaien (tegen de klok
in) zet u de naald omhoog en omlaag.
E Hoofdschakelaar (pagina 7)
Met deze schakelaar zet u de machine en het
naailampje aan of uit.
F Voetpedaalhouder (pagina 6)
Sluit het voetpedaal aan op de machine en sluit de
machine aan op het stroomnet.
G Persvoethendel (pagina 8)
Hiermee zet u de persvoet omhoog en omlaag.
H Voetpedaal (pagina 7)
Met dit pedaal regelt u de naaisnelheid en start en stopt
u met naaien.
I Zigzagpersvoet
XL5000nl.book Page 4 Thursday, November 20, 2003 10:16 AM
5
TOEBEHOREN
1 Voet voor knoopsgaten (1 stuk)
2 Ritsvoet (1 stuk)
3 Knoopbevestigingsvoet (1 stuk)
4 Naaldenset (enkele medium naald HAX130) (3 stuks)
5 Tweelingnaald (1 stuk)
6 Spoelen (3 stuks)
7 Schroevendraaier (1 stuk)
8 Extra klospen (1 stuk)
9 Stopplaat (1 stuk) (Als de machine niet is uitgerust met
een boventransporteur.)
Onderdeelcode voor zigzagpersvoet: 138135-122
Voetpedaal:
XC7359-021 (110/120V-gebied)
XC7438-021 (220/240V-gebied)
XC7456-021 (Groot-Brittannië)
XC7455-021 (Australië, Nieuw-Zeeland)
Bovenstaande toebehoren zitten in de zak in de
uitklaptafel. Deze toebehoren zijn bedoeld als
hulpmiddel bij naaitaken.
2 X59370-021
8 130920-021
3 X59375-121
4 129583-001
5 X57521-001
6 SA156(Alleen voor de VS)
SFB(XA5539-151)(Voor andere landen)
7 X55467-021
9 XA3442-121
1
XA4911-151 X59369-321
(Voor automatisch knoopsgat in 1 stap)
(Voor knoopsgat in 4 stappen)
XL5000nl.book Page 5 Thursday, November 20, 2003 10:16 AM
UW NAAIMACHINE LEREN KENNEN ——————————————————————————————————————————————
6
WERKEN MET UW NAAIMACHINE
Aansluitingen
1
Sluit het netsnoer aan op de machine.
2
Steek het netsnoer in een wandstopcontact.
Gebruik uitsluitend normale huishoudstroom voor dit apparaat. Door een andere stroomvoorziening
te gebruiken kunt u brand, een elektrische schok of schade aan de machine veroorzaken.
Zet in de volgende gevallen de hoofdschakelaar uit en haal de stekker uit het stopcontact:
Wanneer u de machine onbeheerd achterlaat
Wanneer u klaar bent met werken
Wanneer de stroom uitvalt tijdens het gebruik
Wanneer het apparaat niet goed functioneert vanwege een slechte aansluiting of loskoppeling
Tijdens onweer
Gebruik geen verlengsnoeren of meerwegadapters waarop een groot aantal andere apparaten
is aangesloten. Dit kan leiden tot brand of elektrische schok.
Raak de stekker niet met natte handen aan. U kunt dan een elektrische schok krijgen.
Zet altijd eerst de hoofdschakelaar uit, voordat u de stekker uit het stopcontact haalt. Pak
altijd de stekker vast om deze uit het stopcontact te halen. Wanneer u aan het snoer trekt, kan
dit beschadigd raken, met brand of een elektrische schok als gevolg.
Let op dat u het netsnoer niet doorsnijdt, beschadigt, sterk buigt, trekt, draait of bundelt.
Plaats geen zware voorwerpen op het snoer. Bescherm het snoer tegen hitte. Hierdoor zou
het snoer beschadigd kunnen raken en brand of een elektrische schok kunnen veroorzaken.
Als het snoer of de stekker beschadigd is, mag u de machine niet meer gebruiken; breng de
machine eerst naar de erkende dealer!
Haal de stekker uit het netstopcontact wanneer u de machine langere tijd niet gebruikt met
het oog op brandgevaar.
WAARSCHUWING
VOORZICHTIG
XL5000nl.book Page 6 Thursday, November 20, 2003 10:16 AM
7
Opmerking
Wanneer u de machine onbeheerd laat,
schakelt u de hoofdschakelaar uit of haalt u
de stekker uit het stopcontact.
Voordat u onderhoud verricht aan de
machine, kleppen verwijdert of lampjes
vervangt, haalt u de stekker uit het
stopcontact.
(Alleen voor de VS)
Deze machine heeft een gepolariseerde
stekker (de ene poot is breder dan de
andere). Om het risico van elektrische
schok te verkleinen, past deze stekker
slechts op één manier in het gepolariseerde
stopcontact. Wanneer de stekker niet
volledig in het stopcontact past, draait u de
stekker om.
Past de stekker nog niet, vraag dan een
erkend elektricien om een geschikt
stopcontact te installeren. Verander niets
aan de stekker!
Hoofdschakelaar/naailampje
Met deze schakelaar zet u de machine en het
naailampje aan of uit.
1 Aan (naar de markering ‘I’)
2 Uit (naar de markering ‘O’)
Voetpedaal
Wanneer u het voetpedaal licht intrapt, naait de machine
op lage snelheid. Wanneer u het voetpedaal dieper
intrapt, naait de machine sneller. Wanneer u uw voet van
het voetpedaal neemt, stopt de machine. Plaats niets op
het voetpedaal wanneer het apparaat niet in gebruik is.
Opmerking
(Alleen voor de VS)
Voetpedaal: model KD-1902
U kunt dit voetpedaal gebruiken met de
modellen XL-5050/XL-5060/XL-5070/
XL-5051/XL-5061/XL-5071.
.
De naald inbrengen
1
Haal de netstekker uit het stopcontact.
1
2
Zorg dat geen materiaal of stof op het
voetpedaal blijft liggen. Hierdoor kan
brand ontstaan of kunt u een elektrische
schok krijgen.
Zet de hoofdschakelaar uit voordat u de
naald vervangt. Wanneer u de
hoofdschakelaar ingeschakeld laat en per
ongeluk het voetpedaal intrapt, start de
machine en kunt u letsel oplopen.
Gebruik uitsluitend naalden voor
huishoudnaaimachines. Andere naalden
kunnen verbuigen of breken en letsel
veroorzaken.
Gebruik nooit een verbogen naald. Een
verbogen naald breekt gemakkelijk, wat
letsel kan veroorzaken.
VOORZICHTIG
VOORZICHTIG
XL5000nl.book Page 7 Thursday, November 20, 2003 10:16 AM
UW NAAIMACHINE LEREN KENNEN ——————————————————————————————————————————————
8
2
Zet de naaldstang in de hoogste stand.
3
Zet de persvoet omlaag.
4
Als reeds een naald is geplaatst, haalt u deze
eruit door met een schroevendraaier de
naaldklem los te draaien en de naald omlaag
te trekken.
1 Schroevendraaier
Probeer niet met kracht de
naaldklemschroef los of vast te draaien.
Hierdoor kunnen onderdelen van de
naaimachine beschadigd raken.
5
Breng de naald in met de vlakke kant naar
achteren, totdat de naald de naaldstopper
raakt.
Draai de naaldklem vast.
1 Schroevendraaier
2 Naaldstopper
3 Naald
De naald controleren
1
De naainaald moet altijd recht en scherp zijn
om soepel te kunnen naaien.
2
U kunt controleren of de naald verbogen is door de
vlakke kant van de naald op een vlakke ondergrond
te plaatsen zoals aangegeven in de illustratie.
3
Vervang de naald als deze verbogen of stomp is.
De persvoet verwisselen
Welke persvoet u moet gebruiken, hangt af van wat
u wilt naaien en hoe.
Vastkliktype
1
Zet de naald in de hoogste stand door het
handwiel naar u toe te draaien (tegen de klok in)
en zet de persvoethendel omhoog.
2
Maak de persvoet los door de hendel achter
op de houder omhoog te zetten.
Duw de naald naar binnen totdat deze de
naaldstopper raakt en draai met een
schroevendraaier de naaldklemschroef
stevig aan. Als de naald niet volledig in
de naaldklem zit of de naaldklemschroef
loszit, kan de naald breken en kan de
machine beschadigd raken.
1
1
3
2
VOORZICHTIG
Zet altijd de hoofdschakelaar uit voordat u de
persvoet verwisselt. Wanneer u de
hoofdschakelaar aan laat en het voetpedaal
intrapt, start de machine en kunt u letsel oplopen.
Gebruik altijd de juiste persvoet voor het
steekpatroon dat u hebt gekozen. Wanneer
u de verkeerde persvoet gebruikt, raakt de
naald mogelijk de persvoet. Hierdoor kan
de naald verbuigen of breken, waardoor u
mogelijk letsel oploopt.
Gebruik alleen persvoeten die zijn bedoeld voor
deze machine. Het gebruik van andere
persvoeten kan ongelukken of letsel veroorzaken.
VOORZICHTIG
XL5000nl.book Page 8 Thursday, November 20, 2003 10:16 AM
9
3
Zet een andere persvoet op de naaldplaat,
zodat de stang van de persvoet op één lijn
staat met de gleuf op de bevestigingspen.
4
Zet de persvoethendel omlaag en bevestig de
persvoet aan de bevestigingspen. Als de
persvoet op de juiste plaats zit, klikt de stang
vast.
Werken met de vrije arm
Naaien met de vrije arm is handig voor cilindrische
en moeilijk te bereiken stukken. Wanneer u uw
machine wilt omzetten op de vrij arm, haalt u de
uitklaptafel eruit.
1 Til de bodem van de uitklaptafel naar u toe.
2 Trek de uitklaptafel uit de machine.
1 Uitklaptafel
De machine stabiliseren
Als de machine op een ongelijk oppervlak staat, draait
u de rubberen stabilisator rechts voor op de bodem
totdat de machine stabiel staat.
Als u de persvoet niet in de juiste richting
installeert, raakt de naald mogelijk de
persvoet. Hierdoor kan de naald breken
of verbuigen en letsel veroorzaken.
VOORZICHTIG
1
XL5000nl.book Page 9 Thursday, November 20, 2003 10:16 AM
UW NAAIMACHINE LEREN KENNEN ——————————————————————————————————————————————
10
DE REGELKNOPPEN
Patroonkeuzeknop
U kiest een steek door gewoon de
patroonkeuzeknop in de gewenste richting te
draaien. De steekbreedten en steeklengten zijn
aangegeven op de volgende pagina.
1 Patroonkeuzeknop
Opmerking
U kunt de patroonkeuzeknop niet direct van
de laatste steek naar de eerste draaien of
van de eerste naar de laatste. Als u de eerste
steek wilt selecteren wanneer de laatste is
weergegeven of de laatste wilt selecteren als
de eerste is weergegeven, draait u de
patroonkeuzeknop in de tegengestelde
richting totdat de gewenste steek wordt
weergegeven.
21 steken (Automatisch knoopsgat in 1 stap)
17 steken (Automatisch knoopsgat in 1 stap)
17 steken (Knoopsgat in 4 stappen)
1
1
2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20 21
1
2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17
1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17
XL5000nl.book Page 10 Thursday, November 20, 2003 10:16 AM
11
Aanbevolen breedte en lengte voor steken
21 steken (Automatisch knoopsgat in 1 stap)
Patroon Steek
Aanbevolen
breedte
[mm (inch)]
Aanbevolen lengte
[mm (inch)]
Pagina
1
AUTOMATISCH KNOOPSGAT IN
1 STAP
5
(3/16)
-1.5
(1/64-1/16)
30
2
RECHTE STEEK
(MIDDEN)
1-4
(1/16-3/16)
25, 34, 35
3
RECHTE STEEK
(LINKS)
1-4
(1/16-3/16)
25, 34, 35
4
ZIGZAGSTEEK
1.7
(1/16)
-4
(1/64-3/16)
26, 33, 36
5
ZIGZAGSTEEK
3.5
(1/8)
-4
(1/64-3/16)
26, 33, 36
6
ZIGZAGSTEEK
5
(3/16)
-4
(1/64-3/16)
26, 33, 36
7
BLINDE ZOOMSTEEK
3.5
(1/8)
-2
(1/64-1/16)
27
8
SCHELPRIJGSTEEK
5
(3/16)
-3
(1/64-1/8)
27
9
ELASTISCHE STEEK
5
(3/16)
-2.5
(1/64-3/32)
28
10
BLINDZOOM STRETCHSTEEK
5
(3/16)
-1.5
(1/64-1/16)
27
11
SCHELPSTEEK
5
(3/16)
-1.5
(1/64-1/16)
28
12
DRIEVOUDIGE STRETCHSTEEK
(MIDDEN)
Vast
2.5 (3/32)
25
13
DRIEVOUDIGE STRETCHSTEEK
(LINKS)
Vast
2.5 (3/32)
25
14
DRIEVOUDIGE ZIGZAGSTEEK
1.7
(1/16)
Vast
2.5 (3/32)
30
15
DRIEVOUDIGE ZIGZAGSTEEK
3.5
(1/8)
Vast
2.5 (3/32)
30
16
DRIEVOUDIGE ZIGZAGSTEEK
5
(3/16)
Vast
2.5 (3/32)
30
17
OVERLOCK STRETCHSTEEK
3.5
(1/8)
Vast
2.5 (3/32)
29
18
ELASTISCHE OVERLOCKSTEEK
5
(3/16)
Vast
2.5 (3/32)
29
19
TAKSTEEK
5
(3/16)
Vast
2.5 (3/32)
29
20
PIJLKOPSTEEK
5
(3/16)
Vast
2.5 (3/32)
29
21
DECORATIEVE STEEK
5
(3/16)
Vast
2.5 (3/32)
30
XL5000nl.book Page 11 Thursday, November 20, 2003 10:16 AM
UW NAAIMACHINE LEREN KENNEN ——————————————————————————————————————————————
12
17 steken (Automatisch knoopsgat in 1 stap)
Patroon Steek
Aanbevolen
breedte
[mm (inch)]
Aanbevolen lengte
[mm (inch)]
Pagina
AUTOMATISCH KNOOPSGAT IN
1 STAP
5
(3/16)
-1.5
(1/64-1/16)
30
2
RECHTE STEEK
(MIDDEN)
1-4
(1/16-3/16)
25, 34, 35
3
RECHTE STEEK
(LINKS)
1-4
(1/16-3/16)
25, 34, 35
4
ZIGZAGSTEEK
1.7
(1/16)
-4
(1/64-3/16)
26, 33, 36
5
ZIGZAGSTEEK
3.5
(1/8)
-4
(1/64-3/16)
26, 33, 36
6
ZIGZAGSTEEK
5
(3/16)
-4
(1/64-3/16)
26, 33, 36
7
BLINDE ZOOMSTEEK
3.5
(1/8)
-2
(1/64-1/16)
27
8
SCHELPRIJGSTEEK
5
(3/16)
-3
(1/64-1/8)
27
9
ELASTISCHE STEEK
5
(3/16)
-2.5
(1/64-3/32)
28
10
DRIEVOUDIGE STRETCHSTEEK
(MIDDEN)
Vast
2.5 (3/32)
25
11
DRIEVOUDIGE STRETCHSTEEK
(LINKS)
Vast
2.5 (3/32)
25
12
DRIEVOUDIGE ZIGZAGSTEEK
1.7
(1/16)
Vast
2.5 (3/32)
30
13
DRIEVOUDIGE ZIGZAGSTEEK
3.5
(1/8)
Vast
2.5 (3/32)
30
14
DRIEVOUDIGE ZIGZAGSTEEK
5
(3/16)
Vast
2.5 (3/32)
30
15
OVERLOCK STRETCHSTEEK
3.5
(1/8)
Vast
2.5 (3/32)
29
16
ELASTISCHE OVERLOCKSTEEK
5
(3/16)
Vast
2.5 (3/32)
29
17
TAKSTEEK
5
(3/16)
Vast
2.5 (3/32)
29
1
XL5000nl.book Page 12 Thursday, November 20, 2003 10:16 AM
13
17 steken (Knoopsgat in 4 stappen)
Patroon Steek
Aanbevolen
breedte
[mm (inch)]
Aanbevolen lengte
[mm (inch)]
Pagina
1
KNOOPSGAT IN 4 STAPPEN
5
(3/16)
-1.5
(1/64-1/16)
31
2
ZIGZAGSTEEK
1.7
(1/16)
-4
(1/64-3/16)
26, 33, 36
3
ZIGZAGSTEEK
3.5
(1/8)
-4
(1/64-3/16)
26, 33, 36
4
ZIGZAGSTEEK
5
(3/16)
-4
(1/64-3/16)
26, 33, 36
5
RECHTE STEEK
(MIDDEN)
1-4
(1/16-3/16)
25, 34, 35
6
RECHTE STEEK
(LINKS)
1-4
(1/16-3/16)
25, 34, 35
7
BLINDZOOM STRETCHSTEEK
5
(3/16)
-1.5
(1/64-1/16)
27
8
SCHELPRIJGSTEEK
5
(3/16)
-3
(1/64-1/8)
27
9
ELASTISCHE STEEK
5
(3/16)
-2.5
(1/64-3/32)
28
10
DRIEVOUDIGE ZIGZAGSTEEK
1.7
(1/16)
Vast
2.5 (3/32)
30
11
DRIEVOUDIGE ZIGZAGSTEEK
3.5
(1/8)
Vast
2.5 (3/32)
30
12
DRIEVOUDIGE ZIGZAGSTEEK
5
(3/16)
Vast
2.5 (3/32)
30
13
DRIEVOUDIGE STRETCHSTEEK
(MIDDEN)
Vast
2.5 (3/32)
25
14
DRIEVOUDIGE STRETCHSTEEK
(LINKS)
Vast
2.5 (3/32)
25
15
PIJLKOPSTEEK
5
(3/16)
Vast
2.5 (3/32)
29
16
ELASTISCHE OVERLOCKSTEEK
5
(3/16)
Vast
2.5 (3/32)
29
17
TAKSTEEK
5
(3/16)
Vast
2.5 (3/32)
29
XL5000nl.book Page 13 Thursday, November 20, 2003 10:16 AM
19
6
Haal de draad omlaag achter de
draadgeleider.
1 Draadgeleider
7
Haal de draad van achteren naar voren door
de naald en trek ongeveer 5 cm draad uit.
1 5 cm
Opmerking
Als de draadophaalhendel omlaag staat,
kunt u de bovendraad niet om de
draadophaalhendel wikkelen. Zet de
persvoethendel en de draadophaalhendel
omhoog voordat u de bovendraad invoert.
Als u de draad niet goed invoert, kan dit
leiden tot problemen bij het naaien.
Werken met de naaldinrijger (modellen
die zijn uitgerust met een naaldinrijger)
Zet de hoofdschakelaar op “O”.
1
Zet de persvoethendel omlaag.
2
Draai het handwiel naar u toe (tegen de klok
in) totdat de onderkant van de naaldhouder
op één lijn staat met de onderkant van de
houder voor de naaldinrijghaak.
1 Naaldhouder
2 Hendel van naaldinrijger
3 Haakhouder
4 Op één lijn zetten
Opmerking
Als u de naaldinrijger gebruikt, zorg dan de
onderkant van de naaldhouder op één lijn
staat met de onderkant van de
naaldinrijghaak voordat u de
naaldinrijghendel omlaag zet. Anders
beschadigt de haak mogelijk.
3
Terwijl u de hendel van de naaldinrijger
omlaag haalt, haakt u de draad op de geleider.
1 Naaldhouder
2 Hendel van naaldinrijger
3 Geleider
4
Haal de hendel van de naaldinrijger zo veel
mogelijk omlaag en draai de hendel naar de
achterkant van de machine (van u af). Let op
dat de haak door het oog van de naald gaat en
de draad pakt.
Houd de draad voor de naald, zodat de
haak de draad pakt.
1
1
4
3
2
1
2
3
1
XL5000nl.book Page 19 Thursday, November 20, 2003 10:16 AM
23
Juiste spanning
Het is belangrijk dat u werkt met de juiste
spanning. Een te hoge of te lage spanning leidt tot
zwakkere naden, of de stof gaat trekken.
1 Achterkant
2 Voorkant
2
1
2
1
XL5000nl.book Page 23 Thursday, November 20, 2003 10:16 AM
UW NAAIMACHINE LEREN KENNEN ——————————————————————————————————————————————
24
TABEL VAN COMBINATIES STOF, NAALD EN DRAAD
Opmerking
Kies het juiste formaat naald en draad uit bovenstaande tabel.
Gebruik voor bovendraad en onderdraad een draad van dezelfde dikte.
Gebruik voor transparante nylondraad altijd naald 90/14 - 100/16.
Soort stof
Draad
Formaat naald
Type Formaat
Middelzwa-
re
stoffen
Popeline Katoen
60
80
75/1190/14
Tafzijde
Synthetisch
gemerceriseerd
Flanel,
Gabardine
Zijde of
met zijde
afgewerkt
50
80
Lichte
stoffen
Kamerdoek, Batist Katoen
60
80
75/11
Crêpe georgette
Synthetisch
gemerceriseerd
Challis, Satijn Zijde
5080
Zware
stoffen
Denim Katoen
3050
90/14
100/16
Corduroy
Synthetisch
gemerceriseerd
50
Tweed Zijde
Stretch
stoffen
Jersey
Draad voor
gebreide stoffen
50
60
Ballpointnaald
(goudkleurig)
75/1190/14
Tricot
Voor versteviging
Synthetisch
gemerceriseerd
30
90/14100/16
Zijde
Houd u aan de combinaties van naald, draad en stof in de tabel. Wanneer u bijvoorbeeld voor
een zware stof als denim een kleine naald gebruikt (zoals 75/11), kan de naald verbuigen of
breken. Ook wordt de naad mogelijk ongelijkmatig, gaat de stof trekken of slaat de machine
steken over.
VOORZICHTIG
XL5000nl.book Page 24 Thursday, November 20, 2003 10:16 AM
41
Nee Nee Nee Nee
Nee
Nee
Nee
Nee Nee
Nee Nee
Nee
Nee
Nee
NEEM CONTACT OP MET UW PLAATSELIJKE SERVICECENTRUM
Nee
DE STOF WORDT
NIET GOED
INGEVOERD
MACHINE MAAKT
LAWAAI OF
WERKT
LANGZAAM
MACHINE START
NIET
NAALD BREEKT
De
steeklengteknop
staat op 'geen
invoer'.
De combinatie
naaldformaat/draad
dikte/stof is niet
juist.
Er is een naald van
inferieure kwaliteit
gebruikt.
De draad zit in de
war.
De transporteurs
staan omlaag.
De naald is niet
goed ingebracht.
Er is een naald van
inferieure kwaliteit
gebruikt.
De combinatie
naaldformaat/draad
dikte/stof is niet
juist.
U hebt te hard aan de stof
getrokken. Laat de invoer
over aan de transporteurs.
Trek niet aan de stof.
Er zitten pluisjes op
de onderkant van de
naaldplaat.
Onvoldoende
geolied.
De netsnoerstekker
zit niet in het
stopcontact.
De
hoofdschakelaar
staat uit.
U gebruikt het
voetpedaal niet
goed.
De spoelwinderas
is verschoven naar
de spoelpers.
Pagina 14 Pagina 8 Pagina 39 Pagina 6
Pagina 24 Pagina 8 Pagina 38 Pagina 7
Pagina 8 Pagina 24 Pagina 7
Pagina 18 Pagina 15
Pagina 14
XL5000nl.book Page 41 Thursday, November 20, 2003 10:16 AM
UW NAAIMACHINE LEREN KENNEN ——————————————————————————————————————————————
42
De machine opnieuw inpakken
Bewaar het karton en de verpakkingsmaterialen. Wellicht moet u de machine ooit vervoeren of opsturen,
bijvoorbeeld voor reparatie. Als u de machine niet goed verpakt, of niet het juiste verpakkingsmateriaal
gebruikt, kan de machine beschadigd raken.
Volg de aanwijzingen in het diagram als u de machine opnieuw wilt inpakken.
Dit verpakkingsmateriaal is ontworpen om beschadiging te voorkomen. Bewaar dit
verpakkingsmateriaal voor wanneer u de machine moet vervoeren of moet opsturen voor
reparatie.
BELANGRIJK
XL5000nl.book Page 42 Thursday, November 20, 2003 10:16 AM
25


Need help? Post your question in this forum.

Forumrules


Report abuse

Libble takes abuse of its services very seriously. We're committed to dealing with such abuse according to the laws in your country of residence. When you submit a report, we'll investigate it and take the appropriate action. We'll get back to you only if we require additional details or have more information to share.

Product:

For example, Anti-Semitic content, racist content, or material that could result in a violent physical act.

For example, a credit card number, a personal identification number, or an unlisted home address. Note that email addresses and full names are not considered private information.

Forumrules

To achieve meaningful questions, we apply the following rules:

Register

Register getting emails for Brother Prestige 50 at:


You will receive an email to register for one or both of the options.


Get your user manual by e-mail

Enter your email address to receive the manual of Brother Prestige 50 in the language / languages: Dutch as an attachment in your email.

The manual is 1,92 mb in size.

 

You will receive the manual in your email within minutes. If you have not received an email, then probably have entered the wrong email address or your mailbox is too full. In addition, it may be that your ISP may have a maximum size for emails to receive.

Others manual(s) of Brother Prestige 50

Brother Prestige 50 User Manual - English - 45 pages

Brother Prestige 50 User Manual - German - 45 pages

Brother Prestige 50 User Manual - French - 45 pages


The manual is sent by email. Check your email

If you have not received an email with the manual within fifteen minutes, it may be that you have a entered a wrong email address or that your ISP has set a maximum size to receive email that is smaller than the size of the manual.

The email address you have provided is not correct.

Please check the email address and correct it.

Your question is posted on this page

Would you like to receive an email when new answers and questions are posted? Please enter your email address.



Info