nl Wat te doen bij storingen?
30
Etensresten op het
serviesgoed.
Serviesgoed te dicht op elkaar
ingeruimd, servieskorf te vol.
Het serviesgoed zodanig inruimen dat er
voldoende vrije ruimte aanwezig is en de
sproeistralen het oppervlak van het
serviesgoed kunnen bereiken.
Aanraakpunten vermijden.
Sproeiarmen konden niet
ongehinderd ronddraaien.
Het serviesgoed zodanig inruimen dat de
draaibeweging van de sproeiarm niet wordt
gehinderd.
Sproeiers van sproeiarmen
verstopt.
Sproeiers van de sproeiarm reinigen
(zie Reinigen en onderhouden).
Zeven 1: vuil. Zeven schoonmaken (zie Reinigen en
onderhouden).
Zeef 1: onjuist aangebracht
en/of niet vastgezet.
Zeef goed aanbrengen en vastzetten.
Te zwak afwasprogramma
gekozen.
Krachtiger spoelprogramma kiezen.
Serviesgoed te sterk
voorgereinigd, daarom kiest de
sensortechniek voor een zwak
spoelprogramma. Hardnekkig
vuil kan gedeeltelijk niet worden
verwijderd.
Serviesgoed niet voorspoelen. Alleen de
grotere etensresten verwijderen.
Geadviseerd programma Eco 50° of
Intensief.
Hoge, smalle serviesdelen
worden in de hoeken
onvoldoende uitgespoeld.
Hoge, smalle serviesdelen niet te schuin en
niet in de hoeken inruimen.
Reinigingsmiddelresten Deksel van het
reinigingsmiddelbakje
geblokkeerd door serviesgoed,
daarom gaat het deksel niet
volledig open.
Deksel van het reinigingsmiddelbakje mag
niet worden gehinderd door serviesgoed.
Deksel van het
reinigingsmiddelbakje wordt
geblokkeerd door het tablet.
Het tablet moet dwars en niet op de korte
kant worden gelegd.
Tabletten gebruikt in het
snelprogramma of korte
programma.
Oplostijd van het
reinigingsmiddel wordt niet
bereikt binnen het gekozen korte
programma.
Oplostijd van tabletten van een
snelprogramma of een kort programma is te
lang
Reinigingspoeder of een krachtiger
programma gebruiken.
Reinigende werking en
oplosgedrag nemen af bij langere
opslagtijd, of het reinigingsmiddel
klontert sterk.
Ander reinigingsmiddel gebruiken.
Storing Oorzaak Oplossing