nl
74
Inschakelen van
het apparaat
Temperatuurregelaar, afb. 2/A, uit
regelstand „0” draaien. Het apparaat
begint te koelen. De verlichting is
ingeschakeld wanneer de deur open is.
Aanwijzingen bij het gebruik
■ De voorzijde van het apparaat achter
de deur wordt gedeeltelijk licht
verwarmd waardoor de vorming van
condenswater in de buurt van de
deurafdichting wordt voorkomen.
■ Wanneer de deur van de
diepvriesruimte na het sluiten niet
direct weer geopend kan worden,
dient u even te wachten tot de
onderdruk is verdwenen.
De temperatuur in de koelruimte wordt
warmer:
■ doordat de deur van het apparaat
vaak geopend wordt,
■ door het inladen van grote
hoeveelheden levensmiddelen,
■ door een hoge
omgevingstemperatuur.
Instellen van
de temperatuur
Temperatuurregelaar, afb. 2/A, op de
gewenste instelling draaien.
Bij een gemiddelde instelling wordt de
temperatuur in de koudste zone
ca. +4 °C. Afb. 3
Hogere instellingen veroorzaken koudere
temperaturen in de koel- en
diepvriesruimte.
Wij adviseren:
■ Gevoelige levensmiddelen niet
opslaan op een temperatuur lager
dan +4 °C.
■ Een lage instelling voor het
kortstondig opslaan van
levensmiddelen
(energiebesparingsstand).
■ Een gemiddelde instelling voor het
langdurig opslaan van
levensmiddelen.
■ Een hoge instelling alleen voor korte
tijd instellen wanneer de deur vaak
wordt geopend en wanneer er grote
hoeveelheden levensmiddelen worden
opgeslagen in de koelruimte.