54
Bediening
Ventilator
aan/uit
Ventilatorstanden Naloop ventilator Licht
Intensief-stand
Verzadigingsindicatie
vetlter
De ventilator wordt bediend door de
sensortoetsen licht aan te raken.
N.B.: Wij raden u aan de ventilator in te
schakelen zodra u begint met koken en hem
pas enkele minuten na het koken weer uit te
schakelen.
Zo wordt de keukendamp het eectiefst
verwijderd.
Ventilator inschakelen en
ventilatorstanden instellen
Druk op de toets W. De ventilator schakelt
op stand 2.
Druk op de desbetreffende toets voor het
instellen van de gewenste ventilatorstand.
Ventilator uitschakelen
Druk op de toets W.
Intensief-stand
Op de intensief-stand werkt de ventilator op
zijn hoogste vermogen. Deze stand kan
worden gebruikt wanneer er kortstondig een
sterke damp- en geurvorming plaatsvindt.
Druk op de toets q.
Als de intensief-stand niet handmatig wordt
uitgeschakeld, schakelt de ventilator na
10 minuten automatisch op stand 2.
Naloop ventilator
Druk op de toets p.
De ventilator loopt 10 minuten op de
gekozen stand. Daarna schakelt de ventilator
automatisch uit.
Verlichting
De verlichting kan onafhankelijk van de
ventilator in- en uitgeschakeld worden.
Om de lichtsterkte in te stellen, houdt u toets
0 ingedrukt tot de gewenste lichtsterkte is
bereikt.
Verzadigingsindicaties
Wanneer de vetfilters zijn verzadigd, klinkt
er na uitschakeling van de ventilator
gedurende 6 seconden een signaal. De
indicatie
J
brandt.
De vetfilters dienen nu gereinigd te worden.
Druk op toets
J
om de indicatie uit te
schakelen.
Signaal uit- en inschakelen
Bij het indrukken van een toets klinkt er ter
bevestiging een signaal.
Om het signaal uit te schakelen, drukt u
gelijktijdig ca. 3 seconden op de toetsen 0 en
p. Ter bevestiging klinkt er een signaal.
Om het signaal in te schakelen, herhaalt u
deze handeling.
Toetsen blokkeren
Om de toetsen te blokkeren, drukt u
gelijktijdig ca. 3 seconden op 0 en
q.
De toetsen blijven ca. 30 seconden
geblokkeerd.
Om de blokkering voortijdig ongedaan te
maken, herhaalt u deze handeling.