5
8. Omgang en onderhoud.
8.1 Batterij
• Het apparaat heeft een oplaadbare batterij. Wanneer de
voedingsspanning laag is, laadt u de batterij op.
• Koppel de oplader los van het stopcontact en het apparaat wanneer u
het niet gebruikt. Laat de batterij niet langer dan een week opgeladen,
omdat dit de levensduur van de batterij kan verkorten.
• Extreme temperaturen kunnen ook van invloed zijn op de batterij. Als
de omgevingstemperatuur hoger is dan 40 °C, laad de batterij dan niet
op.
• Gebruik geen beschadigde batterij of lader.
Sluit de batterij niet kort. Een metalen object zoals een munt, clip of pen
kan bijvoorbeeld kortsluiting veroorzaken.
• Laat de batterij niet achter op warme (zoals een auto in de zomer) of te
koud (bijv bevriezen) plaats, omdat zij haar leven kan verminderen.
Probeer de batterij op te slaan tussen 15 ° C en 25 ° C. Een te koude of te
warme batterij kan tijdelijk niet werken, zelfs als deze volledig is
opgeladen.
• Gooi de batterij niet in een vuur. Voer de gebruikte batterij af volgens
de plaatselijke voorschriften en recycle indien mogelijk.
8.2 Onderhoud van de machine
• Houd het apparaat droog. Neerslag, mist en alle andere vloeistoffen
kunnen corrosie in de printplaten veroorzaken. Als de batterij nog steeds
nat is, verwijdert u de batterij. Zet het niet terug totdat het apparaat
volledig droog is.
• Bewaar het product niet op stoffige plaatsen, omdat bewegende delen
en elektrische accessoires kunnen worden beschadigd.
• Bewaar het apparaat niet op warme plaatsen. Hoge temperaturen
kunnen de levensduur van de elektrische apparaten verkorten, de
batterij beschadigen en de plastic onderdelen doen smelten.
• Bewaar het apparaat niet op een koude plaats. Wanneer het apparaat
op de normale temperatuur terugkeert, kan de interne damp elektrische
circuits beschadigen.
• Open het apparaat alleen zoals beschreven in deze handleiding.