Een aangepast waarschuwing instellen voor oproepen of berichten van een bepaalde
contactpersoon
1. Klik in de profielenlijst op Geavanceerd.
2. Druk op de Menutoets.
3. Klik op Nieuwe uitzondering.
4. Typ in het veld Uitzondering een naam voor de profieluitzondering.
5. Druk in het veld Van op de Menutoets.
6. Klik op Naam toevoegen.
7. Klik op een contactpersoon.
8. Om een andere contactpersoon toe te voegen, herhaalt u stap 5 t/m 7.
9. Stel in het veld Profiel gebruiken het profiel in waarop de uitzondering moet worden gebaseerd.
10. Om een beltoon in te stellen, schakelt u het selectievakje Aangepaste beltoon in. Stel een beltoon in.
11. Druk op de Menutoets.
12. Klik op Opslaan.
De volgorde van uitzonderingen op waarschuwingsprofielen wijzigen
1. Klik in de profielenlijst op Geavanceerd.
2. Markeer een uitzondering op een waarschuwingsprofiel.
3. Druk op de Menutoets.
4. Klik op Verplaatsen.
5. Ga met de trackball naar de nieuwe locatie.
6. Klik met de trackball.
Een uitzondering op een waarschuwingsprofiel wijzigen
1. Klik in de profielenlijst op Geavanceerd.
2. Markeer een uitzondering op een waarschuwingsprofiel.
3. Druk op de Menutoets.
4. Klik op Bewerken.
5. Wijzig de gegevens voor een uitzondering op een waarschuwingsprofiel.
6. Druk op de Menutoets.
7. Klik op Opslaan.
De lijst met contactpersonen wijzigen voor een uitzondering op een waarschuwingsprofiel
1. Klik in de profielenlijst op Geavanceerd.
209