• Om naar beneden te gaan in een scherm, drukt u op de spatietoets.
• Om het eerste bericht in een berichtenlijst te gaan, drukt u op 1.
• Om naar het laatste bericht in een berichtenlijst te gaan, drukt u op 7.
• Als u een bericht naar boven wilt gaan, drukt u op 2.
• Als u een bericht naar beneden wilt gaan, drukt u op 8.
• Om naar de volgende datum te gaan, drukt u op 6.
• Om naar de vorige datum te gaan, drukt u op 4.
Snelkoppelingen voor het typen
• U kunt een punt invoegen door twee keer op de spatietoets te drukken. Het volgende woord begint dan met een hoofdletter.
• U kunt een hoofdletter typen door de lettertoets ingedrukt te houden totdat de hoofdletter wordt weergegeven.
• U kunt het andere teken op een toets typen door de Alt-toets ingedrukt te houden en op de tekentoets te drukken.
• U kunt een teken met een accent of een speciaal teken typen door de lettertoets ingedrukt te houden en de trackball naar links
of naar rechts te draaien. Klik op een geselecteerd teken. U kunt bijvoorbeeld een ü typen door 3 ingedrukt te houden en de
trackball naar links te draaien tot ü is gemarkeerd. Klik met de trackball.
• U kunt nummers in een nummerveld typen door op een cijfertoets te drukken. U hoeft niet op de Alt-toets te drukken.
• U kunt een getal in een tekstveld typen door de Alt-toets ingedrukt te houden en op de cijfertoets te drukken.
• U kunt letters in een nummerveld typen door de Alt-toets ingedrukt te houden en de Multitap-invoermethode te gebruiken.
• U kunt de nummervergrendeling inschakelen door de Shift-toets ingedrukt te houden en op de Alt-toets te drukken. U kunt de
nummervergrendeling uitschakelen door op de Alt-toets te drukken.
• U kunt in de toestelopties overschakelen naar een andere invoertaal door op het taalscherm te controleren of het veld
Snelkoppeling invoermethode gebruiken is ingesteld op Ja. Houd de Alt-toets ingedrukt en druk op de Enter-toets. Blijf de
Alt-toets ingedrukt houden en markeer een taal. Laat de Alt-toets los.
• Wilt u een lang woord snel invoeren, typ dan een deel van het woord. Markeer in de lijst die verschijnt terwijl u typt een item met
dezelfde beginletters als het woord dat u wilt typen. Draai de trackball naar rechts. Markeer in de tweede lijst die op het scherm
verschijnt het woord dat u wilt typen. Druk op de Enter-toets.
Symbolen invoegen
• Om een apenstaartje (@) of een punt (.) in te voegen in een e-mailadres drukt u op de spatietoets.
• U kunt een symbool typen door op de Symbol-toets te drukken. Druk nog een keer op deSymbool-toets als u meer symbolen
wilt weergeven. Typ de letter die onder het gewenste symbool verschijnt.
Werken met tekst
• U kunt een regel tekst markeren door op de Shift-toets te drukken en de trackball omhoog of omlaag te draaien.
• U kunt tekst teken voor teken markeren door de Shift-toets ingedrukt te houden en de trackball naar links of naar rechts te
draaien.
• U kunt een tekstselectie annuleren door op de Escape-toets te drukken.
• U kunt tijdens het typen gemarkeerde tekst knippen door op de Shift-toets en de Backspace/Delete-toets te drukken.
• U kunt tijdens het typen gemarkeerde tekst kopiëren door op de Alt-toets te drukken en met het wieltje te klikken.
17