58
Op deze manier worden eventuele
ongelukken vermeden.
4.- DE DWARSSTANG VAN DE
ZIJSTANGEN BEVESTIGEN.-
Plaats de dwarsstang (7) in het
bovenste deel van de rechterstang
(4R), Fig.3.
Doe de dwarsstang in het gat en maak
vast met schroef (15).
Doe de stang vervolgens in het gat
van de linker zijstang (4L) en maak
vast met schroef (15), Fig.3.
5.- PLAATSING VAN DE MONITOR:
Verbindt u de controlekabel (H) Fig.4,
die uit de monitor steekt, met de
controlekabel (20) die uit het frame
(4L) bevinden, los en verbind de
terminal van de verbindingskabels (C-
F) die uit de monitor steken met de
kabel (103-21) die uit de
framebuisFig.4, steekt en plaatst de
schroeven (24), waarbij u ervoor dient
te zorgen dat de kabels niet bekneld
raken en draait de schroeven vast.
BELANGRIJK: De cilinder (54) Fig.5
is onder hoge druk gefabriceerd, en
dient daarom voorzichtig behandeld te
worden. Wanneer er hard tegenaan
gestoten wordt, kan deze beschadigd
raken en dit kan het correct
functioneren van de loopband negatief
beïnvloeden.
OPKLAPPEN VAN HET APPARAAT.-
Deze loopband beschikt over een
mechanisme dat het mogelijk maakt
het apparaat op te vouwen om het op
te bergen. Hiervoor brengt u de
loopband tot stilstand, zet de helling
op de minimumstand, haalt de stekker
uit het stopcontact en tilt u de basis op
totdat u een “klik” hoort en de grendel
(O) vergrendeld is Fig.6. Kies een
droge plaats, met zo min mogelijk
temperatuursschommelingen, om het
apparaat op te bergen.
UITKLAPPEN VAN HET
APPARAAT.-
Wanneer u de loopband wilt
gebruiken, volgt u de om- gekeerde
volgorde. Druk met uw voet op de
grendel (O) in de richting van de pijl
zoals wordt getoond in Fig.6 en breng
de band langzaam naar de grond.
Bij het inen uitklappen van het
apparaat, dient u er voor te zorgen dat
er zich geen kinderen of obstakels die
de beweging in de weg staan, in de
buurt bevinden.
VERPLAATSEN EN OPBERGEN.-
Het apparaat is voorzien van wieltjes
(10), Fig.7, wat het verplaatsen
vergemakkelijkt. Verzeker u ervan dat de
stekker uit het stopcontact is genomen.
Voordat u het apparaat verplaatst dient
u dit eerst te hebben opgeklapt.
Vervolgens plaatst u de handen op de
handgrepen (M en N) en laat de
loopband overhellen, Fig.7, totdat de
transportwieltjes (10) op de grond
rusten. Vervoer de loopband, dit ter
voorkoming van gevaarlijke situaties,
NIET over oneffen oppervlakken.
ONDERHOUD.-
Voor een optimaal functioneren van
uw apparaat, en om er voor te zorgen
dat er zo min mogelijk wrijving
ontstaat tussen de band en de plaat,
dient u de binnenkant van de band,
Fig.8, te smeren (als gevolg van
individuele loopstijlen dient u speciale
aandacht te besteden aan de zone
waar u uw voeten neerzet tijdens de
oefeningen) met het bijgeleverde
smeermiddel (127).