7
−
NIET bij patiënten die bij de plek op het lichaam waar u het apparaat gebruikt onrustig zijn
(bijv. beven).
−
NIET in de buurt van brandbare of explosieve gasmengsels.
•
Bij personen met doorbloedingsstoornissen kan langdurig gebruik van de pulse-oximeter
pijn veroorzaken of tot onpasselijkheid leiden. Gebruik de pulse-oximeter daarom niet
langer dan 2 uur op één vinger.
•
Stel naar aanleiding van de meetresultaten geen eigen diagnose en voer geen zelfbehande-
ling uit zonder uw behandelend arts te raadplegen. Begin vooral niet op eigen initiatief aan
nieuwe medicatie en wijzig de soort en/of dosering van bestaande medicatie niet.
•
Kijk tijdens de meting niet direct in de binnenzijde van de behuizing. Het rode licht en het
onzichtbare infraroodlicht van de pulse-oximeter zijn schadelijk voor de ogen.
•
Dit apparaat mag niet worden gebruikt door personen (waaronder kinderen) met beperkte
fysieke, zintuiglijke of geestelijke vermogens, of personen die niet bekend zijn met de functi-
onaliteiten/beperkingen van het apparaat. Gebruik door deze personen is alleen toegestaan
wanneer het plaatsvindt onder toezicht van een voor hun veiligheid verantwoordelijke per-
soon, of wanneer zij van deze persoon aanwijzingen hebben ontvangen voor het gebruik. Er
dient toezicht te worden gehouden op kinderen, zodat zij niet met het apparaat spelen.
•
Aan de hand van de weergaven van de polsslaggolf en de polsslagstaaf kan geen schatting
worden gemaakt van de kracht van de polsslag of de doorbloeding op het meetpunt. De
indicatoren dienen uitsluitend als weergave van de actuele optische signaalvariatie op het
meetpunt en zijn niet geschikt voor het nauwkeurig diagnosticeren van de polsslag.
Wanneer de volgende aanwijzingen niet worden gevolgd, kan dit leiden tot onnauwkeurige of
foutieve metingen.
•
Op de vinger waarop de meting wordt uitgevoerd mag geen nagellak, kunstnagel of andere
cosmetica zijn aangebracht.