rechte steek nr. 1
soort en dikte afhankelijk van de stof
katoen/polyester
omhoog (naaipositie)
ritsvoet nr. 4
ritszool nr. 4 (activa 220)
uiterst rechts of uiterst links
Voorbereiding
•
rits inrijgen
•
randen van de stof liggen in het midden van de rits tegen elkaar
Naaien
•
rits aan beide kanten van beneden naar boven vastnaaien,
parallel t.o.v. de rand van de stof
•
naaldstand één keer uiterst rechts, één keer uiterst links instellen
•
de naaivoet loopt langs de tandjes van de rits
•
de naald moet net langs de tandjes van de rits in de stof steken
Rits inzetten
Er kan niet over het lipje van
de rits worden genaaid
•
rits sluiten, tot ong. 5 cm
voor het lipje naaien
•
naald in de stof zetten,
naaivoet omhoogzetten, rits
openmaken, naaivoet laten
zakken, verder naaien
Transport bij naaibegin
•
draden bij naaibegin goed
vasthouden en de stof even-
tueel m.b.v. de draden iets
naar achteren trekken (maar
een paar steken)
Ritsband is van stevig materi-
aal of de stof is stevig en hard
•
gebruik naald nr. 90–100 =
de steek wordt regelmatiger
Steekkeuze:
Naald:
Garen:
Transporteur:
Naaivoet:
Naaldstand:
TIP