12
Bellfi res
Nederlands
Installatievoorschrift
Uitmonding in gevel:
Ter voorkoming van hinder Afstand: uitmonding - A, B of C
Bij gevels in de gestapelde bouw. Niet toegestaan als A, B, of C zich
boven de uitmonding bevindt.
Bij gevel - algemeen. (*) Boven uitmonding: >2 m
Onder uitmonding: >0,75 m
Links en rechts van uitmonding: >0,75 m
Op <1 m van de dakrand. >2 m
Onder balkons, galerijen etc. >2 m tot onderzijde van een
uitstekend balkon of galerij.
Onder balkons, galerijen etc. >2 m
als de uitmonding doorloopt
tot aan de voorzijde.
In de tuin of op het terras. >2 m tot de buitenruimte. (**)
T.o.v. tegenoverliggende gevel. >2 m (indien de afstand tot de
tegenoverliggende gevel kleiner is,
geldt voor beide gevels de voorwaarden
die staan bij “gevel-algemeen”).
Informeer bij uw plaatselijk gasbedrijf voor de voorschriften m.b.t. uitmondingen in
beide tegenover elkaar gelegen gevels en uitmonding(en) in gevel(s) die een hoek
vormen.
(*) Deze minimale afstanden gelden niet als er tussen de uitmonding en A, B
of C een belemmering is aangebracht, die ten minste 0,5 m uit de gevel
steekt en een lengte heeft die groter is dan de afstand.
(**) Deze afstand is niet vereist als de uitmonding zich ten minste 1 m hoger
dan het bedoelde deel van de buitenruimte bevindt.
Uitmondingen die op een afstand van minder dan 2 m boven en minder dan 0,5 m
horizontaal gemeten van het verharde gedeelte van een voor publiek betreedbaar
oppervlak zijn geplaatst, moeten zijn voorzien van een doeltreffende afscherming.
Deze afscherming mag de goede werking van het toestel niet beïnvloeden.