2. TELEFONEREN
2.1 BELLEN
Rechtstreekse kiesmode
Druk op de toets .
Voer het te bellen nummer in.
Vóór-kiesmode
Dankzij de vóór-kiesmode kunt u een nummer invoeren en wijzigen voordat u de oproep start.
Voer een nummer in (maximaal 32 cijfers).
Druk op de toets om te wijzigen.
Druk op de toets om de oproep te starten.
Druk in beide gevallen op om een pauze in te lassen.
Druk op om aan het einde van het gesprek op te hangen of leg de handset op het basisstation.
Opmerking: De duur van het gesprek wordt enkele seconden weergegeven nadat u de lijn opgenomen heeft en
blijft enkele seconden zichtbaar nadat u opgehangen heeft.
2.2 EEN OPROEPONTVANGEN
Als u een oproep ontvangt, verschijnt op het scherm “Ext oproep” en het pictogram knippert.
Om de lijn op te nemen:
Druk op de toets .
of
Neem de handset van het basisstation (zie hoofdstuk § 6.1.4 "Het automatisch opnemen inschakelen /
uitschakelen").
Druk op of leg de handset op het basisstation om aan het einde van het gesprek op te hangen.
Opmerking: Als u uw handset uitgeschakeld heeft (zie hoofdstuk 2.8 "De handset inschakelen /
uitschakelen"), dan zal deze geen geluidsignaal uitzenden.
!Na abonnement bij Belgacom, kan het nummer of de naam van de correspondent weergegeven
worden en opgeslagen worden in de oproeplijst (zie hoofdstuk 7, "Uw correspondenten
herkennen").
!Tijdens een gesprek, heeft u toegang tot het telefoonboek (zie § 3.5 "Het telefoonboek tijdens een
gesprek raadplegen) en tot de oproeplijst* (zie § 7.1 "De lijst van ontvangen oproepen
raadplegen").
6
* Onder voorbehoud van abonnement op de dienst “Weergave van het nummer/naam" van Belgacom.