20
Faxen & Kopiëren
Contrast
Het contrast aan uw toestel is standaard ingesteld
op „middel“. Met functie 47 kunt u de contrast-
kwaliteit (helderheid) voor zowel te kopiëren als
te verzenden documenten instellen, bijvoorbeeld
donkere foto’s of formulieren op gekleurd pa-
pier.
1 Druk op M, 47 en OK.
2 Met u kunt u uit drie mogelijkheden kie-
zen:
CONTRAST: LAAG
CONTRAST: MIDDEL
CONTRAST: HOOG
3 Bevestig uw keuze met OK.
Verzendrapport –
foutrapport
Uw faxapparaat kan na elk verzonden document
een verzendrapport afdrukken, waarmee de ont-
vangst van uw document wordt bevestigd. Indien
het zenden niet geheel gelukt is, krijgt u hiervan
een foutrapport. U kunt het afdrukken van het
verzendrapport in- en uitschakelen, een foutrap-
port wordt echter altijd afgedrukt.
1 Druk op M, 28 en OK.
2 Kies met u en bevestig dit met OK.
Transmissie - snelheid
Uw faxapparaat past de overdrachtssnelheid au-
tomatisch aan de kwaliteit van de desbetreffende
telefoonlijn aan. Met name bij verzending naar
andere werelddelen kan dit proces meer tijd in
beslag nemen. Is bekend dat de kwaliteit van de
lijn slecht is, dan kunt u in functie 21 al bij voor-
baat een langzamere overdrachtssnelheid kiezen,
om de tijd en de telefoonkosten die met de au-
tomatische aanpassing gepaard zouden gaan, te
besparen.
1 Druk op M, 21 en OK.
2 Kies met u een langzamere overdrachts-
snelheid.
3 Bevestig dit met OK.
Verkleining van het
formaat
Om er zeker van te zijn dat de ontvangen faxen
die iets langer dan het A4-formaat zijn toch op 1
pagina afgedrukt worden, worden deze pagina’ s
lichtjes vertikaal verkleind. Als u dit niet wilt, dan
kunt u de verkleining in functie 29 uitschakelen:
1 Druk op M, 29 en OK.
2 Kies met u en bevestig dit met OK.
Faxjournaal
Het faxjournaal is een lijst van de laatste 10 ont-
vangen en verzonden faxen.
1 Druk op M, 27 en OK.
2 Kies met u of en wanneer het faxjour-
naal wordt afgedrukt (na elke verzending of
na tien geslaagde transmissies).
3 Bevestig met OK.
Afroep van faxen
Met behulp van deze functie kunnen documen-
ten worden opgehaald die in de gebelde fax klaar-
liggen voor verzending.
Snel afroepen
1 Kies bij opgelegde hoorn het gewenste num-
mer.
2 Houd START/COPY lang ingedrukt (gedu-
rende 2 seconden).
3 Als u ook een subadres of een code wilt in-
voeren (zie hiertoe ook de volgende paragraaf
Oproepen met code), voert u eerst het tele-
foonnummer in en sluit dit af met R.
Sluit hier het gewenste subadres of de code di-
rect op aan en houd vervolgens START/COPY
lang ingedrukt (gedurende 2 seconden). (Bij-
voorbeeld: 12345 R 17 R Code of
12345 RR Code.)
Afroepen met code
Als uw faxpartner een code heeft ingevoerd om
de op te halen documenten te beschermen tegen
onbevoegde toegang, doet u het volgende:
1 Druk op M, 22 en vervolgens op OK.
2 Voer de code in en druk op OK.