8. Kijk de deurgrendels regelmatig na om u
ervan te vergewissen dat ze proper en vrij van
etensresten zijn.
9. Nooit doen:
• Maak het toestel nooit schoon met ongeschikt
materiaal; vb. producten op basis van petroleum.
• Stel het toestel nooit bloot aan hoge
temperaturen op eender welke manier.
• Schrob, wrijf, enz. nooit met schurend
materiaal.
10. Overdreven ijsaanslag moet regelmatig
worden verwijderd. Een grote ophoping van ijs
zal afbreuk doen aan de prestatie van de
diepvriezer.
11. Om een lade te verwijderen, trekt u hem zo
ver mogelijk uit het toestel, licht u hem op en
trekt u hem er vervolgens volledig uit.
De deur verplaatsen
Ga te werk in de volgorde van de getallen
(Afbeelding 9).
Wel en niet doen
Wel- De inhoud van de diepvriezer regelmatig
controleren.
Wel- Uw toestel regelmatig schoonmaken en
ontdooien (Zie ”Ontdooien”)
Wel- Bewaar etenswaren zo kort mogelijk en
houdt u aan de vervaldatums.
Wel- Bewaar diepvriesproducten volgens de
instructies op de verpakking.
Wel- Opteer altijd voor verse etenswaren van
hoge kwaliteit en zorg ervoor dat ze
volledig proper zijn alvorens u ze invriest.
Wel- Verdeel in te vriezen verse etenswaren
in kleine porties, zodat ze snel kunnen
invriezen.
Wel- Pak diepvriesproducten onmiddellijk in
na aankoop en plaats ze zo snel mogelijk
in de diepvriezer.
Wel- Houd de voedingswaren gescheiden in
de vakken en vul de inhoudkaarten in. Zo
kunt u de voedingswaren snel vinden en
vermijden om de deur te lang te openen
waardoor u elektriciteit bespaart.
Niet- De deur voor een lange tijd open laten
staan. Dit zal het toestel kostelijker
maken en overdreven ijsaanslag
veroorzaken.
Niet- Scherpe objecten, zoals messen of
vorken, gebruiken om het ijs te
verwijderen.
Niet- Warm eten in het toestel plaatsen. Laat
het eerst afkoelen.
Niet- Flessen of luchtdichte blikken met
koolzuurhoudende vloeistoffen in de
diepvriezer plaatsen. Deze zouden
namelijk kunnen barsten.
Niet- Giftige of gevaarlijke bestanddelen in
uw koelkast bewaren. Het toestel werd
namelijk enkel ontworpen voor het
bewaren van eetbare producten.
Niet- De maximumlading overschrijden
wanneer u verse etenswaren invriest.
Niet- IJsjes of ijslolly’s, die direct uit de
diepvriezer komen, opeten. De lage
temperatuur kan ’vriesbrandwonden’
veroorzaken op de lippen.
Niet- Bruisende dranken diepvriezen.
Niet- Ingevroren etenswaren, die zijn
ontdooid, proberen te bewaren; zij
moeten binnen de 24 uur worden
opgegeten of worden klaargemaakt en
opnieuw ingevroren.
Niet- Items uit de diepvriezer nemen met
natte handen.
Niet- De deur sluiten voor u het deksel van
het snelvriesvak vervangt.
Problemen oplossen
Als het toestel niet werkt wanneer het is
aangeschakeld, controleer dan het volgende:
• Of de stekker goed in het stopcontact steekt
en of de stroomtoevoer aanstaat. (Om de
stroomtoevoer naar het stopcontact te testen,
sluit u een ander toestel erop aan)
• Of de zekering is gesprongen / de
stroomonderbreker is doorgeslagen / de
hoofddistributie werd afgesloten.
• Of de temperatuurregeling juist werd
ingesteld.