21
NL
1035
1036
Ongeschikt glansspoelmiddel
- Verhoog de instelling van het glansspoelmiddel of voeg glansspoelmiddel toe
in het daartoe voorziene vakje.
Onvoldoende ontharding
- In producten die zijn uitgerust met de instelling ontharding, moet de
ontharding goed worden ingesteld in overeenkomst met de hardheid van het
leidingwater. Voeg indien nodig zout toe in het zoutreservoir.
Zoutlekken*
- Gebruik de bijgeleverde zouttrechter om onthardingszout bij te vullen. Zorg
ervoor dat de deksel van het zoutreservoir goed wordt gesloten na het vullen.
Draai een wasprogramma om het zout dat in de machine is gemorst weg te
spoelen. Controleer de deksel van het zoutreservoir nadat het programma is
voltooid.
Metaalglans in blauwige regenboogkleur
Te veel glansspoelmiddel
- Verlaag de instelling van het glansspoelmiddel.
Kalkaanslag, doffe aanslag
Glascorrosie door zacht water
- In producten die zijn uitgerust met de instelling ontharding, moet de
ontharding goed worden ingesteld in overeenkomst met de hardheid
van het leidingwater. Als uw leidingwater zacht is (< 5dH), gebruik
dan geen zout. Kies voor producten met de functie programmakeuze,
programma's die bij hogere temperaturen afwassen (bijv. 60-65 °C).
Doffe, witte aanslag en blauwige /
regenboogkleur in glaswerk als het tegen het
licht in wordt gehouden